LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Advent (4)

24 dec, 2019

De advent is in het christendom de benaming voor de aanloopperiode naar kerst. De naam advent komt van het Latijnse woord adventus, dat komst betekent. In de adventsperiode bereiden christenen zich voor op het kerstfeest: dit is het feest waarbij de geboorte van Jezus wordt herdacht.
In de encyclopedie zijn nog negentien definities van advent. Invulling is natuurlijk geheel naar uw eigen keuze. Wij wensen u in ieder geval een warme tijd van bezinning en vreugde, samenzijn en introspectie, al dan niet met sneeuw, glitterpak of rendier. Met zorg kozen wij een aantal gedichten die deze donkere maand van licht voorzien.

 

afbeelding Pixabay

 

Een sneeuw ligt in de morgen vroeg
onder de muur aan, moe en goed
beschut en een arm kind komt toe
en staat en ziet en met zijn voet

gaat het dan schrijven over dit
prachtige vlak en schuifelt licht
bezonnen en loopt door, zijn mond
trilt in het donker klein gezicht.

© J.H. Leopold
uit Dromen met open ogen,
bloemlezing uit de Nederlandse poëzie van de laatste vijftig jaar,
samengesteld en ingeleid door Adriaan Morriën (De Kern, 1959)

 

De sneeuwman

De winter maakt mij gemelijk en vrij.
Als ’t al rondom verschamelt en ontkleurt
Is het alsof iets wonderlijks gebeurt
Met niemand anders dan alleen met mij.

Als in de lente alles bloeit en geurt
Behaagziek en oneerbaar veld en hei
Weet ik: die speelsheid is bedriegerij,
Dit schuingeluk ligt straks vuil en verscheurd.

De koude die de wereld zuiver maakt
Heft mij gered boven de leugen uit:
Geen carnaval meer, het gaat om mijn huid.

Ik ben door sneeuw en ijs tot man ontwaakt
En door dit helder feit weet ik nu zeker
Dat ik geen kans heb op de Wisselbeker.

© Jan Greshoff
uit Dichters van deze tijd (P.N. van Kampen & Zoon, 1969)

 

Een witte ochtend, eerste dooi
de lucht wit-grijs, egaal gespreid
en aan de lange horizon
welt nu een witte zon.

Geen wind, beweging of geluid.
Er botten waterdruppels uit:
aan iedre tak en iedre struik
zijn knoppen licht.

Een hartstochtsloze en totale aanwezigheid
maakt zich nu kenbaar en het is
of in een diepe adempauze van de tijd,
dichtbij, een pasgeboren kind
zich stil, volmaakt en ademend bevindt.

© M. Vasalis
uit De oude kustlijn (Van Oorschot, 2002)

     Andere berichten

Kinderpoëzie (VI)

Kinderpoëzie (VI)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...

Jacobus Bos

Jacobus Bos debuteerde in 1969 met een verhalenbundel en ontving in 1974 de Anna Blamanprijs voor De dagelijkse geest. Zijn...

Sijmen Tol

  Sijmen Tol (1950) studeerde slavistiek aan de Universiteit van Utrecht en was jarenlang redacteur van de Linguistic Bibliography....