LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Harmen Malderik

28 mrt, 2020

Sport is voor Harmen Malderik een middel om terug te keren naar de wortels, naar de natuur. Zijn jarenlange ervaringen met fietstochten in en buiten Europa en andere sportieve activiteiten vormen de inspiratiebron voor zijn gedichten. Hij dicht veel over zaken als commercie, milieu en klimaat in relatie tot sport.
Malderik publiceerde reisverhalen en romans. In 2016 debuteerde hij als dichter met de bundel Het zwarte gat. Hij werkt op het ogenblik aan zijn tweede bundel sportgedichten.

 

foto Jan ter Heide

 

De wandelaar

Een ezel balkt langs de varensweg,
een bij zoemt verscholen in een bloem,
water klatert op een rots van hard graniet,
de wind fluit door het bladerdek.

Hij downloadt geen muziek.

Een stroom meandert door de vallei,
een lavendelveld golft weg, eindeloos,
erboven hangt een leliewitte wolk –
Lozère die traag over drijft.

Hij maakt geen foto’s.

Door het mensenschuwe land gaat
een romantisch anarchist die zijn
mislukkingen en liefdesongelukken
vergeefs uit zijn geheugen wist.

Hij schrijft geen gedicht.
De Elfstedenzwemmer

Wegen rond Hindeloopen lopen vast,
menskoeien huppelen en masse
door doodgeslagen Friese weiden
naar de ellenlange kromme vaart.

Geen schaatser te zien – het dooit
al tijden.

Slechts een zwemmer haast zich
voort in de richting van Leeuwarden
om zich er warm te laten onthalen
nog voor het water zich verdikt.

Een rayonhoofd schudt verslagen
zijn door en door gewinterde kop,
blijft werkloos staren naar het zenit
van de eeuwig juichende zomerzon.
Een winnaar rijdt nooit achterin

Lusteloos drijft hij mee in het gekrompen
lint totdat de weg stijgt, hij zich als een
pitbull vastbijt in het elastiek dat zich
uitrekt… uitrekt… knapt en hij alleen
achterblijft terwijl zijn horloge steeds
sneller begint te tikken.

Over kale cols en door verhitte
Alpendalen sleurt hij zich naar het einde
van de lange dag waar zelfs geen klok
meer op hem wacht.

Zijn talent is achtergebleven in de
schoot van zijn moeder en net als zijn
vader zal hij nooit een winnaar zijn,
want een winnaar rijdt nooit achterin.

Altijd zal hij een verliezer zijn, een
loser die nooit eens in de verkeerde
potten pist maar voor altijd de vereiste
genen mist.

     Andere berichten

Annemie Deckmyn

Annemie Deckmyn (Gent, 1955). Zij studeerde Sociale Verpleegkunde en volgde aansluitend een lerarenopleiding. Na een korte verkenning van...

Elise Vos

Elise Vos (°1984) is slavist en dichter. Haar gedichten worden gekenmerkt door vrouwelijkheid, folkloristische elementen en een...

Kinderpoëzie (III)

Kinderpoëzie (III)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...