Net als Griekenland is Italië een door menigeen vermaledijd ‘knoflookland’ dat niet voor niets in economisch zwaar weer is beland. Maar net als in Griekenland wordt er gelukkig nog volop gedicht in Italië. Neem de in 1955 in Rome geboren Antonella Anedda. Samen met Davide Rondoni en Milo de Angelis behoort ze tot de belangrijkste dichters van de hedendaagse Italiaanse poezië.
Anedda studeerde kunstgeschiedenis in Rome en Venetië, maar is tegenwoordig werkzaam als docent taalkunde aan de Universiteit van Siena-Arezzo. Ze publiceerde vier dichtbundels: Notti di pace occidentale (Nachten van westelijke vrede) waarvoor ze in 2000 de Eugenio Montale prijs kreeg, Il catalogo della gioia (Catalogus van de vreugde), Dal balcone del corpo (Vanaf het balcon van het lichaam) en Residenze invernali (Winterverblijven).
Haar dichterschap combineert ze met redactiewerk voor een aantal bekende Italiaanse literaire tijdschriften. Ook is ze vertaalster van poëzie. Ze vertaalde onder andere werk van Ovidius, Philippe Jacottet, St. John Perse en Jamie McKendrick. Gedichten van Antonella Anedda zijn opgenomen in verschillende bloemlezingen, zowel in als buiten Italië.
Meandermedewerkster Antoinette Sisto selecteerde een aantal gedichten en vertaalde ze naar het Nederlands.
Interview Alfred Schaffer
‘Je kunt een taal niet verantwoordelijk houden voor een regime’ door Gerard Scharn - Dichter Alfred Schaffer (Leidschendam, 1973) woont en...