Meandermagazine

Het commentaar van Fred Papenhove
Hettie Marzak schreef in haar bespreking over ‘We zitten in de nachtbus’ van Fred Papenhove dat het gedichten zijn om te genieten. Janine Jongsma gaat in gesprek met de dichter over deze recensie en de gedichten die bedrieglijk eenvoudig lijken. Daar is een reden voor zegt Papenhove: ‘Communiceren met de lezer vind ik belangrijk en niet via taal met mijn rug naar hem of haar toestaan.’ Het commentaar van Fred Papenhove
Interview Frans Budé
Hoe kijkt Frans Budé terug op ruim veertig jaar poëzie en wat valt hem op in zijn ontwikkeling als dichter, raken recensies hem nog en wat is zijn plaats in het Nederlands poëzielandschap? Zijn werk is in vele talen vertaald, welke heeft zijn voorkeur en hoe is het met het Mestreechs waarin hij op twee muurgedichten in de binnenstad hangt?

W.H. Auden - Tijdelijke helden
Peter Vermaat heeft zich de afgelopen weken beziggehouden met ‘Tijdelijke helden’ van W.H. Auden, vertaald door Han van der Vegt. Met een totaal aan 640 bladzijden heeft de vertaler monnikenwerk verricht. Toch had dit boek nog dikker moeten zijn, zegt Vermaat. In deze longread gaat hij dieper in op het werk van Auden en neemt hij een drietal vertalingen onder de loep. Aan bod komt ook Auden's memorabele uitspraak over poëzie in verband met vertalingen.
Bianca Boer
Soms komt iets voorbij waartegen je meteen Ja kunt zeggen, wilt zeggen, gedichten met daarin regels als ‘ze verkopen hier spaties / als ik mij opvouw / blijft er genoeg wit over’, en terwijl de dichter nog twijfelt, ‘als ik nou zeker wist dat wat ik zeg klopt’, zijn wij allang overtuigd. Van ons mag ze alle ruimte innemen.

Karen de Boer - Schietspoel
Anneruth Wibaut is geboeid door het debuut ‘Schietspoel’ van Karen de Boer: ‘’Mijn algehele indruk is dat De Boer haar leven en dichten weeft op solide gespannen scheringdraden, waarbij verschillende ‘inslagen’ zorgen voor verrassing en soms drama.’’ Het valt op dat de dichter dit onnadrukkelijk en niet opdringerig doet. ‘De verwondering wordt meestal kalm uitgesproken, maar onder de oppervlakte gloeien de woorden van vreugde over het scheppen en het geschapene.’
Een nieuwe kans voor onze ziel
Buiten de taal zijn er andere uitdrukkingswijzen voor onze gevoelens, gedachten, waarnemingen. Muziek, dans, gebaren, beweging, poëzie werken niettemin alleen op het gevoel als de luisteraar, de kijker zich ervoor open stelt: 'Als de ziele luistert / spreekt het al een taal dat leeft.' Maar we kunnen ons openstellen, ook nu. Onze toekomst biedt zich telkens aan.