LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Fragmenten uit Hogevalk

3 feb, 2013

Altazor. O el viaje en paracaídas /  Hogevalk. Of de reis aan de parachute

 
Fragmenten – vertaald door Piet Devos 

 

1. Prefacio 1.

Nací a los treinta y tres años, el día de la muerte de Cristo; nací en el

Equinoccio, bajo las hortensias y los aeroplanos del calor.

            Tenía yo un profundo mirar de pichón, de túnel y de automóvil sentimental.

Lanzaba suspiros de acróbata.

            Mi padre era ciego y sus manos eran más admirables que la noche.

Amo la noche, sombrero de todos los días.

            La noche, la noche del día, del día al día siguiente.

            Mi madre hablaba como la aurora y como los dirigibles que van a caer. Tenía cabellos color de bandera y ojos llenos de navíos lejanos.

            Una tarde cogí mi paracaídas y dije: "Entre una estrella y dos golondrinas". He aquí la muerte que se acerca como la tierra al globo que cae.

            Mi madre bordaba lágrimas desiertas en los primeros arcos iris.

Y ahora mi paracaídas cae de sueño en sueño por los espacios de la muerte.


*
 

1. Voorwoord (P)

Ik werd geboren op mijn drieëndertigste, op de dag dat Christus stierf; ik werd geboren op de equinox, onder de hortensia’s en de vliegmachines van de hitte.

            Ik had de diepe blik van het kuiken, de tunnel en de gevoelige automobiel. Ik slaakte acrobatische zuchten.

            Mijn vader was blind en zijn handen waren bewonderenswaardiger dan de nacht.

            Ik houd van de nacht, zwarte hoed van alle dagen.

            De nacht, de nacht van de dag, van de dag naar de volgende dag.

            Mijn moeder sprak als het morgenrood en de zeppelins die zullen neerstorten. Ze had haar in de kleuren van vlaggen en ogen vol verre schepen.

            Op een middag nam ik mijn parachute en zei: "Tussen een ster en twee zwaluwen." Daar heb je de dood die nadert zoals de aarde de neerstortende ballon.

            Mijn moeder borduurde verlaten tranen op de eerste regenbogen.

            En nu valt mijn parachute van droom in droom door de ruimtes van de dood.


**



2. Canto I 

Altazor, ¿por qué perdiste tu primera serenidad?

¿Qué ángel malo se paró en la puerta de tu sonrisa

Con la espada en la mano?

 

¿Quién sembró la angustia en la llanura de tus ojos como el adorno de un dios?

 

¿Por qué un día de repente sentiste el terror de ser?

Y esa voz que te gritó vives y no te ves vivir

¿Quién hizo converger tus pensamientos al cruce de todos los vientos del dolor?

 

Se rompió el diamante de tus sueños en un mar de estupor

Estás perdido Altazor

Solo en medio del universo

Solo como una nota que florece en las alturas del vacío

No hay bien no hay mal ni verdad ni orden ni belleza

¿En dónde estás Altazor?


*
 

2. Zang I

Hogevalk, waarom verloor jij je oorspronkelijke onbewogenheid?

Welke kwade engel met het zwaard in de hand

Hield stil bij de deur van je glimlach?

 

Wie zaaide die angst in de vlaktes van jouw ogen als de tooi voor een god?

 

Waarom voelde je op een dag plots de angst voor het zijn?

En die stem die je toeschreeuwde je leeft en je ziet je niet leven

Wie riep jouw gedachten bijeen op het kruispunt van alle winden van de pijn?

 

De diamant van je dromen brak in een zee van verbijstering

Je bent verloren Hogevalk

Alleen in het midden van het universum

Alleen als een muzieknoot die opbloeit in de hoogtes van de leegte

Er is geen goed er is geen kwaad noch waarheid noch orde noch schoonheid

Waar ben je Hogevalk?


**



3. Canto I

El sol nace en mi ojo derecho y se pone en mi ojo izquierdo

En mi infancia una infancia ardiente como un alcohol

Me sentaba en los caminos de la noche

A escuchar la elocuencia de las estrellas

Y la oratoria del árbol

Ahora la indiferencia nieva en la tarde de mi alma

Rómpanse en espigas las estrellas

Pártase la luna en mil espejos

Vuelva el árbol al nido de su almendra

Sólo quiero saber por qué

Por qué

Por qué

Soy protesta y araño el infinito con mis garras

Y grito y gimo con miserables gritos oceánicos

El eco de mi voz hace tronar el caos


*
 

3. Zang I

De zon komt op in mijn rechter- en gaat onder in mijn linkeroog

In mijn kindertijd een kindertijd die als alcohol zo brandde

Zat ik langs nachtelijke wegen

Te luisteren naar de welsprekendheid van het gesternte

Naar de redenaarskunst van de boom

Nu in de middag van mijn ziel sneeuwt het onverschilligheid

Dat de sterren in gruzelementen breken

Dat de maan in duizend spiegels spat

Dat de boom terugkruipt in zijn pit

Ik wil slechts weten waarom

Waarom

Waarom

Ik ben protest en krab met mijn klauwen aan het oneindige

En ik schreeuw en ellendig is mijn oceanische gekreun

Door de echo van mijn stem laat ik de chaos kraken


**



4. Canto II

Las llanuras se pierden bajo tu gracia frágil

Se pierde el mundo bajo tu andar visible

Pues todo es artificio cuando tú te presentas

Con tu luz peligrosa

Inocente armonía sin fatiga ni olvido

Elemento de lágrima que rueda hacia adentro

Construido de miedo altivo y de silencio

 

Haces dudar al tiempo

Y al cielo con instintos de infinito

Lejos de ti todo es mortal

Lanzas la agonía por la tierra humillada de noches

Sólo lo que piensa en ti tiene sabor a eternidad


*
 

4. Zang II

De vlaktes verliezen zich in jouw breekbare charme

De wereld verliest zich in jouw zichtbare stap

Want alles is vuurwerk als jij je vertoont

Met je gevaarlijke licht

Onschuldige harmonie zonder vermoeidheid of vergeten

Tranig element van stilte en trotse angst

Dat zich naar binnen keert

 

Door jouw instinctieve eindeloosheid

Verkeren de tijd en de hemel in tweestrijd

Ver weg van jou is alles sterfelijk

Jij gooit het leed op de aarde vernederd door de nacht

Slechts datgene wat aan jou denkt smaakt naar eeuwigheid


**



5. Canto III 

Todas las lenguas están muertas

Muertas en manos del vecino trágico

Hay que resucitar las lenguas

Con sonoras risas

Con vagones de carcajadas

Con cortacircuitos en las frases

Y cataclismos en la gramática

Levántate y anda

Estira las piernas anquilosis salta

Fuegos de risa para el lenguaje tiritando de frío

Gimnasia astral para las lenguas entumecidas

Levántate y anda

Vive vive como un balón de fútbol

Estalla en la boca de diamantes motocicleta

En ebriedad de sus luciérnagas

Vértigo sí de su liberación

Una bella locura en la vida de la palabra

Una bella locura en la zona del lenguaje

Aventura forrada de desdenes tangibles

Aventura de la lengua entre dos naufragios

Catástrofe preciosa en los rieles del verso

 

Y puesto que debemos vivir y no nos suicidamos

Mientras vivamos juguemos

El simple sport de los vocablos

De la pura palabra y nada más

Sin imagen limpia de joyas

(Las palabras tienen demasiada carga)

Un ritual de vocablos sin sombra

Juego de ángel allá en el infinito

Palabra por palabra

Con luz propia de astro que un choque vuelve vivo

Saltan chispas del choque y mientras más violento

Más grande es la explosión

Pasión del juego en el espacio

Sin alas de luna y pretensión

Combate singular entre el pecho y el cielo

Total desprendimiento al fin de voz de carne

Eco de luz que sangra aire sobre el aire

 

Después nada nada

Rumor aliento de frase sin palabra


*
 

5. Zang III 

Alle talen zijn dood

Dood in de handen van de tragische aardbewoner

De talen moeten herrijzen

Met klankrijk gelach

Met wagons vol schater

Met kortsluitende zinnen

En rampen in de grammatica

Sta op en loop

Strek je benen je stijve gewrichten spring

Lachvuur voor de taal die bibbert van de kou

Astrale gymnastiek voor stramme tongen

Sta op en loop

Leef leef als een voetbal

Barst open in de mond van motordiamanten

Stomdronken van hun vuurvliegjes

Dolgedraaid door hun bevrijding

Een mooie waanzin in het leven van het woord

Een mooie waanzin op taalgebied

Een avontuur met tastbare verachtingen bekleed

Avontuur van de taal tussen twee schipbreuken in

Prachtige ramp op de rails van het vers

 

Maar aangezien we moeten leven en de hand niet aan onszelf slaan

Laten we dan zolang we leven

De simpele woordensport spelen

Van het pure woord en niets meer

Zonder schoon beeld vol juwelen

(De woorden zijn te zwaar belast)

Een ritueel met schaduwloze woorden

Engelenspel ginds in de eindeloosheid

Woord voor woord

Elk met het licht van een eigen ster die door een schok tot leven is gewekt

Vonken springen weg en naarmate de schok krachtiger is

Wordt de explosie des te harder

Passie voor het spel in de ruimte

Zonder vleugels van de maan of haar pretentie

Bizarre strijd tussen hemel en borst

Op het eind de stem totaal onthecht van het vlees

Echo van licht die lucht op lucht bloed

 

Dan niets niets

Geruis ademhaling van zin zonder woord



**



6. Canto IV 

Aquí yace Carlota ojos marítimos

Se le rompió un satélite

Aquí yace Matías en su corazón dos escualos se batían

Aquí yace Marcelo mar y cielo en el mismo violoncelo

Aquí yace Susana cansada de pelear contra el olvido

Aquí yace Teresa esa es la tierra que araron sus ojos hoy ocupada por su cuerpo

Aquí yace Angélica anclada en el puerto de sus brazos

Aquí yace Rosario río de rosas hasta el infinito

Aquí yace Raimundo raíces del mundo son sus venas

Aquí yace Clarisa clara risa enclaustrada en la luz

Aquí yace Alejandro antro alejado ala adentro

Aquí yace Gabriela rotos los diques sube en las savias hasta el sueño esperando la resurrección

Aquí yace Altazor azor fulminado por la altura

Aquí yace Vicente antipoeta y mago


*
 

6. Zang V 

Hier rust Charlotte zeewaardige ogen

Die een satelliet heeft gebroken

Hier rust Matthijs in zijn hart leverden twee grijze haaien strijd

Hier rust Sebastiaan zee en hemelse heiligenschaar in dezelfde basgitaar

Hier rust Loes verwoest door haar gevecht tegen de vergetelheid zo noest

Hier rust Truitje uit je land verdreven dat je ogen ploegden en waar nu alleen je lichaam huist

Hier rust Beatrijs na een beate reis aangekomen in de thuishaven van zijn armen

Hier rust Rosemarie rivier van rozen naar het eindeloze

Hier rust Hadewich de Hades stond aan haar wieg en kwam terug bij haar ondergang

Hier rust Clarisse klaar is ze thans opgeslokt door het licht

Hier rust Alexander alles is anders sinds Sander dit leven inruilde voor een ander

Hier rust Gabriela de dijken doorborend stijgt ze op naar de wateren van de droom waar ze op de verrijzenis wacht

Hier rust Hogevalk, als door de hoogte gevelde valk

Hier rust Vicente anti-dichter en tovenaar

     Andere berichten

Kinderpoëzie (V)

Kinderpoëzie (V)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...

Kinderpoëzie (IV)

Kinderpoëzie (IV)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...

Annemie Deckmyn

Annemie Deckmyn (Gent, 1955). Zij studeerde Sociale Verpleegkunde en volgde aansluitend een lerarenopleiding. Na een korte verkenning van...