‘ongelijkmatig rolt houvast alle kanten uit’
door Hans Puper
–
–
De oneindige oester, de nieuwe bundel van Joris Miedema, lijkt zijn naam eer aan te doen. Veel gedichten zijn op het eerste (en soms op het tweede) gezicht moeilijk te doorgronden: ze zijn soms associatief en surrealistisch, soms absurd. Desondanks boeien ze vanaf het begin en dat komt door regels als: ‘hij roerde elke ochtend geschaafd metaal / door zijn yoghurt / om de racefiets die sinds zijn jeugd / in de schuur had gestaan / weg te werken’ (p. 62). Of: ‘de gordijnen zitten potdicht / er hangt een lichtstraal met obesitas / aan de lamp’ (p. 64). De titels kunnen intrigerend zijn: ‘aangereden vergezicht, ‘uit elkaar gedreven rund’, troon van adamsappels’, ‘van een dode soldaat kun je niet eten’. Ook heel mooi: ‘dood door toedoen van de dood’. De dood is iedereen ter wille, dus ook de dwazen die graag alternatieve feiten debiteren. De eerste strofe:
bij een geschil
is het mogelijk om van feiten te wijzigen
stond op het bord
bij het tafeltje van zijn receptioniste
–
(p. 28)
Al snel zie je motieven in de bundel: het besef van eindigheid, ziekte, dood, schuldgevoel, maar ook liefde, plezier en verwondering. De dichter lijkt zijn gedachten te willen ordenen om houvast te krijgen, zoals blijkt uit het gedicht ‘infarct’ (p. 10). De laatste twee strofen:
in mijn schedel
daarna trekt alles magnetisch
weer naar elkaar toe
–
alsof controle een spier is
en herinneringen het zweet
De gedichten geven ook de lezer de gelegenheid ongebreideld te associëren. Het uitzweten ven herinneringen bijvoorbeeld, is dat het schrijven van poëzie? Dat zweet komt vaker voor, zoals in ‘herintrederstraject’ (p. 18). Geestelijken die ‘een collectieve röntgenfoto’ van de ik maken, geven hem de raad geen ‘poëtische aankoeklaag’ op zijn dagdromen te laten ontstaan. Remedie: ‘doe uw zweethanden / in een grote pan met water / ze koken niet u ziet slechts de spasmen / van uw spanning ontsnappen’. En die ontsnapte spasmen lezen wij.
De bundel heeft drie afdelingen van vrijwel dezelfde lengte. Ik kan niet uitmaken of ze verschillende functies of thematieken hebben, maar dat stoort me niet: ik vind dat wel passen bij een bundel als deze. Hij is mooi vormgegeven door De Gebroeders Miedema – geen familie, heb ik begrepen uit het interview dat Alja Spaan hem onlangs afnam. Ook dit soort coïncidenties past mooi bij de bundel. Het surrealistische omslag – ik associeer weer – zou een verbeelding van ’s dichters geest kunnen zijn.
Er zijn gedichten die in hun absurditeit doen denken aan sketches van Monty Python. Een prachtig voorbeeld vind ik ‘van de nood een deugd maken’ (p. 43). De duster van tante Dien, de pantoffels van oom Willem, hun dialoog, het huiselijke tafereeltje aan het slot: iedere keer als ik aan dit gedicht denk, schiet ik in de lach.
–
er stortte een astronaut neer in de tuin van tante Dien
dwars door de treurwilg
net naast de rododendron bij de voordeur
Dien stond nog in haar duster toen het gebeurde
oom Willem liep naar buiten op zijn pantoffels
alles wat uit de ruimte komt heeft waarschijnlijk
geen schadeformulier! riep ze hem na
–
Willem ging snel kijken of er wat beschadigd was
aan het nekgedeelte zat geen helm
er hing wel een draad aan
waar een vorm
van intelligentie aan vastzat
maar waarschijnlijk alleen als het hem uitkomt, hè Dien!
riep Willem naar zijn vrouw in de deuropening
–
hij kon geen vizier, walkie-talkie of praatpaal vinden
voor een schademelding
toen hij op een rode knop drukte op het ruimtepak
ging de mechanische zelfritsende sluiting open
de lucht daarbinnen bewoog anders dan buiten
er zat een blauwe kip in met acht droevige ogen
‘s avonds aten ze drumsticks tijdens voetbal
Ik wil niet de indruk wekken dat De oneindige oester uitsluitend een grappige bundel is. Het eerste gedicht (p. 7) zet de toon met een indrukwekkende verbeelding van een leven dat korter lijkt te zijn dan verwacht.
–
de verte rolde terug, de verste schapen, koeien
vrienden die ik nog niet had ontmoet
bruidstaarten, verjaardagskaarten, boekingen
van vakanties van pas vele jaren later
en de liefde in al haar getale
alles vloog in het rond tot de verte
volledig was verdwenen
alleen de mist stoof er nog uit
als een kwade briesende stier
alsof er zojuist besloten was dat ik nooit zover zou komen
zeecontainers werden volgeladen met tijd
die ik niet meer had
de geluiden die ik nooit zou horen
werden in grotere geluiden gegoten
dat deporteerde makkelijker
De oneindige oester is een bundel die anders is dan alle andere. Dat vindt de uitgever ook. Op de site staat: ‘Joris Miedema is ernstig en absurd. Waanzin blijkt geen losse flodder, maar onderdeel van een totaalbalans waar we als mens geen kaas van hebben gegeten’. Maakt dit een bundel goed? Nee, natuurlijk, alleen als hij goed is geschreven. En dat is deze oester. Heel goed zelfs.
____
Joris Miedema (2022). De oneindige oester. Opwenteling, € 17,50. 72 blz. ISBN 9789063381738