LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Wilde ganzen, kraanvogels en een vos

2 apr, 2023
door Jan Loogman

‘Poëzie is een pleidooi voor het authentieke dat onbegrijpelijk is’ zegt Cees Nooteboom op de omslag van de jongste Poëziekrant. Zou een argeloze voorbijganger, op zoek naar iets om in de trein te lezen, door deze uitspraak tot aankoop verleid worden? Niet, als ik de voorbijganger was. Maar ik ben abonnee en lees het interview waaruit de uitspraak komt. Aan deze uitspraak gaat een zin vooraf: ‘Dankzij de poëzie heb ik toegang gekregen tot lagen in mezelf die ik niet kende.’ Die uitspraak kan ik volgen. Je schrijft als dichter een regel en nog een regel en tenslotte is er een vers dat iets zegt waar je niet op had gerekend. Soms gaat dit over een gevoel, een overtuiging, een beleving waarvan je als dichter voluit zeker voelt: ‘ja, zo is het’ of ‘ja, dit is het.’

You do not have to be good.
You do not have to walk on your knees
for a hundred miles through the desert repenting.
You only have to let the soft animal of your body
love what it loves.

Dit is de eerste strofe van Wild Geese van de Amerikaanse dichteres Mary Oliver. Het gedicht hangt (hing) achter een raam in Sittard en ook was het op een avond in maart bij de VRT te horen in Winteruur van Wim Helsen, waar klimaatwetenschapper Valerie Trouet het voorlas. Bij dit gedicht is het heel goed mogelijk te denken: ja, natuurlijk, zo is het! Je hoeft niet je best te doen / Je hoeft niet honderden kilometers / door de woestijn op je knieën te kruipen, vol berouw / Je hoeft alleen maar het zachte dier van je lichaam/ Te laten liefhebben waar het van houdt. Na deze regels gaat het gedicht verder, wanhoop en eenzaamheid komen ter sprake, maar – zegt het gedicht – Meanwhile the wild geese, high in the clean blue air, / are heading home again.// Whoever you are, no matter how lonely, / the world offers itself to your imagination,/ calls to you like the wild geese, harsh and exciting -/ over and over announcing your place / in the family of things.

Hier zijn het de wilde ganzen die ons roepen naar onze plek in het geheel der dingen. Elders, in een lied van Willem Wilmink, een vertaling van een gedicht van de Russische dichter Naum Grebnev die op zijn beurt uitging van een gedicht van de Dagestaanse dichter Rasul Gamzatov, zijn er kraanvogels en hun roepen doet minder neutraal aan: Soms denk ik wel dat de soldaten / Die in de oorlogen gevallen zijn, / Niet onder witte kruisen zijn begraven, / Maar dat ze kraanvogels geworden zijn. / Ze roepen ons uit lang voorbije tijden, / Hun hese stemmen roepen in hun vlucht. / ‘T Is misschien daarom, dat wij zo dikwijls kijken, / Diep in gedachten, naar de trieste lucht.

We weten niet wat de kraanvogels zeggen. Van de wilde ganzen weten we het evenmin. Toch, nu rondom mijn huis in deze nette woonwijk steeds vaker de roep van ganzen is te horen, herken ik de ervaring van eeuwigheid waar Mary Oliver misschien op doelt. Ik doe mijn huisdeur open en stap naar buiten. Even zwijgen de spelende kinderen, nu een volwassene nadert, en in deze stilte klinkt de roep van ganzen, hard en schril. Zo riepen zij, zo zullen zij blijven roepen en ik – ik hoef alleen maar mijn plek te vinden in het geheel.

Zo brengen de regels van Mary Oliver mij bij ‘lagen in mij’, die ik – ik geef het toe – weliswaar ken, maar niet altijd ervaar. Dankzij de regels ervaar ik ze nu wel en ja, ik beleef ze als onderdeel van mijn werkelijke zelf, mijn authentieke ik zou ik kunnen zeggen. Misschien is het toch goed Nootebooms poëzie te gaan lezen. Alvast een enkel gedicht kon ik vinden. In het gedicht ziet een man een vos in de sneeuw en tegen het einde staat er: er is alleen maar dit. / Seconde, stilte, vos… Alsof de wilde ganzen geïncarneerd zijn in een vos in de sneeuw en de man in een enkele seconde de ervaring van eeuwigheid bezorgen.

Het hele Vos gedicht is hier te vinden.
afbeeldingen Pixabay

     Andere berichten

Klank en kleur van een taal

door Hans Franse   - Toen ik mij, nu 35 jaar geleden, wat definitiever had neergelaten in mijn Italiaanse ‘paese’, wist men in mijn...

Bij de rozen

door Rogier de Jong   ‘Zij zijn voor sterven en vergaan geboren,’ zo dacht ik vluchtig toen ik bij de rozen was. Maar schrok, en...

Gedichten over lesgeven

door Ko van Geemert     Van jongs af aan heb ik geen doktertje maar onderwijzertje gespeeld. We hebben het over de jaren...