‘Ik schrijf wat ik denk en voel.’
door Alja Spaan
Sholeh Rezazadeh (1989) kwam in 2015 vanuit Iran naar Nederland. Drie jaar na haar aankomst tekende ze een contract voor haar romandebuut De hemel is altijd paars (2021) dat bekroond werd met de Debutantenprijs van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde 2022 en met de Bronzen Uil Publieksprijs 2021. Het stond bovendien op de longlist van de Libris Literatuur Prijs 2022 en de Hebban Debuutprijs 2022. Van De hemel is altijd paars werden meer dan 40.000 exemplaren verkocht.
Haar tweede roman Ik ken een berg die op me wacht verscheen in 2023 en kreeg special mention van European Union Prize for Literature 2024.
Naast proza schrijft ze poëzie en columns.
Zij is ook een veelgevraagd voordrachtskunstenaar.
foto © Frank Ruiter
Allereerst van harte gefeliciteerd met je debuutbundel die 3 september bij uitgever Ambo/Anthos verschijnt onder de titel Neem ruim zei de zee. De redactie van Meander is niet onfeilbaar, je kopij is een aantal keren afgewezen voor publicatie. Kun je je nog herinneren wat die afwijzing toen met je deed?
Eerlijk gezegd herinner ik me niets eens dat ik ooit gedichten naar Meander heb gestuurd. Blijkbaar vergeet ik de afwijzingen en ga gewoon door.
Je romans verschenen al eerder bij Ambo/Anthos. Kun je iets vertellen over de totstandkoming van de gedichtenbundel?
Ik schrijf al langer poëzie dan proza, maar had geen plan om gedichten uit te geven. Twee jaar geleden werd ik door de Volkskrant gevraagd om een eindexamen Nederlands te maken, en ik was totaal verbaasd over het gebrek aan poëzie. ‘Waar zijn de gedichten?’ vroeg ik me toen af. Sindsdien kon ik niet stoppen met gedachten over hoe erg en vaak ik poëzie mis hier in de Nederlandse samenleving. Vooral als iemand die gewend was om overal in aanraking te komen met poëzie en dat niet alleen maar op school en in de boeken, maar ook op straat, op feestjes, in shisha- en theehuis, in taxi en op tv, en op de meest onverwachte momenten, buiten de intellectuele bubbels. Ik besefte dat het tijd werd om poëzie uit te geven en er aandacht voor te vragen. Het resultaat is een verzameling van de gedichten die ik de afgelopen vijf jaar heb geschreven.
In het persbericht over je bundel staat, ‘Net als in haar romans is de natuur geen achtergrond maar een echt personage, dat ziet en voelt, dat liefheeft en vergeet’. Wie is de zee?
Iedereen heeft een zee in zich.
een lijn van verlangen onder de golven
– golven die gaan, golven die blijven,
golven die gillen, die zwijgen –
met een koffer vol zeedroom
als het hoofd van een waterdruppel
licht met een brandende kaars
als de zon op de top van een berg
reizend
naar een zon geveild in de ochtendtijden
naar het samenstralen
–
neem ruim, zei de zee
haar natte armen wijd open
als het leven voorbij is
dan heb je ons oude zwijgen
onze zelfdruppels met mysterieuze zeewaarheden
die in het kloppende hart van elke golf
kloppen
tegen de borst van de strandrots
Ook in het persbericht: ‘De mens zelf is een feilbaar wezen dat wanhopig zoekt naar liefde en verbinding maar zich ook verbaast over het gebrek aan aandacht voor de ander.’ Jouw werk overstijgt culturele en taalbarrières, hoe doe je dat?
Ik geloof niet in grenzen of hokjes en ben ervan overtuigd dat we allemaal met elkaar verbonden zijn. Dat probeer ik in mijn poëzie te laten weerspiegelen.
Is dat wat je bedoelt met ‘dat we hier en daar kunnen zijn, tegelijkertijd’, op bladzijde 16 uit je bundel?
Dat is juist het tegenovergestelde. We leven in een tijd waarin alles mogelijk lijkt te zijn, behalve verbinding en één worden met elkaar.
onverwachts
en dat je de deur open doet
zonder te zeggen: ‘o sorry, ik moet nu weg
de vuilnis buiten zetten,
boodschappen doen, koken
ik heb nu eigenlijk een andere afspraak
ik ben net even aan het bellen, mailen, mediteren’
–
in plaats daarvan wil ik dat je de deur wijd opendoet en
. zegt: ‘welkom’
en dat je alle ramen in je hoofd voor even dichtklapt,
dat je tijd voor me inschenkt, verse tijd, niet bevroren,
. niet opgedroogd, niet te lang bewaard, net geplukt
–
je vindt het uitdoen van mijn schoenen niet zonde van
. de tijd, en je snapt dat ik zonder schoenen niet denk
. aan vertrekken
we zitten en kletsen over niets, over de smaak van de tijd
. op onze droge lippen, in onze koude keel
–
en we kijken elkaar aan, duiken in elkaars ogen en
. ruiken, zo goed dat de geur van onuitgesproken
. woorden, die schimmelen achter onze tanden, onze
. neus binnenspringt
de zure geur van verborgen eenzaamheid die we stiekem
. doorslikken
–
je zegt dat je blij bent dat ik er ben, onverwachts,
. zonder een afspraak die we vijf weken geleden hadden
. kunnen maken
hoe moest ik toen weten dat ik jou nu zal missen,
. willen zien?
–
je kijkt niet naar je horloge
je probeert niet iets nuttigs uit ons gesprek te halen
je wilt geen informatie
je bent niet bang om even weg te dromen
je wilt niet weten hoe het met mijn werk is maar wel
. waarover ik heb gedroomd,
hoe het gaat met mijn kamerplant en of ik vandaag naar
. de wolken heb gekeken en onderweg aandachtig naar
. de amstel heb geluisterd, naar haar verhalen
–
kijkend in elkaars ogen vergeten we dat er een tijd is
. aangebroken waarin we zittend kunnen reizen
met onze ogen dicht alles kunnen zien
–
de hele wereld in de kleinste objecten kunnen stoppen
dat we de winter in de zomer kunnen hebben en alle
. geuren en smaken altijd overal te krijgen zijn
dat we hier en daar kunnen zijn, tegelijkertijd,
dat er een tijd is aangebroken
waarin het niet meer uitmaakt hoe laat het is, maar
. waarin tijd het belangrijkste is wat er bestaat
we vergeten deze wereld die rijk en comfortabel is,
waarin mensen vaker, meer en makkelijker reizen,
maar verder bij zichzelf weggaan en dan verdwaald weer
. terugkeren
naar hun kleine waterdruppels, bubbels
we vergeten dat we makkelijk met elkaar in contact
. komen
maar we raken elkaar minder aan,
we kijken elkaar niet in de ogen,
we vergeten dat we in een ogenblik een blik kunnen
. werpen in elkaars leven,
maar we zien elkaar minder vaak, minder goed,
we weten nog maar weinig van elkaar,
dat we binnen enkele seconden met elkaar kunnen
. praten, waar we ook zijn,
maar we hebben minder aan elkaar te vertellen,
en als we naast elkaar
zitten praten we niet met elkaar we vergeten dat we in elkaars organen kunnen kijken,
in elkaars hersenen,
maar we begrijpen elkaar niet meer
–
ik wil dat je je deur opent en dat we samen wegrennen
zonder die zware ketting van de tijd om onze nek en
. onze enkels
zonder de scherpe doorn van de eenzaamheid die in
. onze voet prikt
–
ik wil dat je de vogel van de tijd aanleert zich te nestelen,
. te blijven en op de seizoenen te wachten
–
en dat je noch bang bent om verrast te worden noch om
. verveeld te raken
–
de lente begint niet op 21 maart om 12 uur ’s nachts
het eerste blad valt niet op 21 september
lente neemt de tijd
herfst wacht
en wat we seconden, minuten, uren noemen, komt de
. oren van de wind niet binnen
In je bundel staat een regel, ‘vertrekken is een lang gedicht, bereiken is muziek’ (bladzijde 7). Is schrijven die reis?
Alles is een reis. Alles is in beweging, en zo is schrijven dat ook.
Voor mij is het vooral het zintuiglijke uit je poëzie, het aanraakbare verlangen, het bevragen en gadeslaan van de ander. Het ‘ik knoop een tapijt voor alle muren tussen ons’ (bladzijde 9). Was de Nederlandse taal een beperking?
Zeker, en juist door de beperking word je vaak creatief.
Hoe heb je Nederlands geleerd? En hoe vond je de juiste woorden?
Ik heb negen maanden een taalcursus gevolgd, en zodra ik een beetje Nederlands kon spreken, ging ik naar literaire evenementen en pakte de kans om op open podia op te treden. Het ging vooral om proberen en van iedereen iets leren. Of het nu een taalcursus is, televisie, kinderboek, vrijwilligerswerk, of wat dan ook. Ik ben nog steeds aan het leren.
Je werd dit jaar genoemd bij the European Union Prize of Literature, wat blijft er van je taal over als deze ook nog eens omgezet wordt naar het Engels?
Het gevoel en de ziel.
In een interview met Rinskje Koelewijn van de NRC in 2021 staat dat je in je eigen taal niet over alles kon schrijven. Nafiss Nia zei in een interview met Meander, november 2017, dat ze in het Nederlands schrijft maar in het Perzisch denkt. Hoe werkt dat bij jou?
Voor mij gaat alles tegelijk. Soms denk ik in het Nederlands, soms in het Perzisch, soms in het Turks. Evenzo schrijf ik afwisselend in het Nederlands en in het Perzisch.
Bij de grote dichters uit de Iraanse literatuur is engagement een wezenlijk onderdeel van hun werk. Is Nederlandse poëzie niet vooral een egodocument?
Zoveel Nederlandse poëzie heb ik nog niet gelezen om hier iets concreets over te kunnen zeggen. Wat ik tot nu toe heb gemist, is empathie en een bredere visie.
De bundel wordt 11 september gepresenteerd op Crossing Border, je bent naast schrijver en dichter ook een veelgevraagd voordrachtskunstenaar. Hoe belangrijk is de interactie met het publiek?
Toen ik besloot in het Nederlands te gaan schrijven, had ik geen idee van de smaak van het publiek hier. Ik had veel Europese boeken gelezen, maar nooit uit Nederland, en wist niet wat mensen hier mooi vinden. Daarom had ik bedacht om vooral op te treden, zodat ik live kon zien en voelen wat mensen van mijn werk vonden en ook natuurlijk een beetje netwerken. Langzaam begon ik optreden ook leuk te vinden, en nu is het een onmiskenbaar deel van mijn werk geworden.
laat de zee in je blik golven
zonder het koude zand dat in je droom prikt
–
neem een stap naar links of rechts
vooruit of naar achteren
neem een stap, beweeg, dans
–
als de zware vleugel van de twijfel je omarmt
laat het dan maar
doe je ogen dicht
laat je zinken
diep
diep
diep in het donker
daar ligt een geschenk voor jou
–
leven is dansen
in het donker
zonder publiek
–
iemand, heel misschien, houdt
een licht voor je
heel even
of laat je zien welke stappen je moet nemen
heel misschien stopt iemand om naar jou te staren
heel even
zelfs met een applaus
–
je krijgt een warme schouder
tegen je ijzeren verdriet
of een kus
op je zwetende voorhoofd
–
maar niemand gaat je vertellen hoe je dans blijft
leven
is een dans
–
pak mijn hand en plant een ster in je hart
laat de zee in je blik golven
zonder het koude zand dat in je droom prikt
–
neem een stap naar links of rechts
vooruit of naar achteren
neem een stap, beweeg, dans
–
er zijn regels
zeker
feiten
er zijn altijd mensen
die meer weten
beter en helder
mensen die weten hoeveel stappen je moet nemen
in welke richting
hoeveel adem je in en uit moet halen
mensen die weten hoe laat de zon opkomt en wanneer
. de lente begint
hoe ver de sterren staan en hoe zwaar je hart weegt
maar je danst mooier als je niet weet dat je danst
zoals de wind in de tarwevelden
de golven in de zee
regen in de herfst
–
pak mijn hand en plant een ster in je hart
laat de zee in je blik golven
zonder het koude zand dat in je droom prikt
–
neem een stap naar links of rechts
vooruit of naar achteren
neem een stap, beweeg, dans
Je proza werd bekroond, voor je poëzie ontving je in 2019 de El Hizjra-Literatuurprijs. Wat betekende dit voor je?
Het is altijd fijn om gezien en gelezen te worden, maar zoals we allemaal weten, zijn de prijzen uiteindelijk ook afhankelijk van iemands smaak, de tijd en nog andere factoren.
Wanneer kies je voor proza, wanneer voor poëzie of is het niet zo’n duidelijke keuze of onderscheid?
Het is geen bewuste keuze; ik schrijf wat ik denk en voel.
Het Nederlands Letterenfonds maakte onlangs bekend welke auteurs een subsidie ontvangen voor hun derde literaire werk, daar hoor jij bij! Waar zie je jezelf over vijf jaar?
Nog steeds aan het schijven en hopelijk met een breder, internationaal publiek.
In Het Financieele Dagblad verschijnen columns van je. In over het gemis van Poëzie kunnen we lezen hoe je opgroeide met poëzie en hoe vanzelfsprekend het was die te delen met elkaar terwijl ‘in mijn nieuwe huis poëzie beperkt zou zijn tot kleine kringen van intellectuelen.’ Die kleine kringen worden steeds groter, ‘mijn verhaal is alles wat het waard is om voor op te staan’, zeg je op bladzijde 22 in je bundel. Is literatuur minder een elitair genoegen?
Het feit dat literatuur al zo lang bestaat, betekent dat het fundamenteel is en niet alleen voor een klein groep. Iedereen heeft verhalen en gedichten nodig om te overleven in een wereld die zonder de kleur van literatuur niet te verdragen is.
–