LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Geen gebrom van oude heren

3 nov, 2024
door Jan Loogman

 

 


Het werd, het was, het is gedaan schrijft Vasalis. Oude mensen blikken terug op hun leven en denken over de dood. Niet elk oud mens doet dat. Opa Jake, in Fup, a modern fable van Jim Dodge, blikt niet terug en denkt niet over de dood. Hij is onsterfelijk. Tegen het einde van het kleine boek over de eend Fup viert Jake zijn honderdste verjaardag. De volgende dag begint hij met enkele teugen van zijn zelfgestookte maiswhisky en voelt hij zich klaar voor de volgende honderd jaar. Hij kookt een stoofpot van hertenvlees en na het avondeten maken hij en zijn kleinzoon Tiny een kleine wandeling. Daarna gaat Jake naar bed. Hij leest een verhaal, doet het licht uit en gaat slapen. Hij droomt, hoort hoe zijn naam wordt gefluisterd. Is het zijn kleinzoon? Hij spitst zijn oren en hoort hoe zijn hart ophoudt te slaan, hoe zijn laatste adem zijn longen verlaat, hoort de stilte waarin hij wordt opgetild. Er is het klapperen van vleugels, maar dit zijn geen engelen, hij hoeft niet te kijken om zeker te weten dat het eenden zijn die hem wegdragen. Nog één keer haalt hij adem, nog één keer slaat zijn hart. ‘Verdomme, ik was onsterfelijk totdat ik doodging,’ zegt hij tegen de eenden. Dan geeft hij zich aan hen over.

Jake heeft geleefd zonder doodsbesef, hij was onsterfelijk zoals dieren dit zijn.

Een van mijn ooms bereikte net als Jake de leeftijd van honderd jaar. Ook in zijn ouderdom bleef hij brieven sturen. Hij beschreef hoe de verpleegster hem ’s ochtends hielp met aankleden, de luier werd niet vergeten. Soms, als zijn lichamelijke gezondheid te wensen overliet, schreef hij over zijn hiernamaals. Hij keek ernaar uit zijn vader en moeder terug te zien en ook zijn jonggestorven zusjes. De beschrijving van dit toekomstig bestaan vond ik weinig concreet. Droeg hij nog een luier of was zijn incontinentie achter de rug? Ik vermoed dat een vraag als deze getuigde van weinig begrip voor mijn ooms denken. Het gedicht van Vasalis zit daar dichterbij:
En nu nog maar alleen / het lichaam los te laten- / de liefste en de kinderen te laten gaan / alleen nog maar het sterke licht / het rode, zuivere van de late zon / te zien, te volgen-en de eigen weg te gaan.Na deze regels noteert Vasalis: Het werd, het was, het is gedaan.
Mijn oom, overtuigd rooms-katholiek priester, zou de terugblikkende slotregel misschien niet hebben geapprecieerd, liever zou hij vooruit hebben willen kijken. Het lichaam losgelaten ging hij op weg naar zijn vader, zijn moeder, zijn zusjes. Zijn besef van het hiernamaals maakte voor hem het leven tot het einde toe mogelijk.

Mijn oom bereikte zijn hiernamaals met een luier, opa Jake was onsterfelijk zolang hij leefde. De overeenkomst tussen beiden is dat zij hun levensavond niet vulden met voortdurend terugblikken. Zij leefden zoals Catullus het beschreef:
Leven, Lesbia, is liefhebben / en geen rode duit geven / om het gebrom van oude heren.

 

 

afbeeldingen ©
Fup
Oude man
Eenden 2x
Oude mannen

     Andere berichten

Des dichters werk

door Wopke van der Lei     Nu ik van de ene verbazing in de andere val bij het lezen van het watersnoodboek De Ramp van Kees...

Die vermaledijde ene zin

Die vermaledijde ene zin

door Hans Franse   De Nieuwsbrief van het literair museum (dat helaas uit Den Haag weggaat en naar Utrecht verhuist) is altijd leuk...

Over het dragen van een gedicht

door Rogier de Jong     Lief kind, hoe zal ik je dragen? Links, rechts, van voren, of op mijn rug? Weet je wat, ik sla je tot...