LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Kleine bezweringen om de werkelijkheid te temmen

4 apr, 2009

Sylvie Marie (Tielt, 1984) publiceerde in tijdschriften als Het Liegend Konijn, Poëziekrant en Krakatau. Haar gedichten werden opgenomen in bloemlezingen, maakten deel uit van de poëziezomer in Watou, en vielen in de prijzen. Ze is poëziecoördinator van Meander en redacteur bij Deus ex Machina. In het voorjaar van 2009 verscheen haar debuutbundel Zonder bij uitgeverij Vrijdag/Podium.

Luuk Gruwez schreef over Zonder in De Standaard der Letteren: ‘Misschien wel een van de belangwekkendste poëziedebuten van de jongste jaren’ en ‘Sylvie Marie geeft de indruk dat ze schrijft om het niet uit te gillen’. Voel je dat laatste zo?
Toen ik dat commentaar van Gruwez las, moest ik glimlachen. Ik vind immers wel dat het bij mijn bundel past. Sommige gedichten lijken inderdaad op kleine bezweringen om de werkelijkheid te temmen. Toch betekent dat niet dat ik op het moment van schrijven daadwerkelijk met mijn hand op mijn mond zit om niet te schreeuwen. De meeste gedichten schrijf ik in een zeer gemoedelijke, relaxte toestand.

Je stijl wordt omschreven als ‘sober’ en ‘suggestief’. Doe je dat bewust?
Dat mijn gedichten sober zijn, is een bewuste keuze: ik houd van eenvoudige woorden. Een twaalfjarige zou in principe alle woorden moeten kunnen begrijpen die in mijn bundel staan .Over het suggestieve: ik vrees eigenlijk een beetje dat een gedicht zonder suggestie niet echt veel te zeggen heeft. Een lezer moet na het lezen van de laatste witregel toch nog even kunnen nadenken, er moet hem iets overkomen.

Hoe lang heb je gewerkt aan je bundel?
Dit is mijn eerste bundel. In die zin kun je stellen dat ik ernaartoe heb gewerkt vanaf het moment dat ik kon schrijven en mijn eerste gedichten componeerde: de periode ‘Sylvie schrijft gedichten.’
Het is een proces van groeien en leren geweest. Het naar buiten durven komen met mijn werk was een belangrijke stap, net zoals de publicaties in tijdschriften en de overwinningen in wedstrijden me als het ware ‘gepusht’ hebben. Het oudste gedicht is bijna vier jaar oud, het jongste een klein jaar. Ik heb ze geselecteerd op basis van hun bijdrage tot mijn concept Zonder. Het is, met andere woorden, dus niet een selectie van alle ‘goede’ gedichten die ik tot nog toe schreef. Nee, er liggen er nog in de koelkast, klaar om aan een volgend concept bij te dragen. Als je me vraagt wanneer ik echt begonnen ben met de concrete samenstelling van deze bundel? Ik denk dat het in een stroomversnelling is gekomen na mijn publicatie in Het Liegend Konijn in april vorig jaar. Enkele uitgeverijen hebben me naar aanleiding van die publicatie aangesproken.

Wie zijn je voorbeelden?
Ik lees enorm graag en veel poëzie, vooral de Nederlandstalige. Eigenlijk focus ik me vooral op hedendaagse Nederlandstalige dichters. Dat gaat van gevestigde waarden zoals Esther Jansma en Peter Verhelst, over nieuwere stemmen zoals Ruth Lasters, Eva Cox, Xavier Roelens en, ja, David Troch, naar aanstormende talenten als Vicky Francken of Yi Fong Au. Waarom denk je dat ik bij Meander de nieuwe talenten in de rubriek Dichters zo graag doe?

Je hebt al veel opgetreden. Waar bewaar je de beste herinneringen aan?
Ik heb veel goede herinneringen aan veel optredens. Het meest houd ik van optredens die niet competitief zijn, en waar je dus alle tijd krijgt om volledig jezelf te zijn. Ik deed al eens mee aan poetry slams, maar de tijdslimiet van drie minuten en een jury schrikt mij eerder af dan dat het me aantrekt. Toch hebben ze me wel geleerd om levendig voor te lezen, het publiek aan te kijken en vooral de indruk te geven dat ik er heel relaxed bij sta, al gieren de zenuwen door mijn lijf!

Je werkt voor twee tijdschriften. Is dat te combineren met een baan?
Het is soms moeilijk, maar ik doe het gewoon te graag. Liever af en toe eens verzuipen in het werk, dan thuiskomen en niet weten wat te doen.

Ben je al met een nieuw project bezig?
Iets concreets voor een nieuwe publicatie staat er niet in de steigers. Toch ben ik met vanalles bezig. Meander, Deus ex Machina, optreden met Zonder, mijn nieuwe huis opknappen, enzovoort. En o ja, laatst zette ik samen met David Troch, Lies Van Gasse en Wouter Steyaert een tentoonstelling op poten. Nog tot eind april is de mix van beeldend werk en poëzie te zien in De Geus in Harelbeke.

Zie ook de website van Sylvie Marie

     Andere berichten

Interview Bart Adjudant

‘Veel poëzie waar ik van houd is gemaakt om gezongen te worden’ door Inge Boulonois   Dichter en musicus Bart Adjudant (Den Haag,...

Interview Bernard Wesseling

Interview Bernard Wesseling

‘Er is een direct verband tussen taalverloedering en gevoelsarmoede.’  door Cora de Vos   Schrijver en dichter Bernard Wesseling...

Interview Jan J. Pieterse

Interview Jan J. Pieterse

'van puntdicht naar bühne' door Inge Boulonois   Jan J. Pieterse (geboren in Goes) heeft een passie voor het theater. Hij presenteert...