Van Marleen de Smet (1959) kwam in 2010 een derde dichtbundel uit : Tussen schaduw en schittering bij Uitgeverij Demer. Haar eerste bundel verscheen in 2002 Groeipijnen en in 2005 volgde de tweede onder de titel Vreemd hoe het gaat. Ook publiceerde zij een historische roman De verborgen oorlogsliefde (2002). Haar gedichten werden opgenomen in meerdere bloemlezingen en in tijdschriften als Schoon Schip, De Auteur, Opspraak en Meander. Ook verleende ze haar medewerking aan talrijke literaire en niet-literaire evenementen. Twee gedichten zijn permanent te lezen in de Poëtische steegjesroute van Geraardsbergen.
Over poëzie zegt zij: ‘Iedereen heeft poëzie in zich maar niet iedereen legt met dezelfde bevlogenheid dezelfde accenten. Poëzie is reizen in het hoofd vanuit het hart of omgekeerd: het verwoorden van gevoelens, ervaringen en observaties in taal die beeldrijk is en zingt. Het is zoeken naar beroering, verwarring stichten en emoties losmaken.’
Interview Alfred Schaffer
‘Je kunt een taal niet verantwoordelijk houden voor een regime’ door Gerard Scharn - Dichter Alfred Schaffer (Leidschendam, 1973) woont en...