Alida Winter, pseudoniem van Masja Kooiman (Dordrecht, 1971), studeerde literatuurwetenschap en is vanaf het begin van de jaren negentig actief op verschillende poëziepodia. Ze maakte deel uit van een voorleestheater dat eigen werk voordroeg in Tilburg, Amsterdam en Nijmegen. Ze was te horen tijdens de Nacht van het Boek, Paradox en het Dub-festival in Tilburg. Niet zo verwonderlijk als je meedraait als juryvoorzitter van het Dub-festival, bestuurslid van de stichting Leopold, die literaire activiteiten organiseert in Tilburg, en de organisatie van de Nacht van het Boek.
Ze publiceerde in de literaire tijdschriften ‘Meelij en Afschuw’ en ‘Exit’. In 1998 verscheen bij de stichting Consulaat der letteren de bundel Het huis.
Haar uitspraak ‘Dichten is voor mij het uithakken van een sculptuur uit steen’ sluit naadloos aan bij een dichter wiens werk te vinden is in De poezie lacht op straat, gebeitelde gedichten in Tilburg (Syntax publishers) en op de wand van de Tilburgse schouwburg geprojecteerd als onderdeel van een kunstexpositie.
Interview Bart Adjudant
‘Veel poëzie waar ik van houd is gemaakt om gezongen te worden’ door Inge Boulonois Dichter en musicus Bart Adjudant (Den Haag,...