Het leven kleuren
door Levity Peters
In dezelfde periode las hij het boek over kleur van Victoria Finlay – en zo vermengden kleuren, klanken en namen zich op papier tot een liefdesgeschiedenis. Een driehoeksverhouding tussen dromer, danser en schrikbeeld werd het: Tri ti tiii is een springerige, muzikale vertelling, ‘een gevecht om stilstand’ – een dans op papier.’
Aldus de noodzakelijke rugtekst van de dichtbundel.
Dans springt uit het boze Niets
(blz. 5).
Meteen de eerste regel is het raak. Dans speelt een belangrijke rol in de bundel. Dans heeft natuurlijk te maken met het lichaam, met erotiek. De oorsprong van de dans schijnt seksualiteit te zijn. Is dat het boze niets ?
van denken
meent Schr!kbeeld.
(blz. 7)
Is dit niet erg willekeurig? Zou dansen door bijvoorbeeld Zuiderent vervangen kunnen worden door fietsen? Denken kan betoverend zijn, beweegt, heeft een ritme, zoals ook dans dat heeft. Of fietsen. Wanneer je solo danst, is dat een manier om jezelf vrij te geven, een uiting van vreugde. Maar dans heeft vooral te maken met de manier waarop je jezelf presenteert, met hoe je ‘jezelf gedacht’ aan een ander laat zien, je levenslust toont, je kracht. Dans is een manier om je symbolisch aan een ander te geven. Misschien is het inderdaad wel een bijzonder zuivere levensuiting, die iemand gemakkelijk als de hoogste vorm van denken kan beschouwen. Ik geef mij gewonnen.
Het gedicht gaat verder:
Hij springt op
danst de zevensprong
Het is de zomer van de pare dingen
tweestrijd
marsmaat
wrijvingscoëfficiënten
Hij struikelt, struikelt
van bij het bange begin
Dans is het allerhoogste kwaad.
‘Fietsen is het allerhoogste kwaad’, had Zuiderent kunnen schrijven na met zijn fiets gevallen te zijn. Veel zaken zijn toch verwisselbaar. Liefdesgedichten voor en door homoseksuele dichters zijn bijvoorbeeld meestal evengoed te genieten door heteroseksuelen. Daar ligt de kern dus niet. Hoe geef je je gewonnen aan een jou vreemde wereld die de dichter je binnen lokt? Het avontuur van de poëzie, daar lijkt het om te gaan.
Er komt een aantal namen voor in de bundel: Bendik Giske, Espen Berg, Daniel Herskedal. Namen die het verhaal dat in de bundel wordt verteld, moeten enten op de werkelijkheid. Het zijn de namen van de musici. Na ‘Dans is het allerhoogste kwaad‘ gaat het op de volgende bladzijde verder:
in een luciferdoosje
ontsteken de vlam
De zaal waarin zij met hun optreden leven blazen. Zij geven kleur. Daarover schijnt deze bundel te handelen; hoe mensen het leven kleuren:
Hartstocht grondt het doek
met onvermogen
Bendik Giske ontdekt dat de verf
van doden is gemaakt, begraaft
de tubes die hem nog resten
in de sneeuwvlakte onder nul
Verfborstel, bloedverwanten
wachten nog op een blos
dat ene kneepje in de wang
Magnificat van rood haar
dat brandt in felle zon
Tuba wordt een lichtsculptuur.
(blz. 39)
Wat het gedicht laat ‘werken’, volgt op de volgende bladzijde:
Magnificat van rood haar
dat brandt in felle zon
Schr!kbeeld wacht nog op een blos.
Het is een vast patroon in de bundel. Op de ene pagina wordt iets gesteld, op de volgende pagina volgt een modulatie van enkele regels. De werking daarvan is dezelfde als in muziek: er wordt emotie losgemaakt.
Zodra ik mij kon overgeven aan de grillen van Norbert De Beule, werd Tri ti tiii (ondertitel ‘een liedboek’) een fascinerende bundel. Ik raakte betoverd door de trucs, de bewegingen die de dichter maakte. Deze taaltovenaar biedt zijn wereld met een gelaagdheid of het er tien zijn.
De poëzie van Norbert De Beule is vanzelfsprekend amusement, maar ze geeft dat op een hoog niveau. Het is per definitie een bundel die tot uitpluizen nodigt met tijden nieuwsgierig puzzelplezier voor de boeg.
Geen danser heeft zich ooit verplaatst weet Schr!kbeeld
om toe te zien
om neer te slaan
in de verlatenheid
van een andere danser
Espen Berg klapt vleugel dicht
Een laatste strohalm vliegt op –
kwinkslag van de geelgors
op zeven grafheuvels tegelijk
(blz. 53)
En op de volgende bladzijde:
Geen danser heeft zich ooit verplaatst
in de verlatenheid
van een andere danser.
Dat geeft weer stof tot nadenken. Tot de hoogste vorm daarvan: mijmeren.
***
Voordrachtskunstenaar en leraar Nederlands Norbert De Beule (Hamme,1957) publiceerde gedichten in Deus ex machina en schreef een poëtische theatermonoloog over het leven van Joti T’ Hooft (1956-1977).
Van hem verschenen eerder de bundels YELLe! (2003), genomineerd voor de Cees Buddinghprijs en bekroond met de Prijs voor Letterkunde van de Provincie Oost-Vlaanderen, EBdiep (2006) en het uit bewondering voor Fernando Pessoa geschreven Boekhouder van het Rusteloze (2009).