LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Willem van Toorn en Hans van de Waarsenburg – Dodemansdagen

29 apr, 2014

Beste Hans, goede Willem

door Joop Leibbrand

In 2011 schreven Bernlef en Hans Tentije samen de bundel In omgekeerde richting, een thematisch samenhangende ‘gedichtenwisseling’, die, gesitueerd in het Noord-Hollandse kustgebied (hun beider habitat), handelde over het warnet dat het verleden spant om herinneren en vergeten, zijn en niet-zijn, bestaan en voortbestaan. Hoewel de gedichten alle uitstekend op eigen benen konden staan, was de extra charme van de bundel dat beide dichters voortdurend voortbouwden op het werk van de ander, en de lezer aldus echt deelgenoot werd van een dichterlijke correspondentie. Deze oorspronkelijk voor Atalanta Pers geschreven bundel werd uitgegeven door De Harmonie.

Bij Wereldbibliotheek kwam onlangs een bundel uit die de indruk wekt qua opzet vergelijkbaar te zijn. Over Dodemansdagen zegt de uitgever: ‘Willem van Toorn (1935) en Hans van de Waarsenburg (1943) schrijven elkaar gedichten over het leven. Twee dichters in dialoog over liefde, de herinnering en de onherroepelijke tijd, en over de dood.’
Dat klinkt veelbelovend en de eerste twee gedichten doen vermoeden dat deze dichters misschien nog wel sterker dan Bernlef en Tentije dat deden met elkaar in gesprek zullen gaan. Anders dan de laatsten spreken ze elkaar ook direct aan.
In een ‘Beste Hans’ vraagt Van Toorn aan Van de Waarsenburg hoe die omgaat met de doden in zijn hoofd, of hij misschien wel in zijn hand voelt ‘de heel kleine/ hand van een kind dat gelijktijdig/ toch zo verschrikkelijk weg is?’
Van de Waarsenburg geeft er in ‘Goede Willem’ direct antwoord op:

Goede Willem,

Ik draag altijd die kleine kinderhand
Met me mee. Maar ze is koud en ik warm
Haar in de zon van Venetië of blaas er
Een herinnering in. Zij danst, ja ze wilde

Dansen, altijd dansen. Zij licht op tussen
De al zo oude doden, die aan een woord
Genoeg hebben, een boek, een letter, de
Geur van hun brieven. Traag gaan ze hun

Dodengang in het hoofd. Als ze me nodig
Hebben praat ik met hen of beschrijf mijn
Goede herinneringen. In het kerkhof

Rond mijn hart is het druk geworden, maar
Jullie zijn dood, roep ik als het rumoert.
Alleen zij gaat altijd met mij mee. Ik luister.

Een mooi gedicht, waarin de ingehouden tragiek net niet te erg doet schrijnen. En zo schrijft Van Waarsenburg er meer.
Hoe zou Van Toorn hierop reageren? En dan volgt direct de teleurstelling. Niet Van Toorn reageert, maar de uitgever, of haar redacteur, of toch Van Toorn maar dan wel op een manier waarmee de lezer op het verkeerde been wordt gezet, want alle gedichten die vervolgens Van Toorns aandeel in de bundel vormen, stonden eerder in Bezweringen, vorig jaar uitgekomen bij Querido. Dacht ik aanvankelijk dat misschien slechts een enkel gedicht was hergebruikt, de eenvoudige criticus herinnert zich niet alles, vergelijking wees uit dat uit Bezweringen de hele vierdelige cyclus ‘Bentlage’ is opgenomen, zij het nu als aparte gedichten, en verder de gedichten ‘Boer Kofoed nog niet dood’, ‘Ars moriendi’, ‘Ella’, ‘Erik’,’Rien’, ‘Herman’, ‘Amstelpark met gezelschap’, ‘Stephen’. Zonder uitzondering mooie gedichten, uit een bundel die ik enthousiast besprak (lees hier de recensie), maar niet hier in geamputeerde vorm had terug verwacht.

Geen woord hierover op het achterplat, noch bij de aantekeningen achterin. Vreemd, en eigenlijk gewoon onfatsoenlijk. Hoe zit dat nu met de aangekondigde dialoog? Is het misschien toch wel zo dat Van Waarsenburg telkens op een van Van Toorns gedichten reageert? Qua sfeer en toon is er affiniteit, maar ik heb niet kunnen ontdekken dat de gedichten een relatie met elkaar aangaan. Eerlijk gezegd was m’n zin ook een beetje van de bundel af. Hoe kon deze uitgave op deze manier gepresenteerd worden?

Wie Van Toorns Bezweringen niet kent, zal onbevangen aan Dodemansdagen beginnen. Die leest dan een bundel waarin de afzonderlijke gedichten zonder meer de moeite waard zijn.

***
Na de publicatie van bovenstaande bespreking wees dichter Willem van Toorn mij erop dat de relatie Dodemansdagen Bezweringen een andere is dan ik aannam. Niet een selectie gedichten uit Bezweringen ligt ten grondslag aan Dodemansdagen, maar de gedichten voor Dodemansdagen heeft hij daarna opgenomen Bezweringen.
Van Dodemansdagen (waarin de dichters zoals Van Toorn benadrukt wel degelijk op elkaar reageren) verscheen in 2012 bij de Atalanta Pers een bibliofiele uitgave.
(J.J. L)

     Andere berichten

Karel Wasch – Tegelijkertijd

Karel Wasch – Tegelijkertijd

Sentiment door Jan van Gulik - - Karel Wasch (1951) neemt ons in Tegelijkertijd mee op een reis ‘vol verwondering, melancholie, weemoed en...