Gelaagdheid krijgt een nieuwe betekenis
door Wilma van den Akker
Het is prettig verblijven in de werelden van Floor Buschenhenke. Werelden, meervoud, want deze dichteres is niet op één wereld vast te pinnen. In haar tweede bundel, Het moeten eenhoorns zijn, stuitert ze van de ene wereldbol naar de andere als in een ballenbak. ‘/Schoenen uit en springen maar//’ zo eindigt een gedicht met de titel ‘bol.’ Poëzie om vrolijk van te worden, maar dat niet alleen. Zoals ik al opmerkte: er is meer onder de zon in de gedichten van Buschenhenke. Kijk eens hoe zij zich de hypothese van de rechtvaardige wereld uit de sociale psychologie toe-eigent:
de rechtvaardige-wereldtheorie
je verpakt je mazzel blindelings
in de rechtvaardige-wereldtheorie
als een wollen sjaal knoop je hem vast,
doet bij elke knoop een wens,
hoe warm en zacht is de wereld geworden
een representatieve buitenlaag van
‘als-dan’-denken dekt je toe
als ik mijn multivitaminen slik dan
als ik goed mijn best doe dan
als ik over mijn kinderen waak dan
en daaronder, dicht tegen je aan,
de mottige voering van ‘hadden-ze-maar-niet’
de verslaafden, de onderbewindgestelden,
de vervloekten, de aangeranden,
de vluchtelingen, de werkelozen,
de doden
je zult je sjaal afwinden en naakt
onder onverschillige sterren
de nacht in lopen, als je geest
te stram is om knopen te ontrafelen,
zul je een handje geholpen worden
later zul je jankend naar de maan
de tijd verdrijven
tot je wolvenvacht doorkomt
Het begrip ‘gelaagdheid’ krijgt hier een nieuwe betekenis. Je kunt verdwalen tussen de lagen van haar poëzie. Meerduidigheid maakt die spannend. Het gedicht ‘festina lente’ had voor mij meteen al een dubbele betekenis, vanwege het gelijknamige café waar poëzieslams worden georganiseerd. De man die met slakken vecht was voor mij onmiddellijk een dichter. Pas in tweede instantie besefte ik de eigenlijke betekenis van de titel. Ik weet niet of Buschenhenke hiermee een inside joke voor dichters heeft gemaakt, of dat de associatie met het café voor mijn eigen rekening is. Het blijven zalige zinnen en beelden.
festina lente
de man die met slakken vecht
kruipt slijtend over straat
doet drie jaar over een blokje om
na de regen stijgen sporen op, de geur van
rottingsprocessen, van vervellen
komen ze aan de straten sabbelen
de planten labyrintisch perforeren
de man die met slakken vecht zet de achtervolging uit
stopt even, plukt ze zo van de muren, de mond in
met zijn schrale kant wrijft hij regen in de tegels
zijn bovenkant is de zware kant
in zijn kaalgevreten kant, de binnenkant, raast en krijst het,
een oorlogstribunaal op valsnelheid
de rinkelende sleutelbos aan zijn oorlel
klinkt als een herinnering, van zacht tapijt
muren overwoekerd door familiefoto’s
soepdampen in een donkere hal
zit er een gaatje in je hoofd ofzo? Een sleutelgaatje?
De man die met slakken
kantelt, spiraalt zich ondersteboven
verlaat het huis op zijn rug
ontvangt de regen op zijn uitgerolde tong
Wat ik zeg: het is fijn verdwalen in Buschenhenkes gedichten. Ze heeft een breed spectrum aan poëtische middelen en beelden, van mythologische wezens, de belevingswereld van kinderen tot al dan niet bestaande technische wonderen. Een van mijn favoriete gedichten is ‘spectatron 2000©’, waarin een machine wordt uitgevonden tegen naar binnen sneeuwende geliefden. In dit gedicht worden ook de eenhoorns uit de titel van de bundel verklaard. En dat mag iedereen zelf lezen in deze fijne verzameling werelden.
***
Floor Buschenhenke (1978) is dichter, tekstschrijver en schrijfcoach. In 2009 verscheen haar eerste bundel Eiland op sterk water.