LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

“Terug naar de natuur”

12 dec, 2019

Saskia Stehouwer (Alkmaar, 1975) studeerde Nederlands en Engels aan de Universiteit van Amsterdam. Ze werkte ruim tien jaar als redacteur en projectleider bij SAVUSA, het Zuid-Afrika instituut van de Vrije Universiteit. Saskia is oprichter en directeur van Stichting Kunstgroen.
Haar gedichten werden gepubliceerd in tijdschriften en bloemle­zingen, onder andere in Meander. In oktober 2014 verscheen haar debuutbundel wachtkamers bij uitgeverij Marmer, die bekroond werd met de C. Buddingh’-prijs 2015. Saskia’s tweede bundel verscheen in oktober 2016 bij Marmer onder de titel vrije uitloop.
In juli 2017 verscheen een boek met Engelse vertalingen van gedichten van Ingmar Heytze en Saskia Stehouwer, vertaald door Joel Katz en Robert Perry, getiteld Iets anders/Something else (Dutch poet press). Met Katz en Perry vertaalde Saskia Vrije uitloop, dat in april 2019 als Vrije uitloop / Free range verscheen bij Dutch Poet Press.
In juni 2019 zag Saskia’s bijzondere derde dichtbundel Bindweefsel (uitgeverij Marmer) het licht. Deze bundel is geheel handgeschreven op zelfgeschept papier van plantenresten en fruitafval.
Saskia is inmiddels stukjes aan het schrijven voor haar nieuwe boek. Elly Woltjes sprak met haar.

foto Rosa van Ederen

 

Wat origineel om een composteerbare bundel te publiceren. Waren alle bundels in vroegere tijden niet composteerbaar, vraag ik me af.  Je moet maar op het idee komen: het is een vondst! De omslagillustratie van wachtkamers toonde al een half vergaan blaadje op een oranje ondergrond en is misschien een vooruitwijzing naar de composteerbare bundel, een logisch vervolg?
In principe is papier nog steeds composteerbaar, maar tijdens het maken worden vaak chemicaliën toegevoegd, evenals aan de inkt, waardoor het niet zo’n goed idee is om gewoon papier op de composthoop te leggen. Ik wilde graag laten zien dat je een bundel kunt maken die geen extra belasting voor de aarde zou vormen, vandaar dat ik alleen plantenresten en schillen heb gebruikt. Na gebruik kan de lezer de bundel op de composthoop gooien zodat hij weer kan worden opgenomen in de natuurlijke kringloop.
Wat interessant dat je een verbinding ziet met het omslag van wachtkamers; dat had ik me nog niet eens gerealiseerd. Het was geen bewuste vooruitwijzing maar ik was wel al bezig met natuur en de kwetsbaarheid daarvan, dus je zou dit zeker een logisch vervolg kunnen noemen op mijn eerdere werk. Ik kijk steeds meer naar de manier waarop wij mensen met elkaar en de natuur omgaan en hoe we misschien andere manieren kunnen vinden om een verbinding aan te gaan met de natuur en met haar samen te werken in plaats van haar uit te buiten.

Hoe is de eerste biologisch afbreekbare bundel tot stand gekomen die in een oplage van dertig stuks is verspreid en daarmee een collectors’ item is geworden?
De bundel is tot stand gekomen in mijn keuken. Ik heb geleerd papier te scheppen en heb flinke hoeveelheden pulp gemaakt van allerlei afval: schillen van bananen, sinaasappelen, prei, asperge, knoflook en ui, grasafval en hostabladeren. Sommige experimenten waren geen succes: de aardappelschillen en koolbladeren stonken verschrikkelijk en de bamboevezels waren te hard om er pulp van te maken. Uiteindelijk had ik ongeveer 400 vellen en die heb ik (met hulp van mijn vader en een goede vriendin) met de hand volgeschreven en ingebonden met vlasdraad. Door het hele proces te doorlopen en alles zelf te doen, heb ik een heel andere band met deze bundel dan met de ‘gewone’ bundels die ik geschreven heb. Het was best moeilijk om te beginnen aan de gedichten in deze bundel, omdat de drager zo speciaal was dat ik dacht dat ik ook heel bijzondere gedichten moest gaan schrijven. Toen ik dat idee los kon laten, kwamen de gedichten vanzelf en sloten ze qua thematiek ook heel natuurlijk aan bij het concept van de bundel.

 

een vrouw ging sterven en leek heel jong te worden
hoestte veel en moest daar zelf hard om lachen
alle rook in haar leven kwam er weer uit
deze laatste dagen

de woorden die we in haar plantten
de tenten die we op haar bouwden
van onze doekjes voor het bloeden

we bekibbelden haar borsten
kletsten onszelf tegen haar aan
haalden alles uit de kast

zij hing haar vervaldatum
aan een kaartje rond haar nek
nam steeds diepere baden

toen haar stem ging kraken
luisterden de honden niet meer

toen ze niet meer at
pakten wij onze koffers

uit de bundel bindweefsel

Je vorige bundels vind ik heel erg goed maar ik vind deze bundel van zinsfragment naar zinsfragment vrij moeilijk te begrijpen en ik zag ook niet waar een gedicht begon en eindigde. Ik ontkom misschien ook niet aan de enigszins negatieve gedachte dat het toch weer verdwijnt en dat brengt mij op de vraag, waarom maakt een dichter iets voor het vergeten?
Ik vertelde dat ik graag een bundel wilde maken die de aarde niet belastte en die ook weer kon worden opgenomen in de natuurlijke kringloop. Dat impliceert inderdaad dat daarmee ook de gedichten verdwijnen. Ik heb al van diverse mensen gehoord dat ze het jammer en ook onbegrijpelijk vinden dat ik iets maak dat dan ook weer verdwijnt. Ik vind dat zelf een beetje vreemd. Ik heb niet de illusie dat mijn werk voor de eeuwigheid bewaard blijft; de meeste dichters hebben een heel select publiek en worden over honderd jaar echt niet meer gelezen. Daarnaast zet ik sowieso vraagtekens bij onze neiging om alles maar te willen bewaren. Ik vind het een mooi idee om de gedichten een tijdje in de wereld te laten zijn, waarna ze weer verdwijnen. Er zijn genoeg culturen in de wereld die leunen op een orale traditie en die wat ze willen onthouden gewoon uit hun hoofd leren.

Wat bedoel je met ‘Er zijn genoeg culturen die op een orale traditie voortbouwen en wat ze willen onthouden gewoon uit hun hoofd leren?’ Genoeg culturen? Moeten we noodgedwongen terug naar de Middeleeuwen?
Natuurlijk hoeven we niet noodgedwongen terug naar de Middeleeuwen. Ik wilde alleen zeggen dat er meerdere manieren zijn om om te gaan met verhalen en teksten en dat je niet altijd moet uitgaan van het standaard gedrukte boek.
Eerst was ik er dus van overtuigd dat de gedichten gewoon verdwijnen met de bundels mee, maar inmiddels heeft mijn uitgever Marc van Gisbergen me ervan weten te overtuigen dat het toch wel heel mooi zou zijn als ik een boek maak waarin ik het verhaal van de bundel vertel en de gedichten opneem. Ik zit nu te puzzelen op een boek waarin ik poëzie kan mengen met proza en kan vertellen wat mij als dichter beweegt om het thema van natuur en klimaatverandering te kiezen en hoe ik dat probeer vorm te geven in mijn gedichten en in mijn leven.

 

volledig

we moeten het eind van de wereld aanraken
waar mens ophoudt en heelal begint

we zullen dakloos door de ruimte zwerven
in het donker een weg aanleggen
met een lepel een gang graven
tot we er zijn

een kaars plaatsen
zodat hij een vlam vangt
elkaar aansteken een spoor lichten
in de wijde blauwe nacht

zolang ik je rug zie
kunnen we verder lopen
ik duw jou jij trekt mij over de rand
je hand warm als altijd

als je me aanraakt
weet ik niet meer waar ik ophoud

we duiken in een gat dat zich om ons heen slaat
zien onze gezichten verdwijnen
het vliegen voelt goed

voeten die ons naar een nieuw land sturen
waar de bomen op ons wachten

schouders om op te halen eronder te zetten
te bieden schouders als begin

buiten wordt het kouder en later
ik lig voor anker tegen je aan
in ons binnenste vormt zich een stam

neem me mee
ik wil het zien
waar het opkomt ondergaat
en alle uren daartussen

(ongepubliceerd)

Weet je ook of iemand van je lezers het werk al op de composthoop heeft gegooid?
Toen ik de bundel presenteerde in de Tuin van Jan, een paradijstuin in Amsterdam-West, heb ik na afloop van het voorlezen een bundel op de composthoop gelegd. Ik ga binnenkort eens kijken of er nog iets van over is. De meeste kopers weigeren helaas om de bundel weg te gooien, maar er ligt er eentje in een kantoor van GroenLinks in de zon. Een vriend van mij heeft de bundel mee op reis genomen en heeft op diverse plekken een blad begraven of in het water gelegd: dat was een heel mooie poëtische invulling van het idee.

Wat is de volgende stap in je werk? Heb je plannen voor de toekomst?
Mijn volgende literaire project is het boek over deze bundel. Daarnaast heb ik zeker plannen voor de toekomst: ik ga met mijn vriend een flink stuk grond kopen in Spanje of Italië en daar willen we proberen om onze idealen in praktijk te brengen door een voedselbos aan te leggen, de grond te verbeteren door regeneratieve landbouw en door een centrum te bouwen waar mensen samen kunnen komen om ideeën uit te wisselen over nieuwe manieren van leven.

Treed je weleens op en wat zijn je ervaringen?
Ja, ik treed regelmatig op bij literaire avonden en festivals. Af en toe ook in het buitenland. Ik vind het heel fijn om mijn gedichten voor te lezen. Ik geloof dat het luisteren naar een gedicht een extra dimensie met zich meebrengt omdat je de toon van het gedicht beter kunt volgen en omdat je ook hoort hoe de dichter het zelf interpreteert. Soms heb je een publiek dat heel open is en dan is voorlezen echt een heel mooie ervaring.

Heb je nog andere activiteiten op literair gebied?
Ik heb het afgelopen jaar samen met twee Amerikaanse dichter-vertalers Robert Perry en Joel Katz, beide uit Californiё, een vertaling van mijn tweede bundel Vrije uitloop gemaakt. Afgelopen maand ben ik in Californië geweest om de bundel te presenteren. Ook in de toekomst wil ik graag bezig blijven met vertalen en in Californië kreeg ik het idee om een Europese bloemlezing te gaan maken van gedichten die gaan over de klimaatverandering, maar dat is nog in een heel pril stadium.

 

dit is hoever we het hebben geschopt
de steenkring rondom het genekte huis
waar we niet binnen mogen

lopend over de aarde met onze
enorme voeten haperende longen

de vlek in haar kleed
die ze er niet uit krijgt

de lokvogel de lijkvogel hij heeft zichzelf overtroffen
maakt zijn fortuin met onze luchtspiegelingen

de maanberg die uitrolt in de zonrivier
die de zeehemel opdraagt de sterrenbomen
naar binnen te hengelen

de graswind die de stoep van het meer veegt
tot het meer opstijgt

het verkleinen van jezelf
is het vergroten van je wereld

wat is zo dierbaar dat je het niet wilt achterlaten
de rivieren vragen het ons
de dieren uitsterven het ons

wij lopen af als elk verhaal
we hebben het spannend gemaakt

uit de bundel bindweefsel

 

 

     Andere berichten

Interview Bart Adjudant

‘Veel poëzie waar ik van houd is gemaakt om gezongen te worden’ door Inge Boulonois   Dichter en musicus Bart Adjudant (Den Haag,...

Interview Bernard Wesseling

Interview Bernard Wesseling

‘Er is een direct verband tussen taalverloedering en gevoelsarmoede.’  door Cora de Vos   Schrijver en dichter Bernard Wesseling...

Interview Jan J. Pieterse

Interview Jan J. Pieterse

'van puntdicht naar bühne' door Inge Boulonois   Jan J. Pieterse (geboren in Goes) heeft een passie voor het theater. Hij presenteert...