door Hans Puper
Onlangs kocht ik De goddelijke komedie[i],vertaald en toegelicht door Ike Cialona en Peter Verstegen. Ik heb er ooit een in proza gelezen[ii], maar dan heb je niet meer dan het plot. De metriek, het ritme, eindrijm, de alliteratie en assonantie die onlosmakelijk met het verhaal zijn verbonden, gaan daarin verloren. Maar dat ik destijds geen berijmde vertaling kon vinden is niet verwonderlijk, gezien het voorwoord van Cialona en Verstegen: ‘Dit is de eerste rijmende en metrische vertaling van Dante’s Goddelijke komedie in het Nederlands sinds die van Verwey (1923.). Ons uitgangspunt is geweest de Komedie in dichtvorm over te brengen op een wijze die natuurlijk klinkt, mede door de afwisseling van staand en slepend rijm, zonder elisie en vrijwel zonder inversie.’ (p. 7). Ze hebben dat uitgangspunt meer dan waargemaakt, de vertaling in terzinen is meesterlijk. En dat is niet alles: het boeiende commentaar beslaat bijna de helft van het boek.
De vertalers zijn erin geslaagd de ‘terza rima’ te behouden: ‘een vorm van schakelrijm die door Dante is uitgevonden.’ (p. 569). Een prachtig voorbeeld van dat schakelrijm en de natuurlijkheid van het Nederlands is het opschrift boven de hellepoort en de reactie van de verhaal-Dante. Om dat goed te laten uitkomen geef ik eerst de vertaling in proza van Frans van Dooren en daarna de eerste vier terzinen van ‘Canto 3’:
Van Dooren:
“Door míj gaat men binnen in de stad van pijn, door míj gaat men naar het eeuwig lijden, door míj gaat men tot de mensen die verloren zijn. Rechtvaardigheid bewoog mijn hoge Maker: ik ben het werk van de goddelijke Macht, de hoogste wijsheid en de eerste Liefde. Al wat vóór mij werd geschapen was eeuwig, en ook ik blijf eeuwig voortbestaan. Laat varen alle hoop gij die hier binnentreedt!’
Deze woorden zag ik in een donkere kleur boven een poort geschreven staan, en daarom zei ik tegen Vergilius: ‘Meester, wat daar staat lijkt mij verschrikkelijk.” (p. 50).
Ike Cialona en Peter Verstegen:
HIER KOMT MEN IN HET OORD DER FOLTERINGEN,
HIER KOMT MEN WAAR DE ZONDAAR EEUWIG LIJDT,
HIER KOMT MEN ONDER DE VERWORPELINGEN.
MIJN MAKER SCHIEP MIJ UIT GERECHTIGHEID.
DOOR GODDELIJKE ALMACHT, HOOGSTE REDE
EN EERSTE LIEFDE WERD ZIJN HAND GELEID.
NIETS IS ER VOORTGEBRACHT IN HET VERLEDEN
OF HET HAD EEUWIGHEID; OOK IK DUUR VOORT;
ER IS GEEN HOOP VOOR WIE HIER BINNENTREDEN.
In zwarte letters stond boven een poort
Die boodschap opgetekend en ik zeide:
‘Hard, meester, is de inhoud van dat woord.’
(p. 24)
En toen kwam de rel over de verminking van ‘De hel’ door vertaalster Lies Lavrijsen. Om niet onnodig kwetsend te zijn, verleende zij Mohammed amnestie. Maar laten we niet treuren, want in Het Parool [iii] zei de eigenares van Blossom Books, Myrthe Spitery, ‘dat Lavrijsen met zeer veel respect, kennis en kunde de literaire tekst van Dante vertaald en bewerkt heeft.’ En in De Standaard legt zij uit wat het bewerken met kennis en kunde inhoudt: het schrappen van ‘al te lange, saaie passages of minder relevante opsommingen’[iv]. Begrijpelijk, want Blossom Books handelt in YA-books. (Voor oudere lezers die de aansluiting met deze dynamische tijd hebben gemist: YA’s zijn jongeren tot begin twintig die het liefst lezen over jongeren tot begin twintig, maar soms zijn te porren voor een gaaf klassiekertje). En wat YA’s lezen moet cool zijn, anders kopen ze geen boeken. Ik ben bang dat de overige klassiekers uit de reeks daarom op dezelfde deskundige wijze zijn geknipt en geschoren. Maar dit terzijde, ik heb ze nog niet bekeken.
Spiteri en Lavrijsen toonden zich met de verwijdering van Mohammed zeer empathisch, omdat ze wilden dat het verhaal ‘niet onnodig kwetsend zou kunnen zijn voor een lezersgroep die zo’n groot onderdeel uitmaakt van de Nederlandse en Vlaamse samenleving. Het feit dat de passage niet nodig is voor begrip van de literaire tekst is doorslaggevend geweest.’[v] Gekwetste gevoelens van homoseksuele jongeren doen er voor hen niet toe, die moeten zich gedeisd houden. Dante plaatste ‘tegennatuurlijken’, Sodomieten, niet voor niets in de hel, want ‘dat kwam doordat het christendom daar zo over dacht, tot vandaag toe’[vi], aldus Spiteri. Tot vandaag toe. Dus waar lullen we over?
Zou Mohammed echt zijn geschrapt om een grote groep jongeren niet te kwetsen? Ik denk het niet. Blossom Books probeert haar uitgaven ook te slijten aan het onderwijs. Scholen krijgen 5% korting bij een bestelling van 1 tot 10 exemplaren, 10% korting bij 11 en meer exemplaren en vanaf 12 exemplaren krijgt de docent er een gratis boekie bij. Mooi nietwaar? Maar de verkoop wordt wat lastig als docenten bang zijn geweld over zich af te roepen – schrappen dus, die passage over Mohammed. Voor homo’s en devote katholieken hoeven zij geen angst te hebben, die doen niks. Laat die pausen en sodomieten daarom maar verder jammeren in de hel. Er moet toch wat spannends te lezen overblijven?
Tenenkrommend. Spiteri heeft ‘De hel’ laten verkrachten en de overige twee delen geeft ze niet uit – te saai, dat verkoopt niet. Dat een ambitieuze, professionele docent met liefde voor literatuur belangstelling kan wekken voor De komedie en haar historische context, negeren ze gemakshalve. Docenten en leerlingen moet je niet serieus nemen, dat kost alleen maar geld.
Spiteri heeft zondig gedrag vertoond. Zeer zondig gedrag zelfs. Als zij geen berouw toont door haar handel in bedrukt papier op te heffen of om te vormen tot een integere uitgeverij, maakt zij een gerede kans door Minos verwezen te worden naar de achtste folterkloof van de zesde hellekring, alwaar de hypocrieten voor eeuwig rondwaren onder een ondraaglijke last. Dante heeft hen gezien:
Nu zag ik schimmen in een gulden dracht
Voet voor voet rondgaan onder droevig klagen,
Vermoeid en als gebroken door hun vracht:
Een pij zoals wij nooit tevoren zagen,
Waarvan de kap over hun ogen hing,
Gelijk aan wat cluniacensers dragen;
Vanbuiten goud, vol glans en schittering,
Maar binnenin van lood, zo zwaar dat mij de
Pij van Frederiks folter maar een ding
Van stro leek. Deze pij doet eeuwig lijden!
Wij hebben ons met hen naar links gewend,
En hoorden hoe zij stil en droevig schreiden.
(p. 129)
De volgzame vertaalster, die ook maar beter berouw kan tonen om een hellegang te voorkomen, zal ongetwijfeld de regels over de cluniacensers en de Pij van Frederiks folter hebben geschrapt. Die zijn niet relevant, toch?
____