door Hans Franse
De poging om van Den Haag een Unesco literatuurstad te maken mislukte. Als de overheid niet echt in literatuur geïnteresseerd is, gebeurt er niets en moeten de dichters en schrijvers het allemaal zelf doen. In Utrecht schijnt het wel gelukt te zijn, Misschien bestuurt er een jonger gemeentebestuur, dat ook nog iets wil met de Woorden in de stad die anders langs de Domtoren in de blauwe lucht verdwijnen.
Er zijn ook andere steden, waar kunst en literatuur bloeien. Op weg naar Italië arriveerden we in Leipzig; het was in de goede week. Na de Wende in 1989 was het de eerste grote DDR- stad die we bezochten. Er was weinig vernield, maar ook weinig gerestaureerd; de stad was grauw en niet levendig. In een straat speelde een strijkkwartet, vier oude muzikanten in van die glimmende pandjesjassen.
Nu is Leipzig bruisend: de gebouwen zijn opgeknapt, het bladgoud vernieuwd, de restaurants stralen. In de Thomaskerk beluisterden wij, zittend op het graf van Bach, de Johannespassion, die korter, feller en mystieker is dan wat slechts met verering, deemoed en gebogen hoofd mag worden uitgesproken en benoemd: de ‘Mattheus’.
In de veelheid van cultureel artistieke aanbiedingen stuitte ik op een folder van het ‘Literaturhaus Leipzig’ en mijn mond viel open van verbazing. De overheid was hier dus wel in het schone Woord geïnteresseerd. Het betrof een folder, in vijfduizendvoud verspreid met alle bijeenkomsten die in april zouden plaatsvinden in het Literaturcafé.
Dat waren er nogal wat: 20 bijeenkomsten in april, gewijd aan schrijvers, boeken, stromingen of ‘andere’ literaturen. Schrijvers gingen in gesprek met het publiek in het literatuurcafé. Er was aandacht voor Slovenië, Oostenrijk. Voor mij het meest interessant was de avond op 28 april met aandacht voor de Nederlandse en Vlaamse literatuur:’Alles ausser flach: neue Romane aus Flandern und den Niederlanden’, waarin twee experts Katharina Borchhardt (zij presenteert ‘Kopje Koffie. Der niederländische- flämische Bücherpodcast) samen met Christoph Buchwald (hij begon in Amsterdam een eigen uitgeverij) het publiek op de hoogte houden met ‘Trommelwirbel für frische Bücher’: romans van Toine Heijmans, Anneleen van Offel, Nina Polak en Peter Perrins. Dat alles in samenwerking met het Nederlandse letterenfonds in het kader van het literatuurfestival ‘Leipzig liest’ met in het vooruitzicht de Leipziger Buchmesse.
Er waren ook nog workshops voor kinderen. Kortom, een druk en rijk programma.
Het was dat we elders verwacht werden, anders was ik zeker op 25 april naar de ‘finissage’ van een manifestatie gegaan die mijn fantasie prikkelde. Sinds de zomer van 2022 kon men uit een drietal automaten gedichten trekken. In de Stadsbibliotheek was een kauwgomballenautomaat omgebouwd tot een heuse Sloveense poëzieverstrekker, in een theater (Schaubühne) leverde een condoomautomaat poëzie. Ik hoop vurig dat de Oostenrijkse liefdesgedichten die men daaruit kon trekken niet de levenswekkende kracht van het poëtische woord abrupt onmogelijk zou maken: moge het poëtische zaad bloeiend ontkiemen. Tenslotte kon je in het ‘Haus des Buches’ een omgebouwde Tic-Tacautomaat vinden die gedichten uit Leipzig spuwde. Wat een fantastisch idee, uitgewerkt door dichter en romancier Matthias Göritz, die ooit professor was in ‘çreative writing’ in Louisiana, waar hij zeker geen condoomautomaat zal hebben mogen gebruiken.
Zouden we dat in Nederland niet kunnen ontwikkelen? Zou er geen markt zijn voor al die sigarettenautomaten die werkloos zijn geworden? Maak ze tot poëzieverstrekkers voor verslaafden aan het Woord. En al die benzinepompen die straks werkloos worden: even voor in de spits wat poëzie tanken.
In Ljubljana zag ik op de markt een melkautomaat: melk, vitaliteit, leven; de dichter is een koe, schreef Achterberg. Maar Sloveense gedichten kwamen uit de Stadsbibliotheek in Leipzig en hieruit kwam melk, gewone koeienmelk. Het was wel een leuke automaat om te zien, zoals Ljubljana een leuke stad is, waar de tekst van het volkslied, geschreven door de grootste dichter die dat land ooit kende, France Preseren, in het plaveisel is aangebracht; je loopt over gewijde tekst..
Misschien ooit eens alle vijftien coupletten van ons Wilhelmus is in een groot winkelcentrum op de grond aanbrengen?
Pakje Kunst Alkmaar, © Uit 072
andere foto’s © Hans Franse
–