‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat ze over hoge of diepe onderwerpen gaan, dat je er een heleboel voor moet weten. Omdat alleen zonderlinge mensen gedichten lezen.’
Maar deze gedichten kan een kind lezen!
© Kees Fens in het voorwoord van de verzamelbundel Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is, Querido,1990
droomgat
–
vannacht werd de lucht
achter mijn raam kattenvachtig zacht
en wist ik dat het kon
dat je ergens verder, verst bestond
–
nu maak ik lange lijsten
van wat we samen kunnen doen
als ik je weer -ogen dicht-
om de hoek van het heelal
voel schitteren
–
gaan we met honderd handen
tegelijk jongleren met planeten
ons wentelen door melkwegen
–
gaan we op tienduizend tenen
langs de rand van het heelal
-adem in-
door het grootste droomgat duiken
–
zullen we boven komen drijven
in elk van mijn gedachten.
–
© Mary Heylema
uit Dichter nr28, het heelal, Plint, 2023
–
–
Mary Heylema (1959) schrijft gedichten, verhalen, liedjes en informatieve teksten. Ze treedt op met vertelvoorstellingen, die gebaseerd zijn op haar boeken.
Ik moet nog aldoor denken aan
–
Ik moet nog aldoor denken aan
wat mij vannacht is overkomen:
telkens als ik begon te dromen
had ik geen geld om door te gaan
–
Dit moest ik allemaal laten staan.
–
© Leo Vroman
uit Gedichten 1946-1984, Amsterdam, Querido, 1985
opgenomen in de verzamelbundel Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is, Querido,1990
–
–
Leo Vroman (Gouda, 10 april 1915 – Fort Worth, 22 februari 2014) was een Nederlands-Amerikaans dichter, (toneel)schrijver, tekenaar, schilder, bioloog en hematoloog. In Nederland is hij vooral bekend als dichter. Zelf beschouwde hij zich allereerst als wetenschapper. Vroman woonde en werkte vanaf 1947 in de Verenigde Staten en werd in 1951 Amerikaans staatsburger. Toch geldt hij als een van de belangrijkste Nederlandse dichters. In 1964 ontving hij de P.C. Hooft-prijs. Daarnaast won hij bijna elke literaire prijs die er in Nederland te winnen viel.
Van binnen pratend hoofd
–
Als het stil wordt in de nacht
en je hoort de dingen bijna praten,
dan hoor je ook hoe je eigen hoofd
nog lang niet, nog lang niet wil slapen,
–
want binnenin zichzelf, dan praat
het dóór, over vandaag en morgen:
wanneer je op vakantie gaat
en wie er dan voor de hond moet zorgen;
–
het vertelt je een paar van je gekste moppen,
maar die kende je al en je lacht er niet om,
het vraagt je of je ’n miljoen zou gappen
als dat zomaar es even kon,
–
en of als je doodgaat als je heel oud bent,
je dan niks meer voelt of dat je ’t maar koud hebt, –
en dan gaat dat hoofd van binnen
maar gauw over iets anders beginnen,
–
terwijl het je nóóit eens slapen laat
(trouwens, het zegt van zichzelf al: Raar,
raar, nietwaar, zo’n hoofd dat maar
in je praat en praat.).
–
Hans Andreus
uit De fontein in de buitenwijk, Haarlem, Holland, 1973
opgenomen in de verzamelbundel Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is, Querido,1990
–
–
Hans Andreus, pseudoniem van Johan Wilhelm van der Zant (Amsterdam, 21 februari 1926 – Putten, 9 juni 1977) was een Nederlandse dichter en schrijver van gedichten, romans, verhalen, hoorspelen, kinderverhalen en kindergedichten.
Enkele gedichtenbundels en verhalen voor kinderen zijn De verhalen van Meester Pompelmoes, 1964, hetgeen de prijs Kinderboek van het jaar kreeg, Waarom daarom, 1967 en De wijze vis en andere verhalen, 1974.
foto © Frans Spaan