‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat ze over hoge of diepe onderwerpen gaan, dat je er een heleboel voor moet weten. Omdat alleen zonderlinge mensen gedichten lezen.’
Maar deze gedichten kan een kind lezen!
© Kees Fens in het voorwoord van de verzamelbundel Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is, Querido,1990
Over de ijdelheid
–
Wie met een revolver schiet
wordt soms afgebeeld:
een beetje door de knieën zakkend, pang,
op een kleurplaat, in te sturen.
–
Maar ga intussen jezelf maar na,
bekijk jezelf in een winkelruit –
als je ervoor staat, kun je ook
je duimen achter de broekriem steken
en achterover staan,
vooral als de ruit een beetje wiebelt
door de wind.
–
© Gerrit Krol
uit Polaroid, Amsterdam, Querido, 1976
opgenomen in de verzamelbundel Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is, Querido,1990
–
–
Gerrit Krol (Groningen, 1 augustus 1934 – aldaar, 24 november 2013) was een Nederlandse schrijver, essayist en dichter. Hij heeft een omvangrijk oeuvre op zijn naam staan. Krol werd in 1986 onderscheiden met de Constantijn Huygensprijs en ontving in 2001 de P.C. Hooft-prijs voor zijn gehele oeuvre.
Dik
–
Ik ben dik, nee dik, niet mollig
en daar zit ik dus wel mee,
want ze noemen me Miss Piggy
en ik durf haast niet in zee.
–
In de krant zag ik een foto
van een leuke dikke vent
en die had een boek geschreven:
‘Dik, en blij dat je het bent’.
–
Dat bedoelde hij als grapje,
want hij vond het niet zo fijn
om een dikke heer te wezen
in een wereld aan de lijn.
–
Maar die kerel is volwassen
en dan zit het nog wel snor.
’t Is heel anders als j’een kind bent
en ze roepen: knor, knor, knor!
–
© André Sollie
uit Soms, dan heb ik flink de pest in, Antwerpen, Manteau, 1986
opgenomen in de verzamelbundel Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is, Querido,1990
–
–
André Sollie (Mechelen, 7 juli 1947) is een Vlaams auteur en illustrator van kinder- en jeugdboeken en dichtbundels.
Sollie voltooide een grafische opleiding aan Sint-Lukas in Brussel en begon als illustrator. Hij werkte onder meer voor de Stipkrant, een kinderkatern in De Standaard. Daarin werden ook zijn eerste versjes gepubliceerd waarna hij ook als dichter, auteur van kortverhalen, schrijver van liedjesteksten voor musical en jeugdtheater en scenarist voor televisie begon te werken. Meer en meer trad hij naar voren als schrijver én illustrator en creëerde hij boeken met beeld en tekst.
In 1986 verscheen zijn eerste dichtbundel voor de jeugd Soms, dan heb ik flink de pest in, gevolgd in 1991 door Zeg maar niks en in 1997 de autobiografische dichtbundel Het ijzelt in juni. In 2008 verscheen een dichtbundel voor jonge kinderen Altijd heb ik wat te vieren.
Het met een Gouden Griffel bekroonde Wachten op matroos is een kinderboek over een vuurtorenwachter die verliefd is op een zeiler. De Engelse vertaling, Hello, Sailor, veroorzaakte in 2006 een rel in het Verenigd Koninkrijk toen het op een leeslijst van het onderwijs terechtkwam. Christelijke organisaties klaagden aan dat op deze wijze een kinderboek waarin homopersonages voorkwamen naar hun oordeel aan de scholen werd opgedrongen. Zijn eerste adolescentenroman Nooit gaat dit over, een liefdesverhaal van twee jonge opgroeiende jongens uit 2005 werd in 2011 verfilmd door Bavo Defurne als Noordzee, Texas.
In 1994 verzorgde hij de illustraties van Twee oude vrouwtjes van Toon Tellegen. Voor het drieduizendste nummer van de Vlaamse Filmpjes verzorgde hij de illustraties van het verhaal Wisselkind van Els Pelgrom. Zijn eigen prentenboek over een kleuter die zijn eigen lichaam ontdekt met teksten in rijm, Dubbel Doortje, kwam in 2004 uit. Andere prentenboeken waren Een raadsel voor Roosje, over het verwerken van verdriet met creativiteit en De Zomerzot uit 2009.
In 1998 kreeg hij zowel zijn eerste Boekenpauw voor de illustraties bij De brief die Rosie vond van Bart Moeyaert als de Boekenwelp voor Het ijzelt in juni. Voor Wachten op matroos ontving hij in 2001 samen met illustrator en co-auteur Ingrid Godon de Gouden Griffel. In 2005 kreeg hij een Boekenpluim voor Dubbel Doortje. In 2007 kreeg hij de Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor Jeugdliteratuur voor Een raadsel voor Roosje. In 2010 kreeg hij een tweede Boekenpauw voor de illustraties van zijn eigen boek De Zomerzot.
er hoeft nog altijd niet veel
te gebeuren voor ik aan je denk
–
iets wat niet op jou lijkt is al genoeg
dan denk ik kijk
–
dit lijkt echt niet op haar
–
© Maud Vanhauwaert
uit Ik ben mogelijk, Querido, 2011
opgenomen in Heel de wereld wordt wakker, Gottmer, 2022
–
–
Maud Vanhauwaert (Veurne, 15 januari 1984) is een Vlaams dichteres en actrice.
Maud Vanhauwaert, oud-leerling van het college van Veurne, volgde de opleidingen Woordkunst en Zakelijke Communicatie. Ze studeerde af aan de Universiteit Antwerpen als master in de Taal- en Letterkunde. Daarnaast behaalde ze ook een masterdiploma Woordkunst aan het Koninklijk Conservatorium Antwerpen. In 2012 eindigde Vanhauwaert als finalist van het Wereldkampioenschap Poetry slam en in 2014 zat ze in de finale van het Leids Cabaret Festival. In 2013 won ze het Groot Dictee der Nederlandse Taal bij de prominenten.
In 2018 en 2019 was ze stadsdichteres van Antwerpen. Op 1 september 2018 werd ze de eerste vrouwelijke ereburger van haar geboortestad Veurne. In het tv-programma Iedereen beroemd sloot ze een tijdlang wekelijks het programma af met een gedicht. Vanhauwaert geeft ondertussen ook zelf les aan de opleiding Woordkunst in het Koninklijk Conservatorium Antwerpen.
In academiejaar 2023-2024 is ze de huisdichter van de KU Leuven.
foto © Frans Spaan