door Hans Puper
De eerste Meander Live van het nieuwe seizoen is op 15 september. Voortaan niet meer op woensdagavond, maar op zondagmiddag van 15.00 – 17.00 uur. Er zijn bezoekers die van ver komen; dit zal hen zeker een plezier doen.
Ingmar Heytze is onze gast. Tot nu toe lazen de dichters hun laatste bundel integraal, op H.C. ten Berge na. Hij droeg een selectie voor uit zijn gehele poëtische werk, maar dat mocht. Het ging om zijn feestje, hij werd de dag daarna 85. En nu is er Heytze, die niet zijn laatste bundel voor zal lezen, maar eentje die nog zal verschijnen: Postkamer.
Afgelopen najaar vertelde hij op een uitvoering van ‘De Nacht van de poëzie on tour’ dat hij briefgedichten schreef – zie dit filmpje. In het laatste nummer van Het Liegend Konijn (2024/1) zijn er negen opgenomen. In de Revisor (39, maart 2024), geheel gewijd aan poëticale opvattingen, staat ‘Brief aan de poëzie’ en in de laatste Poëziekrant ‘Brief aan de begrenzende’, over de horizon.
Gaan we die allemaal horen? Zullen ze allemaal in Postkamer staan? Vast wel. Een mogelijk voorproefje:
Brief aan de mensen in mijn bed
Vroeger zou ik schrijven: meisjes, later vrouwen,
maar nu ik zit te schrijven in een leeg café in de stad –
het is vroeg en ik kijk uit over terrassen waar nog
niemand op zit – maakt de zwart-witte kat die hier
woont weer eens aanstalten een mollige merel
te verschalken. De merel vliegt weg naar de dakgoot,
de kat springt op een tafeltje en gaat omhoog zitten
kijken. Zo denk ik soms nog aan jullie, de mensen
in mijn bed, langer of korter, gemist of haast vergeten.
Met bijna iedereen heb ik hier gezeten, een of twee katten
en heel wat merels geleden. Nog even, dan ga ik
even mank als mijn vergelijkingen. Weer iets later
hoop ik zingend te verdwijnen, vlak voor de sprong
die ons wacht, naar de dakrand in jullie hoofd, als jullie
(wie weet) dit lezen, of mijn advertentie in de krant.
Mooie titel. Is het een knipoog naar de opvatting dat je aan hokjesdenken doet als je vrouw zegt? Eerst had de ‘ik’ het over meisjes, daarna over vrouwen (toen hij wat ouder was, vermoed ik) en nu, als een dichter die met zijn tijd meegaat, mensen. Tenminste: dat verwachtte ik door de woorden ‘maar nu’ aan het begin van de tweede regel. Maar nee, het gaat om de huiskat die trek heeft in een mollige merel, de aanleiding voor zijn herinneringen.
Pas dan blijkt het toch te gaan over mensen in zijn bed. Een demonstratie van inclusief denken is het niet, lijkt me. Het is een gedicht over de vergankelijkheid. Misschien zijn de herinneringen vervaagd en beschouwt de dichter de vrouwen en meisjes nu als levenspassanten, net als hij op weg van de ene stilte naar de andere – ons aller lot, gender doet er dan niet meer toe.
Mooi vind ik de regelafbreking na ‘ik’. ‘Nog even, dan ga ik’. De associatie met de dood is er, al lees je vervolgens een humoristische opmerking over aankomend verval. Maar lang zal het niet meer duren voordat hij (hopelijk zingend) zal verdwijnen. De advertentie in de laatste regel kan niets anders zijn dan een overlijdensbericht. Maar misschien leeft hij nog een tijd voort in de herinneringen van de mensen die ooit zijn bed deelden.
Voordat hij een gedicht voorleest vertelt Heytze vaak hoe het is ontstaan, wat de aanleiding was voor het schrijven ervan, maar wat de lezer er vervolgens mee doet is aan hem, vindt hij. Helemaal mee eens. Wat ik hierboven schreef is mijn lezing, meer niet.
Die toelichtingen komen op Meander Live overigens pas als hij de bundel in één keer heeft voorgelezen. Dat wordt ook voor hem ongetwijfeld een bijzondere ervaring. ‘Het was of de tijd stilstond’, zei een toehoorder na een van de bijeenkomsten.
Tot nu toe waren de volgende dichters te gast op Meander Live: Esther Jansma (vertegenwoordigd door Wiljan van den Akker), Iduna Paalman, Ester Naomi Perquin, Mustafa Stitou, H.C. ten Berge, Sasja Janssen en Kees ’t Hart.
—
Meander Live vindt plaats op 15 september in het Luxor Theater, Houtmarkt 64, Zutphen. Aanvang 15.00 uur, entree € 10. Kaartverkoop: op de site van Luxor of aan de kassa.