LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Wilfred Smit, verontrustende miniaturen

28 sep, 2025
door Pieter Sierdsma

 

 

foto © Nederlandse Poëzie Encyclopedie

 

Wifred Smit (1933-1972) werd geboren in Soerabaja. Toen hij vijftien was verhuisde hij met het gezin mee naar Nederland. Hij studeerde slavistiek en doceerde de taal- en letterkunde in Leiden. Hij vertaalde gedichten uit het Russisch van de auteur Innokenti Annenski. Deze dichter vond de eenvoud en helderheid van een gedicht belangrijk. Een andere schrijver die Smit boeide was Boris Pasternak. De vorm van een gedicht intrigeerde Pasternak, die zich aangesloten had bij de artistieke richting, het formalisme. Dichters die ook zijn smaak beïnvloedden waren Pierre Kemp, Gerrit Achterberg en Rainer Maria Rilke. Met name diens bundel Neue Gedichte, waarin niet de gedachte of een indruk belangrijk is maar dat wat wordt gezien.

Helaas werd Wilfred Smit niet oud. Voor zijn veertigste levensjaar werd hij weggerukt door een hersentumor. Bij zijn leven verschenen twee bundels, Een harp op wielen in 1959 en Franje in 1963. Met Simon Vestdijk correspondeerde Smit vijf jaar. Hij zag in de beroemde auteur een voorbeeld en zocht zijn raad. Vestdijk was onder de indruk van de gedichten die hem gezonden werden. Een moderne auteur, die toch een heel andere kant opging dan de luidruchtige experimentelen. Na de publicatie van de eerste bundel, op de samenstelling waarvan Vestdijk invloed had, schreef deze in 1959  in De Gids een waarderend artikel onder de titel Meesterlijk maniërisme: ‘Door de trefzekere verwoording, die zich aan de zonderlingste invallen kan toevertrouwen zonder het spoor bijster te worden, bewegen deze subtiele en verbeeldingrijke zigzaglijnen zich bijna altijd op een hoog artistiek niveau, en werkelijk zwakke gedichten worden in deze, niet eens door strenge selectie tot stand gekomen bundel niet gevonden.’

Uit de titels van beide bundels van Wilfred Smit spreekt verfijning. De gedichten beperken zich tot enkele regels die de werkelijkheid samenvatten in een raadsel. Ook te zien als een vorm van bescheidenheid, want deze is dienares van de waarheid. In deze opvatting volgde hij de Amerikaanse modernistische dichteres Marianne Moore (1887-1972), die schreef: ‘compression is the first grace of style’. Maar volgens mij is zijn werk sterker verwant aan dat van de Amerikaanse dichteres Emily Dickinson (1830-1886). Een sterke overeenkomst is grotere emotionaliteit en het aforistisch karakter van hun gedichten, een korte verrassende beschrijving, die van een beeld uitgaat met een gedachte erin verwerkt, raadselachtig, als een bezwering van leven en dood, zoals in dit gedicht van Emily:

Because I could not stop for Death –
He kindly stopped for me –
The Carriage held but just Ourselves –
And Immortality.
(….)
We passed the School, where Children strove
At Recess – in the Ring –
We passed the Fields of Gazing Grain –
We passed the Setting Sun –

 

Smit schreef miniaturen waar in een paar regels de betekenis verschuift. De traagheid der dingen is een waarde die we gaandeweg vergeten. Het stilleven ontsluiert een geheim dat niet werd vermoed. Een leven dat zwijgt wordt omspeeld door een muziek die even verfijnd is.

Scarlatti

De vensters zagen wellicht
uit op het Sixtijn;
toen men z’op eenmaal dicht
deed en de weerschijn
nog even aan de fresco’s hangen bleef,
zag men twee kleine handen
noterend tussen de guirlanden
ave maria’s die hij nooit schreef.

 

In de alledaagse werkelijkheid van De werkster, ‘zij kent de onderkant van kast en ledikant’ volgens Gerrit Achterberg, die haar vergeten leven noteerde, keert zij ook hier de werkelijkheid om, alsof ze verder graaft. Een andere wereld komt boven. Egyptische heilige scarabee torren hangen opeens in het gordijn, de duiding van een overgang naar een andere wereld, die van de doden.

De werkster

Vreemd zoals vandaag
de straat wordt uitgediept,
reeds na de derde laag
(aldus de werkster;
uit haar handen krijgt elk ding z’n naam
wastafel stof het open raam)-
moet men op botten zijn gestoten,
’t is helemaal niet uitgesloten
dat er nog meer naar boven komt.

door ’t raam kruipt het geluid van spitten,
ik zwijg verveeld als zij verstomt
weet ik – nu ziet ze eindelijk
in ’t gordijn de scarabeeën zitten.

 

De weerschijn van een ander leven is niet zomaar een vondst. Het is als bij Hans Lodeizen het bezweren van het leven, dat maar kort dreigt te zijn. De gedichten van Wilfred Smit dragen een verfijning, als uit de tijd van de rococo, een kunstmode uit de achttiende eeuw, die vluchtte in gekrulde versiering, als een opengeslagen doos fondant, maar daar sluipt ook het gevaar.

Rococo

Gracielijk en licht sterven
een kleine zucht in de paniers
en ’t is niet meer.
dien avond heeft men ons
gekleed te bed gelegd.
als een rose medaillon
voor iedereen te kijk –

en o bepoederde horreur,
het clavecin speelt door.

 

Breekbaarheid is de kern van het leven, en zeker ook in de liefde. Een geheim dat maar moeizaam geopend wordt, De sleutel spreekt:

De sleutel
Weer pas ik
op gebeurtenissen van iedere kleur,
andermans zaken, licht kleverig
als de liefde zelf
.                           – zwijgen is koper,
de groef daar overheen ach glanzen
van koppigheid;
.                             weer treed ik binnen.
een groen galon opzij, getaand,
knarsend van pijn –
maar is knarsen niet van verliefdheid licht
onverstaanbaar zijn.

 

Een vertrek is onherroepelijk als dat van een konvooi melaatsen, zo desastreus en erbarmelijk, tipt de dichter aan in het wrang weemoedige Sweet Bahnhof, dat Henk Hofstede van the Nits inspireerde tot Adieu Sweet Bahnhof, een lied over de eenzaamheid van het reizen.

Sweet bahnhof

Drijft men dan steeds verder
uit elkaar ? het afscheid schuift
een opdringerige oom tussen ons in,
sluit de ogen af – ja dit is vlucht:
een handvol kaarten laten vallen
omdat men in onze vingers knipt –
wurg alle lichten, rasse schreden
maakt mijn vertrek reusachtig,
als op stelten wadend door de mist.
adieu adieu sweet bahnhof –
een convooi melaatsen wacht
in alle stilte de nalaatste trein.

 

 

Bronnen:
Simon Vestdijk, Kroniek van de poëzie, Meesterlijk maniërisme, De Gids, 1959, p. 39-46, DBNL, 2025
Wilfred Smit, Een harp op wielen, Bert Bakker, Daamen n.v., Den Haag, 1959, p. 7, 23, 37.
Wilfred Smit, Franje, Polak & Van Gennep, Amsterdam, 1963, p. 21, 17.
Bzzlletin, Wilfred Smit, november 1983, p. 3-39
Wilfred Smit, Innokenti Annenski, Rainer Maria Rilke, Wikipedia, 2025
Emily Dickinson, Because I could not stop for Death, Poetry Foundation, 2025

 

     Andere berichten

Christus kwam niet verder…

door Hans Franse - Voor de derde keer lees ik het boek van Carlo Levi met de fascinerende titel: Christo si è fermata a Eboli (Christus...

Hemelmeermin

door Rogier de Jong   In 2017 vond in mijn woonplaats Aardenburg in Zeeuws-Vlaanderen de eerste editie plaats van het kunstenfestival...