door Marc Bruynseraede
‘In Vlaanderen zijn wetenschappelijke en culturele instellingen een hinderlijke post in de begroting’ zo schrijft columnist Rik Van Cauwelaert in de krant De Tijd, die enige bespiegelingen wijdt aan jongste snoeironde van de Vlaamse regering. ‘De Vlaamse regering voert een gênante vertoning op van culturele onwetendheid, geïllustreerd door het samenklutsen van het Museum voor Hedendaagse Kunst in Antwerpen (M HKA) en het Gentse Stedelijk Museum voor Actuele Kunst (S.M.A.K.)’.
Conclusie: ‘We zijn op weg naar een parochie tussen Lilliput en Noord-Beotië: te klein voor visie, te zelfgenoegzaam voor kennis’ aldus Rik Van Cauwelaert. In de besparingsronde beperkt men zich niet tot de Musea van Antwerpen en Gent. Ook Brussel krijgt ervan langs met het Théâtre du Parc, de KVS (Koninklijke Vlaamse Schouwburg) en AB. Ze zien allemaal hun subsidies slinken. Onze eerste burger van het land Peter De Roover noemde ze, in een onbewaakt ogenblik op televisie, de ‘subsidieslurpers’.
De Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde (KANTL), bij lettervrienden bekend als de opsteller van de veelbesproken literaire canon, ziet haar subsidies met 180.000 euro slinken voor 2026 en vanaf 2027 zelfs met €.360.000. De respectabele instelling die in 1886 werd opgericht als pleitbezorger van het Nederlands in het hoger onderwijs in Vlaanderen en België is daarmee ten dode opgeschreven.
Minister President Matthias Diependaele (N-VA) ontneemt de Koninklijke Vlaamse Academie (voor Kunsten en Wetenschappen) van België al haar subsidies voor 2026. Dat komt ervan, als je brandhout maakt van de Vlaamse Canon. De KVAB mag de boeken sluiten. Wie tegen de politieke kar rijdt, mag op de blaren zitten.
En nu we toch aan het besparen zijn zullen we maar meteen ook de Ultima’s afschaffen vanaf 2026. De Ultima’s waren de voortzetting van de Staatsprijzen/Prijzen van de Vlaamse Gemeenschap voor letterkunde, poëzie en toneel. Zo komt er, na meer dan 20 jaar, een einde aan de Vlaamse cultuurprijzen.
‘In een context waar we iedereen vragen een inspanning te leveren, zijn dure awardshows en prijsuitreikingen geen prioriteit van de overheid’ zo heet het uit de politieke mond.
Is daarmee de kous af? Welnee! Er zijn nog enkele interessante instellingen waar wat te rapen valt. Zo daalt vanaf 2026 de Vlaamse steun aan de Stichting Ons Erfdeel – die omgedoopt werd tot ‘De Lage Landen’ – met 20% en in 2027 nog eens met 33%, nauwelijks meer dan wat Ons Erfdeel vandaag ontvangt van Vlaanderen.
Emile Verhaeren, foto © Museum Emile Verhaeren
–
Het Emile Verhaerenmuseum in Sint Amands aan de Schelde verliest eveneens zijn subsidies, waardoor de werkingsmiddelen door de Vlaamse regering worden stopgezet. Ze worden afgebouwd tot nul. ‘Ze kregen onaangekondigd de sloophamer tegen de gevel’ schrijft Van Cauwelaert.
Louis Hayet, 1896, Parijs
Verhaeren, lezend. Potloodtekening door Marthe Massin, echtgenote van Emile Verhaeren
beide afbeeldingen © Museum Emile Verhaeren
–
–
Kers op de taart is dat Jozef Deleu – inmiddels al 88 jaar oud – besloten heeft, na 23 jaar en 46 nummers, een punt te zetten achter Het Liegend Konijn. De poëtische vuurtoren (Phare culturel) uit Rekkem, die over de grenzen heen schijnt, verdwijnt daarmee definitief van het toneel.
‘Poëzie is drager van originaliteit, vrijmoedigheid en zelfstandigheid. Dichters blijven machthebbers erop wijzen dat woorden ertoe doen en dat taal niet ondergesneeuwd mag raken onder het verbalisme van de politiek en de commercie.’ zegt Jozef Deleu in een afscheidsinterview in De Standaard, dat we mogen beschouwen als een literair testament. Hij voegt er nog aan toe: ‘Onze dichters worden hier, in tegenstelling tot niet-democratische landen, niet hoog geschat. Poëzie is geen prioriteit in onze cultuur.’ Deleu betreurt dat er te weinig boze dichters zijn die dat niet pikken en die zich maatschappelijk roeren, zoals Peter Verhelst.
In de krant De Morgen schrijft PEN Voorzitster en columniste Alicja Gescinska over de besparingswoede: ‘Snoeien doe je met een scherp mes’. Maar: ‘De botte bijl waarmee politici dezer dagen ‘snoeien’ in het culturele landschap stemt somber over de toekomst. Want snijden in cultuur is als samenleving altijd snijden in je eigen lijf.’ En, voor wie het nog niet verstaan heeft: ‘Het politieke loochenen van het belang van cultuur is zowel een teken als een katalysator van democratisch verval, van een cultuur in ontbinding, van een samenleving op losse schroeven. (…) Boomdokters en tuiniers weten het: door foutief te snoeien kun je een boom verwonden, het stamweefsel beschadigen, waarna schimmels de boom kunnen infecteren en doden. Onze politici zouden meer als zorgzame boomdokters moeten zijn. Anders is besparen geen snoeien om te bloeien, maar snoeien dat doet bloeden’.
–



