Gedoemd om droevig te leven
door Joop Leibbrand
Slauerhoff-liefhebbers opgelet! Als deel tien van de Prominentreeks van uitgeverij Tiem verscheen de studie die de in Portugal wonende Nout Van Den Neste schreef over Slauerhoff en diens relatie met de Portugese cultuur, met name die met de fado (door de UNESCO inmiddels bestempeld als cultureel erfgoed!) en het levensgevoel dat daarin wordt uitgedrukt. Het boek Vida triste, niet alleen de titel van een van Slauerhoffs bekendste eigen gedichten, maar ook die van een beroemde fado uit de jaren ’20 en ’30 van zangeres Maria Alice, beschrijft hoe Slauerhoff, die regelmatig fadoplaten kocht, de Portugese volksmuziek beleefd moet hebben en als inspiratiebron gebruikte voor zijn eigen gedichten. Met name de saudade, de Portugese vorm van nostalgie die de treurige fado zo vaak bezingt, riep bij Slauerhoff, poète maudit als hij ten diepste was, een gevoel van herkenning op.
In een introductie schetst Van Den Neste eerst in grote lijnen het leven van Slauerhoff en zijn positie als auteur, zowel tijdens zijn leven als daarna. Hij benadrukt dat zijn werk qua thematiek, onderwerpen en beelden – de zee, eilanden, reizen, rusteloosheid, besef van de eigen sterfelijkheid – zeker niet volledig autobiografisch was; beter is het te spreken van autofictionaliteit: niet echt gebeurd dus, maar juist door alle projecties, verdraaiingen en manipulaties wél waar.
Hij gaat verder in op Slauerhoffs reizen naar Portugal (de eerste maakte hij al in 1922, toen hij 24 was) en later naar Macau en behandelt zijn fascinatie voor de historische figuur van Camões, die als Camoës in zijn werk voorkomt.
In de hoofdstukken die volgen gaat Van Den Neste dieper in op aard en wezen van de saudade, dat niet alleen een persoonlijk gevoel van verlangen, teleurstelling en gemis behelst, maar ook uitdrukking geeft aan het algemeen ervaren fatalistische besef dat het verlangen naar herstel van de grootse Portugese identiteit van ontdekkingsreizen, rijkdom en wereldfaam nooit vervuld zal worden. Beide aspecten trokken Slauerhoff aan, omdat het appelleerde aan zijn Romantische levensgevoel, zijn eenzaamheidsverlangen, en zijn belangstelling voor het buitensporige, zowel in het exotische als in elementen van de zelfkant van de maatschappij.
Fado- en aan fado te relateren gedichten zijn in het werk van Slauerhoff gemakkelijk te vinden. In de sterk Portugees gerichte bundel Soleares staat een aparte afdeling ‘Saudades’, met daarin o.a. de gedichten ‘Fado’s’, Vida triste’ (‘Gedoemd om droevig te leven/ Wordt ieder die te veel liefheeft;’), ‘O Engeitado’ (= De verstotene: ‘Ik voel mij van binnen bederven,/ Nu weet ik waaraan ik zal sterven:’)), ‘Saudade’ (‘Ik heb alleen herinneringen,/ Mijn leven is allang voorbij.’), en ‘Fado’ (‘Ben ik traag omdat ik droef ben,/ Alles vergeefs vind en veil,’).
In de Verzamelde gedichten zijn verder met gemak tientallen gedichten aan te wijzen waarin sprake is van lot en voorbestemming, inertie en lethargie, het overheersende levensgevoel dat van de melancholie is en waarin naast ontdekkers ook verstotenen en outcasts figureren, de schipbreukelingen van het leven.
Dat Slauerhoffs gedichten zich er daarom uitstekend toe lenen als fado’s gezongen te worden, blijkt uit de vertolkingen daarvan door Cristina Branco op haar in 2000 opgenomen cd Cristina Branco canta Slauerhoff. Niet alleen de ‘Saudades’ uit Soleares, maar ook gedichten uit andere bundels konden volkomen vanzelfsprekend als fadoteksten gebruikt worden, zoals ‘Aan een verre prinses’(uit Serenade), ‘De ontdekker’ (uit Een eerlijk zeemansgraf) en ‘Verlangen’ (uit Eerste verzen). Vanwege het grote succes in Nederland werd de cd twee jaar later met enkele extra nummers Europees uitgebracht. Toch mag je je, gelet op het aantal Portugees sprekenden, afvragen hoeveel invloed de tekst nu eigenlijk heeft. Voor bijna iedereen is de fado vooral melodie, klank, presentatie en sfeer en is de inhoud hoogstens iets waarvan je achteraf kennis neemt.
Van Den Neste wijdt een apart hoofdstuk aan het album en betrekt er ook de Friese fadovertolkingen van Nynke Laverman bij; zelfs komt BLØF even ter sprake.
Het is al met al een aardig boek, dat de bijzondere aard van Slauerhoffs persoon en dichterschap weer eens op een andere manier belicht. Jammer dat sommige passages wat al te duidelijk de sporen dragen van de masterthesis waaruit dit boek voortkwam.