Recensies

Monique Bol - we tellen ons in kamernummers
Anneruth Wibaut vindt het jammer dat de klaagzang van een minnares, die denkt dat haar minnaar haar tweelingziel is, het enige onderwerp is in de bundel ‘we tellen ons in kamernummers’ van Monique Bol: ‘In telkens ongeveer dezelfde woorden wordt ook telkens ongeveer dezelfde situatie beschreven. Zelden schuurt het of schrijnt het, terwijl het toch een pijnlijk onderwerp is, het eenzame verlangen naar die wederhelft, of tweelingziel.’

Bundels die een grote indruk hebben achtergelaten
Dertig kersen op de taart van ons dertigjarig bestaan. Wat zijn jouw twee favoriete bundels van de laatste dertig jaar? Het lijkt een onmogelijke opdracht om die vraag te beantwoorden, maar onze recensenten gingen de uitdaging aan. We stoffen dertig bundels af die een grote indruk hebben achtergelaten en uitnodigen tot herlezen. Vandaag bespreken Hans Puper en Peter Vermaat ieder een favoriete bundel.

55 jaar Poetry International - De tijd is puin, de tijd is hoop
In de bloemlezing ‘De tijd is puin, de tijd is hoop’, ter ere van 55 jaar Poetry International, staan 17 internationale dichters met hun werk. Nederland wordt door vier dichters vertegenwoordigd. Marc Bruynseraede licht een tip van de sluier op en zegt: ’Interessant aan deze uitgave is dat ze een staalkaart brengt van het dichterlijk denken van de jongste vijf decennia en de thematiek toont, die dit denken beheerst.’

Christina Flick - Oceandiva
Hans Puper: 'Oceandiva' had loodzwaar kunnen zijn, maar Christina Flick wist dat te vermijden door haar stijl en gedachtesprongen, die de lezer volop ruimte geven voor associaties. Het enige minpuntje is de soms te nadrukkelijke aanwezigheid van de motieven, dat had wel wat subtieler gekund. Maar al met als is dit een mooi debuut.'

Ferdy Karto - Aardvark tremendum
In ‘Aardvark tremendum’, de tweede bundel van Ferdy Karto, komen geen leestekens voor en worden versregels afgebroken op een onverwachte manier. Dit maakt de gedichten niet gemakkelijk, zegt Hettie Marzak. Maar: ‘Woorden uit andere talen, andere tijden, vol verwijzingen naar wetenschap en mythologie, woorden die niet direct in het alledaagse taalgebruik voorkomen, zij laten zien hoe Ferdy Karto bezig is de taal naar zijn hand te zetten.’

Michael ter Maat – Demarcaties
Het thema van ‘Demarcaties’, het debuut van Michael ter Maat, betreft bestaande en bedachte grenzen. Geboren in Ethiopië dreef hij in een biezen mandje de Nijl af en schoot uiteindelijk wortel in Groningen. Paul Roelofsen vindt het een sterk debuut en een verrijking dat je via de QR-code de stem van de dichter hoort die de bundel voorleest.

Lucian Blaga - De grote oversteek
‘De grote oversteek’ van de Roemeense Lucian Blaga uit 1924 in de vertaling van Joan Stam laat een mooi tijdsbeeld zien. Tom Veys zegt erover: ‘De gevoelige Lucian Blaga schippert dus tussen platteland en grootstedelijkheid. De symbolische oversteek die we in de titel herkennen, is in veel elementen te vinden. In een leven naar de dood, in een dood naar het leven.’

Hester Knibbe - Barcode van stilte
In de nieuwe bundel van Hester Knibbe, ‘Barcode van stilte’, onderzoekt de dichter of ze de barcode kan ontcijferen van stilte. Johan Reijmerink merkt op: ‘In alle afdelingen treden momenten van bezinning op waarin de ondervinding van vervreemding het zelfbeeld dreigt te ondermijnen. Dan is er toch op het laatst het perspectief van de kinderen die de toekomst symboliseren en de vervreemding doen wegebben. Een longread.

Kenneth Swaenen - Blos
Ellis van Atten bespreekt de tweede de bundel van Kenneth Swaenen en zij geeft aan dat ‘Blos’ geen schaamrood op de kaken levert en geen opwinding, maar wel een inkijkje in het leven van de dichter en het herkennen van ervaringen, die kunnen uitnodigen tot zelfreflectie en tot zonder schaamte terugkijken. Van Atten concludeert dat het wat te beschrijvend blijft en te veel aan de oppervlakte naar haar zin.