Recensies
Ineke Holzhaus - Blijven en weggaan
Recensent Hans Franse over ‘Blijven en weggaan’ van Ineke Holzhaus: ‘De poëzie van Ineke Holzhaus is zeer zintuiglijk. Ze neemt scherp waar en legt die waarneming vast in het gedicht, waardoor haar gedichten worden tot een persoonlijk hier en nu. Haar taalgebruik is eenvoudig, vol kleur en soms is er een ritmische muzikaliteit, die het lezen aangenaam maakt.’
Alain Delmotte - Warhoofds gekkenwerk
Hans Puper over de nieuwe bundel van Alain Delmotte: ‘Warhoofds gekkenwerk verschilt van alles wat ik de laatste jaren aan poëzie heb gelezen. Alleen daarom al vind ik de bundel verfrissend, maar dat is niet het enige: hij is ook goed. Al bij het eerste gedicht schoot ik in de lach, maar een light verse-bundel is het niet, integendeel. En ik zeg ‘gedicht’, maar klopt dat eigenlijk wel? Dat is nog maar de vraag. ( … ) Het is net maar hoe je het bekijkt en dat is precies de bedoeling, denk ik. Een prachtbundel.’
Joost Baars - Binnenplaats
‘Binnenplaats’ is niet alleen de omsloten tuin waar de dichter vanaf zijn balkon over uitkijkt. In het woord ‘binnenplaats’ klinkt ook iets door van het innerlijk, van de diepste kern. Recensent Eric van Loo is kritisch, maar ook enthousiast over deze bundel van Joost Baars: “Binnenplaats’ is een geweldig en omvangrijk debuut. De onderzoekingen uit de eerste afdeling zijn spannend en intiem, en nodigen uit tot herlezen en herkauwen.’
Thomas Möhlmann - Ik was een hond
Recensent Hans Puper over de nieuwe bundel van Thomas Möhlmann: ‘Ik was een hond’ is een goede bundel. Sommige gedichten geven zich moeizaam prijs, maar een geduldige, aandachtige lezer wordt ruimschoots beloond. Het eerste gedeelte vind ik boeiender dan het tweede, omdat de variabele lengte en losse vorm goed passen bij de soms als heftig ervaren tegenstelling tussen de veiligheid van de kleine, vertrouwde omgeving en het dreigend onheil in de buitenwereld.’
Tonnus Oosterhoff - Ja nee
Recensent Paul Roelofsen heeft ‘Ja nee’ van Tonnus Oosterhoff met plezier gelezen en dat gunt hij anderen ook. Helaas is de lezerskring beperkt en dat is niet terecht, ‘want of je nu graag ernstig ontregeld wilt worden, van humor houdt of geniet van het stoeien met taal, je komt bij deze dichter hoe dan ook aan je trekken.’
Dimitri Casteleyn - Vanwaar kom je beeld
‘Vanwaar kom je beeld’ is de nieuwe bundel van Dimitri Casteleyn. Recensent Ivan Sacharov gaat met hem in discussie: ‘Er lijkt overigens niets aan te doen dat iemand langzaam ‘in zichzelf verandert’, zoals de dichter dat zo cryptisch zegt. Iemand wordt noodzakelijkerwijs steeds meer zichzelf doordat hij wordt ervaren (door zichzelf en anderen) en doordat de gedroomde tijd die we de toekomst noemen steeds korter wordt. We zijn voorbestemd onszelf te worden, of we willen of niet!’ Een boeiende bundel.
Marleen de Crée - Erbarme dich
Recensent Romain John van de Maele: ‘Zopas verscheen ‘Erbarme dich’, een nieuwe dichtbundel van Marleen de Crée (1941). Het werk is echter meer dan een dichtbundel, het is een Gesamtkunstwerk. In een intrigerende inleiding gaat Johan van Cauwenberghe op zoek naar de oorsprong van de titel, en hij staat stil bij de relatie tussen lijden, medeleven en kunst. Zijn korte verkenning gaat niet alleen over de gedichten van Marleen de Crée, maar ook over muziek en visuele kunst.’ Van de Maele is zeer onder de indruk van de bundel.
Alexis de Roode - Een steen openvouwen
‘Ik ben vandaag in dienst getreden van het goede’ schrijft Alexis de Roode in het eerste gedicht van zijn bundel ‘Een steen openvouwen’. Maar wat is het goede? Recensent Eric van Loo: ‘Veel gedichten hebben een donkere, om niet te zeggen donkerroode ondertoon. ( … ). Maar, zegt Van Loo: ‘[er zijn] ook gedichten, waarin De Roode in lyrische en heldere stijl misstanden aan de kaak stelt.’
Charlotte Van den Broeck - Nachtroer
Recensent Johan Reijmerink is onder de indruk van de bundel ‘Nachtroer’ van Charlotte Van den Broeck: Zij werkt ‘met omvangrijke cycli en bouwt structuren om haar fragiele gedachte- en gevoelsbouwwerk te ondersteunen. Daarbij kenmerkt zich haar poëzie door een breed uitwaaierend karakter. ( … ) Haar taalvirtuositeit is indrukwekkend.’