Recensies
Elly de Waard - In die tijd die
Elly de Waard maakt het de lezer van haar laatste bundel niet gemakkelijk. In veel gedichten lijkt de gedachte nadrukkelijk aan het gedicht zelf vooraf te gaan. Neem nu ’De loutering van de slaap’. In de eerste strofe worden we geïnformeerd over de hersenactiviteit ‘in de eerste, diepe / slaap’. De tweede strofe vervolgt: ‘in de remslaap liggen / de spieren verlamd / behalve die van / de ogen’. Het enige verschil met Wikipedia is, dat de zinnen hier op volstrekt willekeurige plaatsen zijn afgebroken.
Tomas Lieske - Daedalea
Recensent Levity Peters over de nieuwe bundel van Tomas Lieske: ‘Daedalea’ ( … ) is zonder twijfel de meest eigenzinnige en de meest fascinerende bundel poëzie van het afgelopen jaar. Dat durf ik zonder enige terughoudendheid te beweren: ik heb ervaren hoe ik steeds dieper het door Lieske opgeroepen labyrint werd binnengelokt, om daar voorlopig nog niet uit te kunnen komen. Wat geen straf is, integendeel: het is een rijkdom.
Marijke Hanegraaf - Ergens slapen de anderen
In haar vierde bundel ‘Ergens slapen de anderen’ verkent Marijke Hanegraaf de wereld in haar uitersten. Recensent Johan Reijmerink: ‘Ik zou Hanegraaf in haar verkenningen van natuur en natuurwetenschap willen typeren als een visionair wandelaar in de werkelijkheid die behept is met een helder besef van het metafysische dat zich onverwacht in haar verbeelding kan voordoen.’
Guillaume van der Graft - Er loopt een gedicht voor mij uit
Ingmar Heytze heeft een bloemlezing samengesteld uit het werk van Guillaume van der Graft: ‘Er loopt een gedicht voor mij uit’. Volgens recensent Mart Stel kan veel de toets van de kritiek niet doorstaan en had de bundel tot een kwart beperkt moeten worden. Je kunt zelfs de vraag stellen of er überhaupt een nieuwe bloemlezing nodig was. Van der Graft heeft in 2007 zelf al een keuze gemaakt uit de gedichten die hij wilde overleveren: ‘Praten tegen langzaam water’.
Poëzie Kort 2016 / 9
In ‘Poëzie / 9’ bespreekt Hans Puper de bundels ‘Vet hart’ van Koenraad Goudeseune en ‘m.n.m.”l’ van Sven Staelens, ‘Het liegend Konijn 2016 / 2’ (samengesteld door Jozef Deleu) en de bloemlezing ‘Dichters uit de bundel’ (samengesteld door Chrétien Breukers en Dieuwertje Mertens).
Roland Jooris - Bladgrond
De laatste bundel van Roland Jooris, ‘Bladgrond’, vraagt om nauwgezet, aandachtig lezen. Verwijzingen en woordgebruik brengen Faverey en Kouwenaar in herinnering. Recensent Paul Roelofsen: ‘In dit licht dient men Jooris mijns inziens te lezen, werk dat nu eens weerbarstig, dan weer gelaten is, naar binnen gericht als door een kloosterling geschreven.
Annie Reniers - Tussengebied
Recensent Johan Reijmerink over ‘Tussengebied’ van Annie Reniers: ‘Reniers is voor mij een spannende ontdekking in een literair landschap waarin nogal eens de belevenissen van het ego, de actuele verwarring in het persoonlijk leven en de wereld zich opdringen aan de poëzie van dit nieuwe millennium.’ Reniers weet zich leeg te maken zonder het contact met de wereld om haar heen te verliezen.
Yerna Van den Driessche - Schaken met de dood
Yerna Van den Driessche schreef ‘Schaken met de dood’. Een bundel over de laatste dagen van haar vader, die stierf aan longkanker. Een mooi uitgevoerde bundel, met klein weergegeven op iedere bladzij de laatste maand waarop haar vader nog leefde. Bij elk gedicht wordt een dag doorgekruist.
Ivan Sacharov bespreekt de bundel aan de hand van een drietal gedichten.
Mischa Andriessen - Dwalmgasten
'Dwalmgasten' heet de derde bundel van Mischa Andriessen. ‘Dwaalgasten’. Het motto van de eerste van de vier afdelingen komt uit de 'Metamorphosen' van Ovidius: ‘Heet het dwaling als een man verdwaalt?’ Andriessen zet hiermee direct de toon. Je kunt op deze vraag ‘ja’ antwoorden, maar ‘nee’ is waarschijnlijker: is het niet ons aller lot dwalmgasten te zijn? Ondubbelzinnige antwoorden krijg je van Andriessen niet en mede daardoor blijft de bundel je bezighouden.