LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Recensies

Jan M. Meier - Verstrengelingen
Jan M. Meier - Verstrengelingen
Tom Veys heeft genoten van de bundel ‘Verstrengelingen’, een drieluik met ruim honderd gedichten. Over de dichter zegt hij: ‘Het spel tussen hoop en wanhoop is wat Jan M. Meier kenmerkt. Taal is zijn DNA. Hij danst op een koord tussen herinnering en omschrijving, zijn gedichten zitten soms strak in kwatrijnen en zijn tegelijk filosofisch-muzikaal.’
Lisette Lombé - Laaien, laaien, laaien
Lisette Lombé - Laaien, laaien, laaien
In de bundel ‘Laaien, Laaien, Laaien’ van de nieuwe Dichter des Vaderlands in België; Lisette Lombé, wordt volgens Marc Bruynseraede geslagen met de striemende zweep van de taal. ‘Stuk voor stuk intens geladen teksten die de lezer oproepen om wakker te worden, verontwaardigd te zijn, geschokt of gekwetst maar niet onverschillig.’
Hans Franse - Zelfportret met woord
Hans Franse - Zelfportret met woord
Maurice Broere is zeer te spreken over de bundel ‘Zelfportret met woorden’, van Hans Franse: ‘’Wat opvalt is dat de dichter in de loop der tijd wat minder ‘dichterlijk’ is geworden. De oudere verzen bevatten nog wel eens eindrijm en in de latere is dat vrijwel verdwenen. Het lijkt wel of hij zich van dat juk heeft bevrijd en gelukkig maar, want dat gerijpte dichterschap bevalt me veel meer.’’
Maaike de Wolf - De dansvloer is van iedereen
Maaike de Wolf - De dansvloer is van iedereen
Peter Vermaat is niet in het minst onder de indruk van ‘De dansvloer is van iedereen’, het debuut van Maaike de Wolf: ‘De teksten kunnen afkomstig zijn uit een willekeurig brein, via een doelloze hand doorgebriefd aan een anoniem toetsenbord. De Wolf riskeert niets, dwingt tot niets, vleit of vloekt niet, bezweert of bespot niets en uiteindelijk loopt het nog niet af ook.’
Bloemlezing - de 44 beste gedichten van de Herman de Coninckprijs
Bloemlezing - de 44 beste gedichten van de Herman de Coninckprijs
Ook dit jaar is er de bloemlezing met 'de 44 beste gedichten van de Herman de Coninckprijs 2024'. Hettie Marzak vindt dat de bundel een mooi overzicht geeft van alles wat de poëzie momenteel te bieden heeft. Je betaalt voor de aanschaf ervan € 5, -. Marzak vraagt zich af wat je daar tegenwoordig nog voor koopt en ze geeft zelf het antwoord: 'In dit geval de toegang tot een oneindige wereld van gevoel, van zowel de dichter als de lezer.'
Daan Doesborgh - Moet het zo
Daan Doesborgh - Moet het zo
Ivan Sacharov is zeer te spreken over de bundel, ‘Moet het zo’, van Daan Doesborgh. De dichter verkent en bevraagt de mogelijkheden van het gedicht. ‘’De dichter lijkt geïnspireerd door ‘Het lied der dwaze bijen’, van Nijhoff, voor de omlijsting.’’ Sommige gedichten drukken het hetzelfde verlangen uit dat sprak uit de gedichten van Nijhoff. Sacharov vindt sommige van de gedichten echte pronkstukken.
Jan van de Ven - Welbeschouwd
Jan van de Ven - Welbeschouwd
Jan van de Ven (1936) begon pas na zijn pensioen met het schrijven van gedichten. Uiteindelijk zijn deze gedichten nu gebundeld in 'Welbeschouwd'. We zijn bekend met de vele amateurdichters die in eigen beheer hun bundel uitgeven, maar soms springt er eentje bescheiden bovenuit. Het voelt als een poëtisch dagboek. Hans Franse zegt over de dichter: 'Zijn werk is bewonderenswaardig helder, zo openstaand voor emoties, zo kwetsbaar ook en mystiek.'
Eric Vandenwyngaerden - Dagen van Glas
Eric Vandenwyngaerden - Dagen van Glas
Vandaag de eerste recensie van Iris van de Wetering. Ze bespreekt de bundel ‘Dagen van glas’, van Eric Vandenwyngaerden: ‘Dat dichters woorden gebruiken om de wereld om zich heen te verkennen en te ‘snappen’ is niet vreemd. Maar Vandenwyngaerden lijkt dit enigszins anders aan te pakken, wil hij de wereld wel snappen? Hij lijkt de wereld niet voortdurend te willen veranderen, hij lijkt het ook niet beter te weten.’
Michiel J. Ris - Broersgedicht
Michiel J. Ris - Broersgedicht
In de debuutbundel van Michiel J. Ris, ‘Broersgedicht’, is de rode draad het verhaal van twee broers, de ene is militair en de ander het lyrisch ik. Ris maakt veel gebruik van Oudgriekse dichtvormen. Jeroen van Wijk ging er maar een goed voor zitten en schreef er een longread over. Het spreekt hem aan hoe Ris hedendaagse thema’s in een klassiek jasje presenteert.