Poëzie Kort: Toppers uit de vaderlandse poëzie
Voor Uitgeverij G.A. van Oorschot stelde Willem Jan Otten een bloemlezing samen met werk van zijn collega-dichter Chr.J. van Geel (1917-1974). Het fraai uitgevoerde boekje kreeg als titel Het mooiste leeft in doodsgevaar en Otten voorzag het van een gedegen inleiding: een heel essay van 10 pagina’s.
Het mooiste leeft in doodsgevaar is inmiddels het vijfde deel van de reeks nieuwe bloemlezingen waar Van Oorschot in november 2008 mee startte. Eerder verschenen er delen over J.A. dèr Mouw (samengesteld door Marjoleine de Vos), over J.C. van Schagen (door Ingmar Heytze), over M. Vasalis (door Hagar Peeters) en over Jan Hanlo (door Guus Middag). Stuk voor stuk prachtige boekjes, uitermate geschikt voor een (hernieuwde) kennismaking met werk van belangrijke dichters uit het verleden. Met dank aan de Turing Foundation voor de subsidiëring van dit project.
Van Oorschot gaf al eerder de Verzamelde gedichten van Chr.J. van Geel uit, waarvan je misschien nog ergens tweedehands een exemplaar kunt vinden. Beginnen met deze bloemlezing is ook een mogelijkheid om kennis te maken met Van Geels gedichten die heel vaak de natuur als onderwerp hebben, zoals het onderstaande gedicht over de pad. Constateer zelf hoe uiterst precies Van Geel zijn ogen en zijn woorden gebruikt om iets te kunnen zeggen over dit mysterieuze dier.
Pad
Kaal als wat jong is, ouder dan de eiken,
zijn keel gespikkeld hulstblad waar zijn hart
in klopt, dat ook na jaren niet zijn nerf
laat zien, maar grijs werd en zo zacht als ver-
se blaadjes die geleerden vergelijken.
Zijn rug chinees, zijn poten tand des tijds,
voor liefde ongeschikte korte armen,
een vleugel van geduld, een ster van spijt,
een ruiterlijke veinzer stil te zitten,
een vikingschip, een put, een gouden stoel.
Ik buk, hij maakt zich breder om te spreken.
Hij springt over mijn vinger op een teken
van mij, en vreemd, ik denk, dat is geluk.
Van Oorschot, 88 blz., € 12,50. ISBN 9789028241626