Zeilmeisje – of op weg naar het eiland van Groot & Groei
Zoals de kleine kapitein genoeg had aan een potkachel
een stoelpoot en een badkuip
hoe hij een roer van bronzen munten smolt
een bootje bouwde voor op de wereldzeeën
Zoals de kleine kapitein wachtte in de duinen
op een golf die hem mee zou voeren
langs onbekende eilanden
ankerde in spooksteden
Zo jeukt zeelucht onder de huid van jonge meisjes
een reis onder een uitgestreken zeil op koers
naar de evenaar
een albatros benedenwinds
en ’s nachts nergens donkerder dan op een oceaan
Zo zocht ik alle wegen af
naar restjes hout en oude gordijnen
en zo wachtte ik
vele middagen in de duinen
totdat de golven zouden komen
om te varen naar verre oorden
hopend op monsters om te kunnen verslaan