LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Mieke van Zonneveld e.a. – Avantgaerde

24 feb, 2012

Mijn hoofd is als een lege zaal

door Kees Godefrooij

De derde editie van Avantgaerde alweer, een geheel volgens oude ambachten geproduceerd poëzietijdschrift: loden letters, zware kwaliteit papier, een oeroude pers van 6000 kg plus de vaardige handen van dichter/uitgever Simon Mulder en omslagontwerpster Nienke Esther Grooten maken dit exemplaar dat 27 bladzijden telt tot een waar collectors item, want ook de inhoud mag er zijn. Mieke van Zonneveld, M.A.W. Ouderyte, Simon Mulder en Lennard van Rij leveren drie gedichten en van David Kwa is er een prozagedicht.

Avantgaerde: Leest der poëzie (nee, die ‘L’  geen typefout) wil een lans breken voor de vormvaste dichtkunst en is om die reden alleen al een witte raaf in de interpunctieloze tapijthal van de vrije verzen, waarvan je nogal eens het idee hebt dat ze per strekkende meter worden geschreven.
De invalshoek tot dusverre is de serieuze kant van het metier.

De gedichten van Mieke van Zonneveld kenmerken zich door fraai binnenrijm en dromerige beelden. Twee terzinen uit haar Doornroosje reeks:

gewillig ontredderd te zijn. Ik zou wel willen weten’ zeg ik
‘wie dit heeft bedacht, de nakende verwijdering, de raadsels
van de nacht’ en onverwacht weerspiegeld in zijn waterige

ogen en duizelend van angst vouw ik mijn armen voor hem open.
Mijn jongen met de oogopslag en wie daarin verdronken lag,
de licht tegenstrijdigheid waarmee hij telkens naast me kijkt.

David Kwa geeft een zwartromantische draai aan het vrouw-bijt-van-de-appel-en-geeft-hem-door-aan-manlief in zijn prozagedicht:

“Mijn liefste!” gilde de Vrouw met een stem als verrukkelijk venijn, “Mijn liefste! Je hebt goed gehandeld, zoals het een trouwe echtgenoot betaamt!” En haar klinkend-kakelende lach doorsneed de hemel als een bliksem.

Lennard van Rij is present met Turkse sonnetten waarin hij ondermeer een blok van lucht aanstipt op een rots waar ooit een tempel stond, edoch, niet in dit fragment:

We gaan dezelfde richting door de rijen;
hij klampt mij aan, als ben ik iets van thuis.
(“In Nederland zijn ze veel sneller klaar”)

De glazen deur gaat open, en Turkije
weeft een tapijt van tijd dat ik doorkruis.
“Dag,” zegt hij – we zijn vreemden van elkaar.

Ouderyte staat in de Avantgaerde met door hem vertaalde sonnetten van de mysterieuze Franse dichter Gauthier Ile-des-mots. Een octaaf:

Tot wolf verworden huil ik naar de maan
Je naam, in alle mogelijke talen
Beschrijf ik je, je zal me niet ontgaan.
De dood is je al één keer komen halen,

Hij zal mij hier niet nog een keer verslaan;
Al moet ik het uiteindelijk betalen
Met mijn leven, jij, jij blijft bestaan
In deze regels, die van jou verhalen.

En tenslotte – ditmaal niet met sonnetten – een fragment van Simon Mulder, die op zijn negentiende reeds verslingerd was aan het vormvaste werk van Kloos en op die leeftijd al daadwerkelijk het sonnet – de koningin der dichtvormen! –  beoefende:

Mijn hoofd is als een lege zaal
Ik eet er vreugdeloos mijn maal
En wacht doorheen de nachtelijke stonden

Ik kan de straten niet meer lezen
En zie mij niet terechtgewezen
Wanneer ik er verdwaal

Het is een fraai geheel van vorm en inhoud, deze Avantgaerde. Van harte aanbevolen!

******
Avantgaerde is verkrijgbaar bij Poëzieboekhandel Perdu (Amsterdam), Savannah Bay (Utrecht) en De Feeks (Nijmegen) en is ook te bestellen via de website. Daar ook veel verdere informatie.
Op YouTube staat een aardig filmpje over de vervaardiging van het tijdschrift.

     Andere berichten