POST MOLESTAM SENECTUTEM
hoe lang niet hield hij de poot stijf zij
hijgden van leven
het waren de dagen
van griekse zon achter zijn renwagen
en van naakte waarheid
zij verheugden zich in hun kinderen
ook na de ravage
bleken zij nog aan elkaar gegroeid
maar nu hangt de dissel
van eeuwen her
gekromd als cromwell onwillig
voor het laatst uit troostrijke rustplaats getrokken
geketend posthuum aan de wilgen
hoe kan hij haar ooit nog vervoeren?
– wat leunde je?
waarvan heb je gezeten?
wat heb je gedroomd?
– ik leunde moeizaam oud te zijn
ik zat wel eens van de whiskey whiskey
ik droomde in een rode roos te wonen
– een rode roos?
ja aldoor droomde ik iets te zeggen
zodat er telkens gaten vielen
die ik dan weer moest dichten
zij rouwden om een sterfgeval
hun geld was doodgegaan
ik ben er immers nog, zei hij
zij keek hem onverlangend aan