LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

F. Starik – Dichter van dienst

3 jan, 2020

Een vaag gevoel van menselijk fatsoen

door Ernst Jan Peters


Op de omslagillustratie van Dichter van dienst over De eenzame uitvaart zien we een man een doodskist op zijn rug torsen. Aan het profiel herkennen we de dichter F. Starik. Eenzamer krijgen we de uitvaart niet; één man die het allemaal alleen moet doen. Wie de eerdere delen heeft gelezen van de trilogie rond de eenzame uitvaart, weet dat dat beeld niet klopt. Vier dragers zijn er in de regel bij, als onderdeel van het basispakket. Er is de uitvaartbegeleider en vaak één of meer mensen van de gemeentelijke afdeling die deze uitvaarten organiseert. Dan is Starik er, soms een van de dichters uit de zogenaamde ‘Poule des Doods’ die hij heeft gevraagd. Soms een filmploeg die de bijzondere gebeurtenis in een documentaire wil verwerken en soms schuift er toch nog een buurman, verre vriend of familielid aan.

Starik maakte van elke uitvaart een kort verslag en het derde deel omvat de verslagen van de uitvaarten van augustus 2010 tot en met maart 2018. Niet anders qua karakter dan de eerste twee delen, maar het derde deel is wel het dikste. Zo dik, dat er geen plek meer was voor een inhoudsopgave en dat vind ik een groot gemis voor een bundel als dit. Een bundel waar je graag in wil bladeren om gedichten na te lezen van bijvoorbeeld Menno Wigman of Anneke Brassinga.

Bijzonder is dat de tijdsvakken elkaar overlappen. In 2011 verschijnt het tweede deel Een steek diep. Schetsen van verloren levens. In een van de verslagen schrijft Starik over de presentatie van dat boek. Hij kan niet te lang in de kroeg blijven plakken na het feestje omdat de volgende dag er weer een uitvaart op stapel staat. Gewetensvol neemt hij zijn taak heel serieus, met een sterk gevoel voor ironie en absurditeit. Toch is er iets wat het lezen van het derde deel anders laat zijn dan de twee eerdere delen: Starik is zelf overleden. Voor wie erin gelooft, is hij thans in de gelegenheid om al die mensen op te zoeken in de hemel die hij heeft begeleid naar hun laatste rustplaats. Hij kan ze vragen of de overledene zich een beetje herkende in het gedicht.

De meeste verhaaltjes kennen een vaste opbouw zoals de melding van het overlijden, achtergrondinformatie over de overledene voor zover viel te achterhalen door het Team Rampen, Uitvaarten en Pension. Dit is de afdeling van de gemeente Amsterdam die de Eenzame Uitvaarten regelt. Soms de bespiegeling welke dichter het beste kan worden betrokken van de groep beschikbare dichters. Dan de passage waarin iedereen elkaar ontmoet op de begraafplaats tot aan de start van de ceremonie, dan integraal het gedicht dat wordt voorgedragen bij de uitvaart en vervolgens het naar buiten dragen van de kist. Het laten dalen, schepje zand erover en dan het nagesprek in de koffiekamer. Bijna een vast stramien waarbij de kleine afwijkingen en uitweidingen het meest boeiend zijn. En natuurlijk het voorgedragen gedicht. Omdat je als lezer meekrijgt welke minimale informatie de dichter heeft ontvangen, kun je zelf beoordelen wat zij/hij ermee heeft gedaan. Zoals in het gedicht van Judith Herzberg die een gedicht moet maken voor iemand die lang dood in het water heeft gelegen en waar verder niets over bekend is. Uit het verslag van F. Starik:

“Judith haalt het gedicht uit haar tas, of ik er nog even naar wil kijken. Het gedicht is met de hand geschreven. In potlood is er nog een kleine verbetering aangebracht. ‘Het ligt zo voor de hand, wat ik geschreven heb. Ik ben bang dat iedereen hetzelfde gedicht zou hebben geschreven. Lijken die gedichten niet allemaal op elkaar?’ Ik stel haar gerust. Nee, die gedichten lijken helemaal niet allemaal op elkaar. Iedere dichter denkt toch weer langs andere lijnen, altijd.”

Judith leest haar gedicht voor na Griegs ‘Morgenstimmung’:

TOEGIFT

Natuurlijk haal je liever iemand uit het water
die nog te redden is. Maar stel dat hij nog leefde
wat hadden we dan voor hem kunnen doen. Hem vragen
waar zijn wanhoop op berustte, hem zijn geliefde
weer terugbezorgen, of zijn werk, of zelfvertrouwen?

Nu kunnen we een heel klein beetje rouwen
niet eens om hem, omdat we hem niet kennen,
maar uit een vaag gevoel van menselijk fatsoen.

De bijna-liefde, bijna-aandacht die hij straks nog
meekrijgt in zijn kist, was misschien nét dat
kleine beetje dat hem had kunnen redden,
dat hij, bij leven, heeft gemist.

Het zit al in het gedicht maar ook in het gesprek dat Herzberg en Starik na afloop hebben. Is al die luxe van bloemen, muziek, kist en alles eromheen niet een desinvestering en kan niet beter al het geld dat hiermee is gemoeid worden besteed aan de nooddruftigen die tenminste nog leven? Dit was de eerste bijdrage van Judith Herzberg en waarschijnlijk ook wel de laatste, maar het is boeiend om te zien wat zij als dichter doet met het thema van de dode van wie zo weinig bekend is…

Starik heeft de neiging zich te bemoeien met de muziekkeuze. Als niemand de keuze maakt, klinkt er automatisch driemaal ‘licht klassiek’ door de aula en dat betekent vaak ‘De herfst’ van Vivaldi’s Vier jaargetijden en ‘Morgenstimmung’ van Griegs Peer Gynt suite 1. Starik vindt dat jammer en komt, soms samen met de dichter van dienst, tot drie passende nummers vanuit de hedendaagse popmuziek. Daar zou iemand zomaar een Spotify-speellijst van kunnen maken.

Oud-recensent Joop Leibbrand (1943-2015) eindigt zijn recensie over de bundel Een steek diep in 2011 met de wens: ‘Hopelijk is het project nog een lang leven beschoren en kan Starik in zijn wat onderkoelde, gereserveerde maar altijd eerbiedige stijl verslag blijven doen. Want de doden zullen er zijn, dat is wel zeker.’ Een mooie wens, maar Starik is zelf een van de zekere doden geworden en zijn uitvaart was allesbehalve eenzaam.

Dichter van dienst is het derde en laatste deel van de trilogie over de eenzame uitvaart zoals ze die in Amsterdam organiseren. Starik was jarenlang coördinator voor het poëtische deel. Soms schreef hij zelf, soms nodigde hij een dichter uit. In de drie bundels ontdek je als poëzieliefhebber hoeveel variaties er te maken zijn op het thema ‘dood’ van iemand die je nauwelijks kent. Maar het is gek om dit alles te lezen nu de dichter er zelf niet meer is.

____

F. Starik (2019). Dichter van dienst over De eenzame uitvaart. Nieuw Amsterdam, 320 blz. € 20,99. ISBN 9789046825983

     Andere berichten

J. Heymans – Alsnog

J. Heymans – Alsnog

Gelaagd, als een lasagne van betekenissen door Marc Bruynseraede - - Heel aparte, bijzondere dichter is John Heymans (Den Haag 1954) die...

Erik Lindner – Hout

Erik Lindner – Hout

Koud door Peter Vermaat - - ‘In de gedichten van Erik Lindner gaat het om het veraanschouwelijken. Er wordt niets beschreven of...