LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Rosalie en Virginie Loveling – Les sœurs Loveling / De zusters Loveling

1 okt, 2021

De actualiteit van de zussen Loveling

door Wim Platvoet




Les sœurs Loveling – De zusters Loveling is de tweede bundel waarin een aantal gedichten van ‘klassieke Vlaamse dichters’ (in dit geval dus dichteressen) in een volledig tweetalige editie in het Frans worden vertaald. De bedoeling van deze bundel is niet alleen het œuvre van Rosalie en Virginie Loveling ‘meer zichtbaarheid [te] geven, maar tegelijkertijd hun werk in het Belgische Nederlandstalige en Franstalige erfgoed [te] verankeren’. In deze bundel is gekozen voor een selectie uit de bundel Gedichten (1870) van beide zussen. Daarnaast is acht hedendaagse dichteressen gevraagd om de poëzie van de twee zussen te lezen, zoals op het omslag staat – in het Frans staat er: rencontrent. Dit heeft geleid tot één gedicht van elk van deze hedendaagse dichteressen, waarover steeds gezegd wordt ‘Gedicht bij’ dan wel ‘Poème inspiré par’. Soms hebben deze gedichten dezelfde titel, soms een geheel andere. Ik ga in deze bespreking alleen in op de Nederlandstalige hedendaagse gedichten (soms vertaald uit het Frans), die dus reageren op de gedichten van de zusters Loveling. Over die zussen schrijft Tinneke Beeckman een uitstekende inleiding: ‘De zussen Loveling, een open kijk op het leven.’

De zussen leefden in de negentiende eeuw, maar hun gedichten vallen op ‘door een radicaal moderne kijk op de eigentijdse samenleving’. Of dit ook voor de acht hedendaagse gedichten geldt, laat ik graag over aan het oordeel van de lezer(es). Hierbij zou ik niet goed weten wat een radicaal moderne kijk op de hedendaagse samenleving inhoudt.

De acht hedendaagse gedichten hebben een sterk uiteenlopend karakter, zeker gezien de context van de lezende ontmoeting met het gedicht waardoor elke dichteres is geïnspireerd. Soms is er sprake van een vergelijkbare vorm én inhoud, soms is er sprake van een radicaal nieuwe wending, hetzij door een omkering van de inhoud, hetzij door een totaal andere vorm. De oorspronkelijke gedichten hebben een vrij traditioneel rijmschema, terwijl dat vandaag de dag wat minder wordt gehanteerd. Enkele voorbeelden ter verduidelijking: in het gedicht ‘Moeders krankheid’ (p. 33) van Rosalie vraagt de moeder zich in de openingsregel af: ‘Wat zal van de kindren geworden?’, terwijl ze ze buiten zag spelen, maar ‘Zij hoorde niet hun gesprek’. In de volgende drie vierregelige strofen maakt elk kind duidelijk hoe het op de dood van zijn moeder zal reageren. Het gedicht heeft een duidelijke structuur, waarbinnen de thematiek ervan op een heldere manier wordt beschreven. Het gedicht van Hind Eljadid, ‘Moeder’ (p. 38), heeft weliswaar ook zestien regels, maar heeft verder geen ‘poëtische’ structuur. Het is eerder een kritische verhandeling in een vrije regelval over het hedendaags moederschap, die opent met de twee regels: ‘Moeder, / Onderschat, ondergewaardeerd.’ en afsluit met de regels: ‘Elke moeder, Oneindig moedig.’ En daarmee is eigenlijk alles gezegd.
Het meest geslaagd vind ik de reactie van Bwanga Pilipili op het gedicht van Virginie ‘Ik weet niet’ (p. 105):

Ik weet niet, suisde ’t stroomend beekje,
Noch wat ik ben, noch waar ik ga.
– En ik dan? zuchtte in hooge boomen
’t Geritsel van den wind hem na.

En ik? en ik? zei braam en bieze.
En ik? riep alles ondereen.
En ’t zand, dat opstoof langs de wegen,
Wist niet waarom, wist niet waarheen.

Een meesje zat op ’t wilgentronkjen
En vloog langs ’t water zoekend voort.
– Hebt gij nooit in uw eigen herte,
Een weerklank van die stem gehoord?

Bwanga Pilipili actualiseert dit thema in de kritische, hedendaagse, intersubjectieve betekenis ervan in het gedicht ‘Wie haat je?’ (p. 111) als volgt:

Wie haat je?

Wie haat je ruist het gerucht?
Wat breng je voort waar verschans je je?
Ik weet het niet loeit de scheur die zich spiegelt in het oog van de Ander.

Wie ben ik? Wie ben ik? Vorm en misvorm het verhaal,
bedolven herinneringen doorkruisen tijdperken en edicten.

En de Moed verwijlt in de kamer van het hart
Hij weet niet hoe maar hij weet waarom
Hij vult de scheur mikt op het gerucht, roept dan uit

Heb je nooit toen je op kruistocht vertrok
de weerklank van die stem gehoord?

Wie haat je, jij die de Ander bent?

Ik wil graag besluiten met twee verwijzingen. Op de site De Digitale Bibliotheek voor Nederlandse Letteren staat de volledige bundel Gedichten uit 1870, met dus alle gedichten van de twee zussen uit deze bundel. En op de onvolprezen site schrijversgewijs vind je zeer veel informatie over Rosalie en Virginie Loveling, met name over hun leven en over alle publicaties van hen. Overigens is bij Uitgeverij De Geus onlangs van Virginie Loveling de roman Een revolverschot verschenen.

Tot slot moet één ding me nog van het hart: in de verticale zijregel staat in de marge van iedere rechterpagina boven de naam van de zus die dat gedicht heeft geschreven, ook de naam van de hedendaagse dichteres die eerder op een gedicht van een van de zussen heeft gereageerd. Zo staat de naam van Bwanga Pilipili niet alleen op p. 111 bij het gedicht dat zij inderdaad zelf heeft geschreven, maar ook in de verticale zijregel op alle bladzijden (113-147) daarna, terwijl op die bladzijden alleen gedichten van Virginie Loveling staan waar Bwanga Pilipili niet op reageert. Dit geldt ook voor alle andere hedendaagse dichteressen: hun namen staan ook bij de gedichten waar ze niets mee te maken hebben. Dit schept verwarring. Dit is mijns inziens een ernstige (typografische?) fout, die bij een eventuele tweede druk hersteld zou moeten worden. Deze fout zou te maken kunnen hebben met het feit dat deze bundel op twee gedachten hinkt: enerzijds een Franse vertaling van een aantal klassieke Vlaamse dichters (de opzet van de reeks), anderzijds een hedendaags poëtisch antwoord, wat niet bij elke bundel van de reeks mogelijk zou zijn, en ook niet bij het eerste deel ervan: de gedichten van Paul Snoek, is gebeurd.

____

Rosalie en Virginie Loveling (2021). Les sœurs Loveling / De zussen Loveling. Samengesteld en vertaald in het Frans door Danielle Losman, Katelijne De Vuyst en Pierre Geron. PoëzieCentrum, 176 blz. € 17,00. ISBN 9789056553593

     Andere berichten

J. Heymans – Alsnog

J. Heymans – Alsnog

Gelaagd, als een lasagne van betekenissen door Marc Bruynseraede - - Heel aparte, bijzondere dichter is John Heymans (Den Haag 1954) die...

Erik Lindner – Hout

Erik Lindner – Hout

Koud door Peter Vermaat - - ‘In de gedichten van Erik Lindner gaat het om het veraanschouwelijken. Er wordt niets beschreven of...