LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Henk Ester – Wiskunde van lyriek

3 dec, 2021

Lyrisch wiskunde of wiskundige lyriek: een geslaagde combinatie?

door Wim Platvoet



Henk Ester heeft een vierde bundel toegevoegd aan zijn reeks Bijgeluiden, namelijk Wiskunde van lyriek, waarin de Bijgeluiden LIV t/m LXVII zijn opgenomen. Elke onderdeel van de reeks in deze bundel heeft een eigen titel en bestaat op zijn beurt uit een aantal genummerde en betitelde gedichten, soms lopen deze nummers door, soms niet. Zo bevat Bijgeluiden LIV (de eerste van deze nieuwe bundel) de genummerde gedichten 1, 3 en 5 en Bijgeluiden LXVII (de laatste) de nummers  1, 2, 3, 4 en 5. Deze nummering suggereert een (wiskundige? lyrische?) samenhang waarin blijkbaar sommige gedichten uiteindelijk geen plaats hebben kunnen vinden, zoals de gedichten 2 en 4 in de allereerste reeks van deze nieuwe bundel.

De eerste bundel van Henk Ester heeft zelf ook als titel Bijgeluiden (en als fraai motto dat eigenlijk alles al zegt: ‘Voor alles wat van asfalt onder de zon huivert voor eentonigheid’) en bevat er XIX. Bijgeluiden is ook op deze site besproken  en de recensent schrijft daar onder meer: ‘[de strakke ordening] suggereert een sterke eenheid, maar mij viel vooral een tweedeling op in de poëzie. Bijgeluiden is twee bundels in een: een goede bundel en een matige bundel’, Ook de derde bundel Het vermoeden van Witten is op deze site besproken. De recensent weet er niet goed raad mee: ‘Gedichten lezen en proberen te begrijpen blijft tenslotte zoiets als donker zoeken met een zaklantaarn en soep eten met een vork (wee mij als recensent)!’ Zo ongeveer is het mij ook vergaan.

De afzonderlijke gedichten hebben intrigerende titels, meestal één woord: ‘Van’, ‘Even’, ‘Vlucht’, ‘Gekte’, ‘A=A’, ‘=’, ‘on-’, ‘Geweten’, ‘Vierkant’, Springen’, ‘Dansen’, ‘Seculier’. In het eerste gedicht schrijft Ester: ‘er wordt een taal gevraagd / die begrijpt’. Ik zou de dichter toe willen roepen: waar is die taal? In deze bundel heb ik haar helaas zelden aangetroffen, ondanks de verwachtingen die Ester bij mij heeft opgeroepen, ondanks de veelbelovende titels, ondanks de een samenhang suggererende opzet. Er gaat noch vanuit de woorden noch vanuit de vorm een wiskundige of lyrische dwang uit. De aanzet is overal voelbaar, de talige uitwerking is minder geslaagd. Losse woorden blijven hangen, hier en daar een regel, het gedicht als geheel dringt niet door en is vaak onbegrijpelijk.

laat liggen licht in lagen woon, begin

laat na voorbij, laat staan verstand

de ligging van gelijk of gelijkend

licht gepantserd glas, dans in delen

het relaas dat wij, rijt aan stukken het

verlaat verleden isgelijk begin

[Bijgeluiden LVIII – Even, ‘1 – Is gelijk’]

In het laatste gedicht (‘Surplace’) schrijft Ester: ‘Poëzie hoort het verschil in woorden’ – maar hij twijfelt eraan of hij zijn eigen poëzie dit toe kan vertrouwen:

Woorden dwalen in een ruimte die zij

verhalen op de leegte en verplaatsen

in het vuur van hun betoog

[Bijgeluiden LXII – Zuiver, ‘5 – Seculier]

Hij gelooft wel in zijn eigen wiskunde van lyriek, maar weet mij daar geen deelgenoot van te maken:

Spreken

zuiver spreken

wiskunde van lyriek

laat

beginnen: vrij

van niet-weten

[Bijgeluiden LXV – Doorstaan, ‘3 – Wiskunde van lyriek’]

Er komen een aantal personen voorbij die Ester bewondert, maar ook die komen niet tot leven. In feite deelt hij ons alleen maar mee dat ze een rol spelen in zijn poëtische beleving maar een verwoording van die beleving blijft helaas achterwege. Is dit de kunst van het wissen van lyriek? Er komen in deze gedichten woorden voor die mij al lang intrigeren, zoals onmiddellijk(heid).  De nadruk op afzonderlijke woorden is in deze bundel sowieso opvallend. Alleen de titels van de gedichten al. Soms wordt zo’n woord in een context geplaatst, soms ook niet.

Wie zal stilstand als afstaan

onthalen,  zijn hartstocht verspelen

aan onmiddellijkheid?

[Bijgeluiden LV – Van ver, ‘3 – Een meter]

en

Wat blijft is een zoekend dwalen in

de ruimte van zijn onmiddellijkheid

[Bijgeluiden LXVI – Doorlaten, ‘3 – Niet gesloten’]

Kortom, Wiskunde van lyriek is een pretentieuze bundel, die noch de zelfstandige naamwoorden uit de titel waarmaakt, noch de betrekking ertussen. Misschien had Henk Ester, ter afsluiting van zijn intrigerende reeks Bijgeluiden, die reeks nog eens moeten overzien vanuit het dubbele perspectief van een wiskundige lyriek en een lyrische wiskunde. Mij als lezer is dat in ieder geval niet gelukt.

____

Henk Ester (2021). Wiskunde van lyriek. De Arbeiderspers, 80 blz. € 20,00. ISBN 9789029545075

     Andere berichten

J. Heymans – Alsnog

J. Heymans – Alsnog

Gelaagd, als een lasagne van betekenissen door Marc Bruynseraede - - Heel aparte, bijzondere dichter is John Heymans (Den Haag 1954) die...

Erik Lindner – Hout

Erik Lindner – Hout

Koud door Peter Vermaat - - ‘In de gedichten van Erik Lindner gaat het om het veraanschouwelijken. Er wordt niets beschreven of...