LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Simon

8 mei, 2022
door Karel Wasch

 

De jongere Vinkenoog. Foto onbekend.

 

Hoe meer ik over Simon Vinkenoog (1928-2009) nadenk en over de talloze keren dat ik hem ontmoette, des te moeilijker wordt het hem, te plaatsen in de Nederlandse literatuur.
Aanvankelijk werkte hij voor UNESCO in Parijs op de afdeling voor publicaties en boeken.

Hij behoorde daarna tot de Vijftigers met o.m. Lucebert, Kouwenaar, Andreus etc. Maar hoorde hij er eigenlijk wel echt bij? Zijn debuut uit 1957, Wondkoorts, draagt kenmerken van de vroege Vijftigers-poëzie maar heeft ook een eigen geluid.

Zo lang te water is een romannetje dat schatplichtig is aan de Amerikaanse beats (Kerouac, Ginsberg) maar ook weer niet. Later schreef hij Jack Kerouac in Amsterdam, een novelle, die over het hoofd werd gezien. Maar Wij Helden uit 1957 baarde opzien. Het is een boek vol eenzaamheid ongeluk en de hoofdpersoon Viktor maakt het ook niet al te best.
Later zou Reve met de Avonden het thema verder uitwerken.
We maken een sprong naar 1966. Vinkenoog organiseert Poëzie in carré. Een unieke manifestatie met een keur aan dichters uit Nederland en Vlaanderen. Johnnie the Selfkicker naast A. Roland Holst. Simon verbindt en is de grote animator.
Inmiddels is na de mislukte roman Hoogseizoen (1962) de carrière als schrijver van Simon in het slob geraakt. Men neemt hem niet echt meer serieus. Dit verergert nog wanneer Vinkenoog een openlijke pleitbezorger zal worden van de opstormende hippiecultuur met psychedelica en andere experimenten. Gerard Reve stelt hem zelfs verantwoordelijk voor ‘duizend drugsdoden per jaar.’ Grappig dat een zware alcoholist als Gerard Reve dat deed. Zijn oude kompanen zoals Kouwenaar en Campert huiveren en zijn nieuwe vrienden doen zijn loopbaan geen goed.
Simon the performing poet, immer aanwezig op festivals bij slamwedstrijden in de jury zit en workshops geeft. Hij is-wanneer ik hem weer eens ontmoet, te midden van het strijdgewoel- altijd vriendelijk tegen mij. “Hoe is het met je vrouw?” Neemt de psychotische dichter Hans Vlek in bescherming. Verwekt overal kinderen en blijft uiteindelijk bij Edith Ringalda. (1954- )
Hij heeft op een tuincomplex in Amsterdam Noord een leuke datsja waar ik hem interview voor het blad Ruim. Hij is lief en behulpzaam en Edith schenkt de glazen vol. Hij vraagt of ik in de jury wil komen van Festina Lente, een Amsterdams café waar slamwedstrijden plaatsvinden. Wanneer de zaal tijdens het voorlezen van de uitslag begint te roepen legt hij hen met een kort “Stilte!!” het zwijgen op. Een anarchistische vorst met veel power en charisma. Een eindeloze reeks publicaties laat hij het licht zien. Allemaal bij kleine uitgevers. Tijdschrift Bres geeft wel nog in 1998 een bloemlezing , door hem samengesteld, uit Herem, Ntijd. Ook deze wordt nauwelijks besproken. Van Bres, het esoterische, spirituele , tijdschrift was Vinkenoog een tijd redacteur.

Adem even in
Adem even uit
Adam Eva in
Adam Eva uit

Simon is vooral een performer geworden en veel van zijn teksten sterven een vroege dood door gebrek aan inhoud en gewicht. Wegens verstopte bloedvaten moet bij hem been worden afgezet en hij reist rond in een wagentje. Het kunstenaarsdorp Ruigoord eert hem. We missen al jaren zijn alom aanwezige vrolijkheid en kracht.

 

Op latere leeftijd. Foto (c) Hans Wessels.

 

     Andere berichten

Klank en kleur van een taal

door Hans Franse   - Toen ik mij, nu 35 jaar geleden, wat definitiever had neergelaten in mijn Italiaanse ‘paese’, wist men in mijn...

Bij de rozen

door Rogier de Jong   ‘Zij zijn voor sterven en vergaan geboren,’ zo dacht ik vluchtig toen ik bij de rozen was. Maar schrok, en...

Gedichten over lesgeven

door Ko van Geemert     Van jongs af aan heb ik geen doktertje maar onderwijzertje gespeeld. We hebben het over de jaren...