Taco van Peijpe (1946) is gepensioneerd jurist. Hij houdt van poëzie, muziek (speelt dwarsfluit), natuur en gezelligheid in kleine kring. Enkele van zijn gedichten werden eerder gepubliceerd in Meander, in Het gezeefde gedicht en in De Poëziekrant.
“Poëzie is voor mij een taalspel en een binnenweg naar het gevoel.”
WARMTE
–
duister loert op de savanne
in de schemer snuift een gnoe
–
huivert. tracht de eenzaamheid
te schudden uit zijn kale vacht
–
zoekt de warmte van de kudde
zorgt dat hij gazellen mijdt
–
in de buitenwijken schuiven
burgers de gordijnen toe
–
moe geworden trekt een kind
de dekens om zich heen en luistert
–
naar de maan verzint een vogel
en begint zijn nachtverhaal
–
duister loert op de savanne
in de schemer snuift een gnoe
–
huivert. tracht de eenzaamheid
te schudden uit zijn kale vacht
–
zoekt de warmte van de kudde
zorgt dat hij gazellen mijdt
–
in de buitenwijken schuiven
burgers de gordijnen toe
–
moe geworden trekt een kind
de dekens om zich heen en luistert
–
naar de maan verzint een vogel
en begint zijn nachtverhaal
VRAAG
–
Als de vlakte bijna onbewogen wacht
terwijl het water laag na laag
een bedding in de bodem slijpt
–
als de wilg zo traag ontspruit
de takken buigt en naar de aarde nijgt
dat de beweging haast onzichtbaar blijft
–
en als de tijd zo vlug in een fontein
de druppels rijgt dat bogen lijken te bestaan
–
maar jij niet voelt hoe je ontstaat:
waar blijf je dan?
–
Als de vlakte bijna onbewogen wacht
terwijl het water laag na laag
een bedding in de bodem slijpt
–
als de wilg zo traag ontspruit
de takken buigt en naar de aarde nijgt
dat de beweging haast onzichtbaar blijft
–
en als de tijd zo vlug in een fontein
de druppels rijgt dat bogen lijken te bestaan
–
maar jij niet voelt hoe je ontstaat:
waar blijf je dan?
CONTOUR
–
Ze stapelden in rust hun stenen, voegden
zich niet naar het drijven van de tijd
of het verval dat al besloten lag
in wat voor ogen stond
een kathedraal of kerk.
–
Restanten zandsteen sieren de ruïne
vlier en klimop spelen vrij.
Erboven groeien de contouren
van een luchtkasteel. De laatste steen
valt, voltooit het werk.
–
Ze stapelden in rust hun stenen, voegden
zich niet naar het drijven van de tijd
of het verval dat al besloten lag
in wat voor ogen stond
een kathedraal of kerk.
–
Restanten zandsteen sieren de ruïne
vlier en klimop spelen vrij.
Erboven groeien de contouren
van een luchtkasteel. De laatste steen
valt, voltooit het werk.
MUZIEK
–
De roffel van hoeven de hagel de donder
waren tot in onze holen te horen.
De echo sloegen we op in een trommel.
Onrust loopt sedertdien in ons om.
–
Zonder te willen ontsprong in de zolen
de dans en de kinderen spingen en vinden
binnen de lijnen de maat voor het hinkelen.
–
Boven de vijver bewegen de wilgen.
Een druppel rolt van het blad
en het water gaat zingen.
–
De roffel van hoeven de hagel de donder
waren tot in onze holen te horen.
De echo sloegen we op in een trommel.
Onrust loopt sedertdien in ons om.
–
Zonder te willen ontsprong in de zolen
de dans en de kinderen spingen en vinden
binnen de lijnen de maat voor het hinkelen.
–
Boven de vijver bewegen de wilgen.
Een druppel rolt van het blad
en het water gaat zingen.