LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Matthijs de Ridder – Paul Van Ostaijen / De dichter die de wereld wilde veranderen

5 jul, 2023

Heeft Paul Van Ostaijen de wereld veranderd?

door Marc Bruynseraede




Of moeten we zeggen: Heeft het lezen van de biografie die Matthijs de Ridder over Van Ostaijen (PVO) schreef, ons het inzicht bijgebracht dat deze dichter een nieuw tijdperk ingeluid heeft in de poëzie; dat hij het schrijven van poëzie helemaal op z’n eentje totaal vernieuwd heeft? Of heeft het lezen van deze biografie alleen maar onze voyeuristische nieuwsgierigheid naar de private achtergronden van de dichter bevredigd?

Alles wat U ooit had willen weten, maar niet durfde te vragen kan U hier vinden, in de vuistdikke levensbeschrijving van PVO. Afgaand op het aantal bladzijden dat dit werk in beslag neemt (704 pagina’s), kan men de fascinatie aflezen die de biograaf bewogen heeft, om de onderste steen in het leven, en zijdelings ook het werk van PVO, in de verf te zetten. Dagen en uren moet hij gespendeerd hebben in de ondergrondse krochten van het Letterenhuis en in het bezoeken van vrienden en nakomelingen van verwanten uit de levensloop van de dichter; in het napluizen van de vorige Van Ostaijen-onderzoekers: Gerrit Borgers, Marc Reynebeau en Geert Buelens.

Finaal levert dat een pil op, bijna 7 centimeter dik en 1,790 kilogram op de weegschaal. Het boekwerk is voorzien van een dik gekartoneerde kaft, het kubistisch lettertype, met het veelzeggende onderschrift De dichter die de wereld wilde veranderen. De uitgever heeft ook een purperen leeslint laten aanbrengen en dito rugbinding. Alles wijst erop dat dit een prestigieus project moest worden, dat de ambitie heeft om hét naslagwerk te worden over zin en onzin in het leven van Paul Van Ostaijen. En toch ontbreekt hier nog een niet onaanzienlijke informatiebron. In december 1995/maart 1996 wijdde Guy Commerman met het tijdschrift Gierik / NVT een dubbelnummer aan Paul Van Ostaijen, naar aanleiding van de 100ste verjaardag van de geboorte van de dichter, onder de titel Paul Van Ostaijen en het post-modernisme. Een aantal eminente Van Ostaijen-kenners als Emiel Willekens, Michel Seuphor, Paul Hadermann, Henri-Floris Jespers, Anne Marie Musschoot, Annie Reniers, Jan Lampo en anderen verleenden hun medewerking aan deze interessante uitgave. Nergens in de biografie vind ik daar een verwijzing naar. Is dit een gemis ? Ik weet het niet maar voor een biograaf die toch twintig jaar over dit boek gedaan heeft zou je toch mogen verwachten dat hij dan ook ALLES over Van Ostaijen weet.

Hoe komt Matthijs de Ridder ertoe om, met zoveel gedrevenheid, een werk als dit te schrijven? Student Nederlandse literatuur Matthijs de Ridder, geboren in Apeldoorn in 1978, komt, eind jaren negentig, aan de universiteit van Antwerpen terecht en wordt daar ondergedompeld in, en gefascineerd door, het werk van Van Ostaijen en de hele Vlaamse literatuur van begin 20ste eeuw. In 2009 levert hij een proefschrift af onder de titel: Staatsgevaarlik! De activistische tegentraditie in de Vlaamse letteren 1912-1933. Het is duidelijk voor Matthijs de Ridder dat leven en literatuur en politieke context met elkaar kunnen verweven zijn. Bij Van Ostaijen was dat zeker het geval. En dat stimuleerde hem om niet alleen de werken van de dichter te lezen maar ook de achterliggende decors te gaan onderzoeken. In de loop van de daaropvolgende jaren komen daar nog werken bij over Louis Paul Boon, Gaston Burssens en Willem Elsschot. En dan volgen diverse bijdragen over PVO: Rebelse ritmes (over jazz en literatuur), Boem Paukeslag (over PVO’s Bezette Stad) en nu dus Paul Van Ostaijen. De dichter die de wereld wilde veranderen.

Heeft Paul Van Ostaijen effectief de wereld veranderd? En waarom heeft de auteur deze vraag op de cover van zijn boek gezet? Is hij ervan overtuigd dat Van Ostaijen inderdaad de wereld wilde veranderen? En is hij daarin geslaagd, of niet? De vraag stellen is ze beantwoorden. Feit is in alle geval dat de biografie overduidelijk heeft aangetoond dat er in het werk van Van Ostaijen sprake is van een uitgesproken maatschappelijk engagement. En dat hij er niet voor terugdeinsde stelling in te nemen, zowel op straat als met de pen. Zijn attitude, bijvoorbeeld, ten aanzien van Kardinaal Mercier en de Vlaamse Zaak spreekt boekdelen. Maar wilde Van Ostaijen finaal werkelijk dat zijn schrijven tot het veranderen van de wereld zou bijdragen?

Laat het ons, voor de verandering en voor de gemakzuchtige recensent, eens vragen aan Chat GPT:

Heeft Paul Van Ostaijen de wereld veranderd?

Chat GPT zegt:

Paul Van Ostaijen was een Vlaamse dichter die leefde van 1896 tot 1928. Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste dichters uit de Vlaamse literatuurgeschiedenis. Zijn werk wordt gekenmerkt door een vernieuwende stijl en een experimentele taal. Van Ostaijen was een van de grondleggers van het modernisme in de Nederlandstalige poëzie en heeft daarmee zeker invloed gehad op de literatuur. Of hij de wereld heeft veranderd is echter moeilijk te zeggen. Zijn werk heeft invloed gehad op andere schrijvers en dichters en heeft daarmee bijgedragen aan de ontwikkeling van de literatuur.

Het antwoord is nogal magerkes, vind ik. ‘Moeilijk te zeggen’ is een diplomatische wending om aan te geven: ik weet het niet. De chatbot – en wij allemaal, eigenlijk – heeft nog wat bij te leren. Hij heeft zeker de biografie van Matthijs de Ridder nog niet in zijn geheugen opgeslagen. Maar toch, grondlegger te zijn van het modernisme en andere schrijvers en dichter beïnvloed te hebben: dat is toch wel iets!

Onze kennis van Van Ostaijen is doorgaans nogal primair. Wat weten we nu eigenlijk van hem? Roept de naam Paul Van Ostaijen bij de meesten onder ons niet slechts een vage herinnering op, aan iets dat blijven hangen is, uit de jaren van het middelbaar onderwijs ? Iets als ‘Melopee’, of ‘Marc groet ’s morgens de dingen’, of ‘Boere-charleston’, of ‘Alpejagerslied’; wat we in onze puberale onvolwassenheid als een paar literaire fiorituren beschouwden. De biografie plaatst deze gedichten in hun bredere maatschappelijke en sociale context, en onderzoekt ook de betekenis van het prozawerk van Van Ostaijen, in verband met de situatie waarin hij zich bevond. Zonder twijfel is dat de verdienste van Matthijs de Ridder, dat hij de achtergronden, waartegen de gedichten en prozawerken van Van Ostaijen ontstaan zijn, uitvoerig in kaart brengt en toelicht, mede dank zij de teletijdmachine van professor Barrabas. Ofschoon een dichter als Jozef Eijckmans met veel nadruk beklemtoonde dat zijn leven totaal onbelangrijk was en het enige wat telde datgene was dat hij geschreven had.

Het hele literaire parcours van PVO wordt gekleurd door zowel zijn vorming als de omgang met een aantal artistieke vrienden als Gaston Burssens, Edgar du Perron, Oscar, Floris Jespers en vele anderen. En ook door het maatschappelijke klimaat van die dagen (de eerste wereldoorlog, de opkomst van jazz en cinema, het ontstaan van het dadaïsme, het modernisme en expressionisme). De stilistische evolutie die de dichter doormaakt in de laatste jaren van zijn jonge leven is een gevolg van dit rijpingsproces. In die zin is het lezen van deze biografie niet zozeer een vorm van literair ramptoerisme – als het kleine duikbootje dat naar het wrak van de Titanic wilde duiken – om onze nieuwsgierigheid te bevredigen, maar een middel om dichter en dieper in de gedachtewereld en de persoonlijkheid van een schrijver door te dringen.

In die zin vind ik de Nagelaten gedichten van Paul Van Ostaijen ook de mooiste en meest betekenisvolle gedichten; niet zozeer omwille van de stijl waarin ze geschreven zijn, maar omdat ze de diepste lagen van Paul Van Ostaijen blootleggen. Eén gedicht is daarbij voor mij exemplarisch, namelijk ‘Het dorp’. Het is geïnspireerd op Villa Jeanne, het huis in Hove dat vader Van Ostaijen in 1913 gekocht had als een soort van buitenverblijf voor zijn familie. Het huis ligt op een spievormig perceel aan het rond punt op de Lintse steenweg en staat dus als een wig op de weg geplant. Paul had daar zijn kamer en ging ’s avonds wel eens te voet naar Mortsel om er zijn artistieke vrienden te bezoeken. In het holst van de nacht kwam hij dan te voet terug naar Hove. Hij schrijft het gedicht in 1927, wanneer hij ziek te bed ligt met tuberculose, als een verre herinnering aan een goede tijd,. Maar meer dan een terugblik of een beschrijving van die eenzame wandeling ’s nachts, is het gevoel, dat tussen de regels te vinden is, over al het onvervulde, sluimerend in het gemoed van de dichter en alles wat nooit vervuld zou raken en hem tot melancholische gevoelens bracht.

Van Ostaijen verstuurde dit gedicht op 6 augustus 1927 aan zijn vriend Jozef Muls. Een jaar later, in het sanatorium van Miavoye-Anthée, ging het licht uit en Paul Van Ostaijen de geschiedenis in, begeleid door enkele bloedverwanten en een paar vrienden als Jan Melis en Gaston Burssens. Naar het schamel graf in het plaatselijke, verloren dorpje in Wallonië. Het lezen van deze biografie zou er ons vooral mogen toe aanzetten het werk van Paul Van Ostaijen te herlezen. Want een gedicht als ‘Het Dorp’ schittert als een diamant; niet alleen omwille van de kleurrijkdom van de taal, maar ook door de diepte en schoonheid van zijn betekenis.

Of, om het met de woorden van Godfried Bomans te zeggen: ‘Waar je ook staat, je staat altijd op iemands voeten’. Prijs je gelukkig als die ander een dichter is.

HET DORP

Een vleermuis aan de nacht
hangt niet uw adem aan een vreemde adem
zo gij dit beseft het dorp
en de mensen nacht’lik huis aan huis
één licht – wellicht bij den pastoor –
en langs uw weg een late koe
In de wig van weg en stroom
is van de leegte zo het dorp
alsof ’t een boot was die maar voor korte tijd
op anker ligt

Om het staketsel kletst
het donkere water
gemeten
en vreemder dan een moorden zonder gil

Gij weet dat er geen gelaat is
waar gij binnen kunt
als in uw huis

En gij stoot overal der dingen oppervlak
een spiegel van uw eenzaamheid
een teller van uw korte reis.

____

Matthijs de Ridder (2023). Paul Van Ostaijen. De dichter die de wereld wilde veranderen. Querido Facto en Pelckmans, 704 blz. € 44,50. ISBN 9789021477718

     Andere berichten

Jan Kleefstra – Winterflarden

Jan Kleefstra – Winterflarden

De magie van poëzie door Maurice Broere - - Op de omslag van de bundel Winterflarden staat een vage afbeelding van wat ik vermoed dat het...

Marc Terreur – Ondersteboven

Kabbelend water door Hettie Marzak - - De titel van deze debuutbundel, Ondersteboven, is op zijn kop afgedrukt en gaat vergezeld van een...