LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Zonlicht VI

18 jul, 2023

De zon op mijn hand

Schrijvend met de zon op mijn hand
ademend tussen blote woorden
op de strandwei van het papier
zie ik een kind door de regels lopen,
zorgeloos, met ogen die alles
drinken tot op de bodem. Alles.
Als ik het roep bij mijn eigen naam
blijft het even tussen twee zinnen
wachten, kijkt mij verwachtend aan,
ledigt mij en laat mij achter:
dorstend boven een zee van taal.

Bert Voeten
uit de bundel Gedichten, De Bezige Bij, 1956
opgenomen in Dichters van deze tijd, P.N. van Kampen & Zoon, 1969


Bert Voeten (Breda, 6 juli 1918 – Amsterdam, 26 december 1992) was een Nederlands dichter en vertaler. Voeten werkte ook onder de pseudoniemen B. van Beenen, Hans van den Bosch en Leo H. van der Mark. Hij vertaalde diverse toneelstukken, onder andere van Shakespeare, Kalidasa en Molière. In 1951 ontving hij de Jan Campert-prijs voor zijn bundel Met het oog op morgen en in 1959 de Martinus Nijhoff Prijs voor vertalingen.

EILANDLIEFDE

we leefden op slippers en mango’s op hitte en grillkaas
elke dag zette een nieuw laagje stof af tussen onze tenen
(we postten foto’s van onze bruine voeten)
uit huidplooien schudden we geld voor cocktails
kralenarmbandjes plaatselijke soft drugs

in de middag filterden we elkaars haren vergewisten ons
van elke spier onder huid als gemorste olie
later in de bars keken we onze ogen uit op de ladyboys
hun genadeloze borsten lippen witte crop tops

soms verzonk ik in de ruis van de eetkramen
boven de inktzwarte bonen in saus
staarde jij in de verte met de oleanderstruiken
tot we elkaar weer aan de mond zetten als flessen

soms sliepen we op het strand bij de bladderende boten
we deinden mee we maakten plannen
we zouden het binnenland intrekken
de dag daarop of die erna

© Sandra Roobaert


Sandra Roobaert is lid van de redactie van Meander. In november komt haar debuutbundel uit bij De Zeef.

EEN MUG

Een mug (de mug)

beklimt, desnoods:
bestijgt een olifant
(de olifant).

Zo gooide iemand eens een bal op.
Deze stuiterde nog enige malen,

bleef toen zo goed als stil liggen.

Hans Faverey
uit Gedichten, 1968
opgenomen in Dichters van deze tijd, P.N. van Kampen & Zoon, 1969


Hans Faverey (Paramaribo, 14 september 1933 – Amsterdam, 8 juli 1990) was een Nederlands dichter. Het dichtwerk van Hans Faverey wordt vaak moeilijk genoemd, maar hijzelf bestreed dat: “zo moeilijk is het allemaal niet”. Zijn eerste twee bundels werden weinig welwillend ontvangen. Desalniettemin ontving Faverey voor zijn debuutbundel de Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam. In 1977 ontving hij de Jan Campert-prijs voor Chrysanten, roeiers en in 1990 Constantijn Huygens-prijs voor zijn gehele oeuvre.

foto’s © Alja Spaan, 23 juni 2023, 18 mei 2014 en 24 mei 2021.

     Andere berichten

Kinderpoëzie (IX)

Kinderpoëzie (IX)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...

Kinderpoëzie (VIII)

Kinderpoëzie (VIII)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...

Haliastur

Haliastur (1964) is een recent pseudoniem. Leeft in Gent. Schrijft poëzie. Publiceerde onlangs op De Schaal van Digther, zeer binnenkort...