Raymond Tilma

5 apr, 2025

Raymond Tilma (Leiden, 1976) is in de eerste plaats vader. Zijn belevenissen met zijn kinderen deelt hij op zijn blog. Daarnaast is hij schrijver, dichter en docent in zowel het Nederlands als Engels. Eerder publiceerde hij verhalen in Alice van Schrijven Magazine en verschillende verzamelbundels. Hij schreef een kinderboek dat momenteel op zoek is naar een uitgever. Later dit jaar verschijnt een van zijn verhalen in The Brussels Review. In 2022 won hij de Jotie T’Hooftprijs voor poëzie en in april 2025 staat hij voor de tweede keer in de finale van de Leidse stadsdichtersverkiezing.

foto © Dorit van Cleef

 

De volkstuin

Nergens is mijn vader doder
dan op zijn tuintje naast de weg.
De verf bladdert van het houtwerk.
Er zitten gaten in de heg.

Van de broeikas zijn alle ruiten gebroken,
de tomaten verschoten, komkommers verrot.
De witte kolen zijn doorgeschoten
en alle hekjes zijn kapot.

In het droge zand staan bamboestaken
met zorgvuldig gespijkerde zakjes eraan
die me er zwijgzaam aan herinneren
wat hier precies is doodgegaan.

De kruiwagen waar ik als kleuter in zat
ligt achteloos neergesmeten, dwars op het pad.
Een ijzeren gieter verroest naast de sloot,
ook de kruisbessenstruiken zijn allemaal dood.

De volkstuin is samen met vader gestorven.
Na zijn vertrek is alles vergaan.
Verrot, verteerd, verdroogd, bedorven
en alleen hier kan ik zijn sterven aan.
De ochtend hangt scheef

De ochtend hangt scheef in de tijd,
als een schilderij dat niemand recht hangt.
De stad geeuwt, ik drink koffie,
de balans blijft precair.

De straten ontwaken, traag en loom,
een kat likt de nacht van zijn vacht.
De eerste tram piept door de bocht,
een scharnier in de ochtendkoelte.
Een raam klapt open, schudt dromen uit,
verstrooit gefluisterde plannen op straat.
Ik blijf nog even hangen in het blauw
voordat de dag mij opslokt.
Op de foto twee zussen

gescheiden door een vouw
precies ertussen
linten in hun haar
twee meiden op de drempel
van een open deur
en de jaren zestig
in de Vestestraat

de glimlach van een meisje staat
dieper gekerfd nu
op het gelaat van de vrouw

zonde van die vouw
zegt haar zoon
die poets ik weg in photoshop
ook de kleuren haal ik op
dat kan gewoon
ze glimlacht
laat hem
hoe kan hij weten dat
er in 1958
een vouw in Leiden zat

     Andere berichten

Annet Zaagsma

Annet Zaagsma schrijft soms in het Fries en interviewt dichters voor Meandermagazine. Haar gedichten zijn gepubliceerd in o.a. Ooteoote,...

Herlinda Vekemans

Van Herlinda Vekemans verschenen vijf dichtbundels bij Poëziecentrum, Gent. Twee ervan vonden hun inspiratie in het oeuvre van...

Een wereld vol sonnetten (8)

door Simon Mulder   Simon Mulder is voordrachtskunstenaar, essayist, dichter met een grote interesse in het vormvaste gedicht,...