Archief

Poëziekalender 2025 - Liever de liefde
De Poëziekalender 2025 van het bekende merk Plint, heet 'Liever de liefde' en is een kunstzinnige uitgave. Iedere dag een nieuw gedicht over de liefde van veel bekende dichters. Jeanine Hoedemakers zegt: 'Wat de kalender extra speciaal maakt zijn de fotofragmenten die aan de achterkant van elke bladzijde staan. Als je alle blaadjes met de gedichten erop bewaart dan kun je van de fotofragmenten op de achterkant 46 poëzieposters samenstellen.'
Interview Arjan Witte
‘Arjan Witte stak als dichter over naar de muziek voordat het hip was, hij maakte al spoken word voordat de term bestond.’, zegt Ingmar Heytze, fan van het eerste uur. Zelf zegt Witte ‘dichten vervulde een complementaire rol bij een sociale omgeving die anders te eenvormig zou zijn geweest.’ Poëzie is voor hem meer een instrument tot plaatsbepaling dan een uitlaatklep.
Willem Jan Otten - Septemberzee
In 'Septemberzee' van Willem Jan Otten laat de dichter ons meelopen op zijn levenspad. Jeroen van Wijk treft in de bundel ontroerend mooie poëzie aan die nergens pathetisch wordt. Hij stelt vast dat 'Otten de thematiek van zijn gedichten prachtig weet te balanceren tussen observaties over het leven en de dood, en welke rol religie hierin kan hebben. Van Wijk vindt het prettig dat de gedichten die over religie gaan niet predikend zijn.
Mandy Eggerding
We zeiden het al eerder: Mandy Eggerding is gewoon goed, weet de taal kundig te kneden, is origineel en geeft prachtige beelden. Sowieso mooi hoe zij soms mens en dier met elkaar vereent, een vacht heeft of met vleugelslag naar warmer [oorden] vliegt. En dat dan schijnbaar moeiteloos opschrijft. In zinnen als ‘ik ben al vluchtiger dan ik was’.
Arjan Witte – Dub Holland
‘Dub Holland’ is een verzamelbundel met het beste werk van Arjan Witte. Het levert volgens Maurice Broere een wat ambigu beeld op: ‘Enerzijds staan er prachtig klinkende zinnen in en roept de dichter interessante filosofische vragen op, zoals: kunnen we niet wat minder somber tegen de dood aan kijken. Anderzijds maakt Witte gebruik van eigenaardige, soms onnavolgbare metaforen. Menig gedicht begint hij met een boeiende levensvraag, maar eindigt dan als een losse flodder.’
Nieuwsbrief 46 / 1 december
Applaus en bedachtzaamheid
Jan Loogman beschrijft een kleine gebeurtenis op de elfde november. Een paar dagen eerder waren er in Amsterdam misdragingen waarop snelle oordelen volgden. Bedachtzamer geluiden drongen in de eerste uren na het wangedrag niet door. Hij haalt de regel van Czeslaw Milosz in het gedicht 'Berisping' aan: ‘Zou jij dan het onverstand / van anderen veroordelen’. Er volgt geen vraagteken.
Interview Laurens Hoevenaren
Drie gedichten vormden de top 3 van de Rob de Vos-prijs 2024. Peter Vermaat interviewde elk van de drie dichters, met name over het ontstaan van het gelauwerde gedicht. Maar ook over hun manier van werken. Is een gedicht ooit voltooid? Vandaag het interview met Laurens Hoevenaren naar aanleiding van het gedicht 'Beneden peil'.

Het commentaar van Romain John van de Maele
We vroegen aan oud-recensent Romain John van de Maele of hij eens wilde terugblikken op zijn werk als recensent. Wat heeft hem gevormd als criticus en waar liep hij tegenaan? Hij komt tot de conclusie dat hij het besproken werk niet altijd voldoende voor zichzelf liet spreken en merkt ook op dat hij zich prettiger voelt bij het schrijven van essays. Het commentaar van Romain John van de Maele.

Interview Enno de Witt
Poëzie is voor Enno de Witt wat wijlen Kris Kristofferson dichtte en schreef: ‘And Lord, it took me back to somethin’ that I’d lost somewhere, somehow along the way’. 'Het is, om het maar eens even heel lelijk uit te drukken, het onder woorden brengen wat niet onder woorden kan worden gebracht.' Zijn potentiële lezerspubliek bedraagt een slordige zes miljard mensen.

Vrouwenblad - Vrouwen van papier & Guido Gezelle
In 1882 speelde Guido Gezelle met de gedachte om een vrouwenblad te maken, hij omschreef het als 'een jaartijdbladtje voor Vlaamsche vrouwen'. Het is er niet van gekomen. 'Tot nu', zegt Hans Franse: ''het prachtige magazine, op glossy formaat (een Vlaams poëtische 'Linda') waarin Gezelle in zijn relatie met vrouwen centraal staat, is op de markt gekomen in een Vlaamse coproductie:' Vrouwen van papier''.
Interview Astrid Arns
Drie gedichten vormden de top 3 van de Rob de Vosprijs 2024. Peter Vermaat interviewde elk van de drie dichters, met name over het ontstaan van het gelauwerde gedicht. Maar ook over hun manier van werken. Is een gedicht ooit voltooid? Vandaag het interview met Astrid Arns naar aanleiding van het gedicht 'Hologram'.

Siel Verhanneman - Wat wij doen dat heet bewaren
Iris van de Wetering bespreekt de bundel ‘Wat wij doen dat heet bewaren’, van Siel Verhanneman: ‘De psoas en de uterus, twee fysieke plekken in het lichaam, spelen een centrale symbolische rol in de bundel. Elk van deze plekken draagt een diepe emotionele en spirituele betekenis. Door het gebruik van krachtige beelden en symboliek, weet ze een universum van emoties te scheppen waarin de lezer wordt uitgenodigd om zijn eigen ervaringen en verlangens te reflecteren.’
Nieuwsbrief 45 / 24 november

Driek van Wissen, humor en dramatiek, onverwoestbaar
Onverwoestbaar mooi, de poëzie van Driek van Wissen, de dichter die door Pieter Sierdsma uit de voortrazende vergetelheid wordt gehaald. In deze column een aantal gedichten waarin hij een blijvende waarde aanraakt. Sonnetten die ons confronteren in hun onverbiddelijke opbouw met het einde, het alledaagse dat een klein drama bevat of de veroverende charme van deze romantische, beschouwelijke, humoristische dichter.
Over de relatie tussen poëzie en muziek – van Gezelle en Van Ostaijen tot Kopland
Poëzie wordt sterk bepaald door het ritme en de klank, zodat er ook sprake is van een klankbeeld. Romain John van de Maele gaat van literatuurhistoricus Alf Henriques terug naar Dante, van Bob Dylan naar Wolf Biermann, via Tom Manders naar Leonard Cohen, om te komen tot onze top 40, Kopland en the Beatles en neuriet de hele dag een tekst van Melanie.
Het commentaar van Jeroen van Wijk
Jeroen van Wijk heeft literatuurwetenschappen gestudeerd en is recensent. Ondertussen is hij bezig om zich te ontwikkelen als dichter, zo is hij onlangs toegelaten tot de Schrijversvakschool. We stelden aan hem de vraag hoe hij het ervaart om als beginnende dichter bundels te recenseren en we wilden weten of die combinatie hem ook iets oplevert. Het blijkt dat elke recensie die hij schrijft meerdere gewetensvragen opwekt. Het commentaar van Jeroen van Wijk.

Interview Kris Lauwereys
Kris Lauwereys is gefascineerd door de veelzijdigheid van taal, die zich uitstrekt van volledige nietszeggendheid tot diepgelaagd beeldend verbinden, van strak uitgezuiverd tot meeslepend barok. Poëzie is voor hem een manier om te proberen een plek op te eisen als zoon en als deel van de maatschappij, op zoek naar zijn wortels, zich in te schrijven in een traditie waar hij tegelijkertijd mee wil afrekenen.
Juryrapport Rob de Vos-prijs 2024
Monique Leferink op Reinink won dit jaar met haar gedicht 'Canto' de Rob de Vos-prijs 2024. Vandaag is het algemene juryrapport aan de beurt. Hierin staat ook wie erin de top 20 belandden. Juryvoorzitter Peter Vermaat concludeert: 'Hoeveel je ook kunt afdingen op het wedstrijdelement, feit is dat, wanneer eenzelfde inzending door een gevarieerde groep lezers wordt gewaardeerd, het aspect 'smaak' toch wat naar de achtergrond verschuift en de intrinsieke kwaliteiten van de gedichten op de plaats landen waar ze thuis horen.'
Interview Bart Adjudant
Dichter en musicus Bart Adjudant (Den Haag, 1960) staat altijd ‘open’. Hij is in zijn hoofd heel veel bezig met poëzie, signaleert in gesprekken of bijvoorbeeld krantenartikelen passages die door het metrum of een opvallende formulering bruikbaar zijn. Dagelijks plaatst hij gedichten op zijn Facebookpagina. Onlangs werd hij door Stichting Taalpodium Emmen uitgeroepen tot Nederlands kampioen light verse.
Johan Meesters - Bescheidenheid is een doodzonde
Hans Franse vindt het jammer dat de bundel ‘Bescheidenheid is een doodzonde’ van Johan Meesters niet mooi is vormgegeven en amateuristisch overkomt. Het lijkt hem ook dat je deze poëzie eigenlijk moet horen: ‘Hij moet een dichter van het gesproken woord zijn, een sprookspreker.’ Franse zegt dat ondanks een aantal ingetogen gedichten, het retorische overheerst: ‘Meesters typeer ik als sprookspreker of bard met taalkundige virtuositeit.’
Nieuwsbrief 44 / 17 november
Klank en kleur van een taal
Toen Hans Franse zich, nu 35 jaar geleden, wat definitiever had neergelaten in zijn Italiaanse ‘paese’, wist men in zijn stadje amper dat er zoiets bestond als een Nederlandse taal. Hij werd er als neerlandicus een beetje neerslachtig door; hij houdt van zijn taal en van de literatuur die er in geschreven is. Nu Ellen Deckwitz de prestigieuze ‘Premio Ciampi’ heeft gewonnen, is hij trots.
Klassieker 285 : Myriam Van hee – pinguïns
Hettie Marzak bespreekt het gedicht 'pinguïns' (2017) van Myriam Van hee - een sonnet over de hartverscheurende eerste sprong in zee van jonge pinguïns, waarin de focus in het gedicht subtiel van de dieren naar de mens verspringt.