Columns
Poëzielessen in het onderwijs; nut en noodzaak
Poëzie stimuleert de creativiteit maar ook het probleemoplossend denken, het kritisch denken en communiceren. Het breidt je woordenschat uit en versterkt je taalgevoel. Daarom zou het op de kaart van het basis- en voortgezet onderwijs moeten worden gezet, menen dichters Kila van der Starre, Heidi Koren, Babette Zijlstra en Wouter van Heiningen.
Die rare taal….
Over Italianen die nauwelijks een boek lezen en de uitzonderingen die het boek als cultuurgoed van ongekende waarde beschouwen. De uitpuilende bibliotheek in het dorp van Hans Franse met een verzameling boeken van oude expats, geeft in ieder geval voldoende inspiratie voor een column, excursie, televisie-uitzending, zelfs geruzie: daar ligt een boek in een wel heel rare taal....
Dagboek van een redacteur (4)
Deze week neemt redacteur Eric van Loo de lezer mee voor een kijkje achter de schermen. Volgens ‘Onze Taal’ is zowel typfout als typefout correct. Dat neemt niet weg, dat we de tekst zonder typfouten bij de lezer willen bezorgen, zeker waar het gaat om het hart van de tekst: het gedicht. Er zijn dichters voor wie hoofdletters heilig zijn, anderen struikelen al over een komma.
Poëzie om te bewaren
‘Waar is de tijd? Hier is de tijd’, is een regel van zowel Herman de Coninck als Esther Jansma. De een gebruikt hem in het gedicht Meisje, de ander in het sonnet Archeologie in de bundel Hier is de tijd. Jan Loogman zet de tijd stil in deze nostalgische column waarin hij zijn ouders terugziet, de beukenlaan rond de kerk, het café en de bundels in zijn boekenkast.
De angst voor natte voeten, oftewel: poëzie die staat als een kluis
Dichter Rogier de Jong houdt niet van raadsels of geheime genootschappen. Dat poëzie geen exclusieve club is met een cijferslot op de deur, hoewel gedichten soms misschien ondoorgrondelijk en moeilijk lijken, licht hij in deze column - met voorbeelden - toe. Terwijl hij zich hardop vragen stelt, mag poëzie alles hebben en alles zijn en moet ze helemaal niets!
Johannes heeft het moeilijk
Hans Puper: 'Een tijdje terug zag ik tot mijn verrassing Johannes staan op een druk perron in Arnhem. Ik had hem al 25 jaar niet gezien. Hij was kaal geworden en had geen snor meer, maar verder was hij weinig veranderd. Hij herkende me niet; ik moest hem vertellen dat we heel goede collega’s zijn geweest. Hij bleek nog dezelfde vriendelijke tobber als toen.'
Een dichter als economische motor
Het uitgeven van gedichten is niet lucratief. Kun je er van leven? Hans Franse gelooft het niet echt. Kan een heilige of een dichter wel de economische motor van de plaatselijke middenstand en het toerisme worden? Ja, dat kan in Italië waar hij al meer dan 30 jaar woont. U leest het in deze column.
Dagboek van een redacteur (3)
Bepaalde gedichten zijn niet meer weg te denken uit de Nederlandse literatuur. Deze aflevering neemt Redacteur Klassiekers Eric van Loo de lezer mee in een gedachte-experiment. Wat als we nog nooit van Hendrik Marsman gehoord zouden hebben? Zou zijn werk in de prijzen vallen? Zou het überhaupt opgemerkt worden?
De jongen in de man
In deze column geeft Jan Loogman zijn mening over de biografie van Elsbeth Etty over Willem Wilmink, ‘In de man zit nog een jongen’. Vage onlustgevoelens over de biografie kristalliseerden zich tijdens het schrijven uit tot een helder standpunt. Hij wil een biograaf die zich kan voorstellen dat succes en gevoel van miskenning samen kunnen gaan, dat onhandig gedrag uitsluiting oproept en die de psychische last ervan tracht te begrijpen of herkent.