Recensies
Myrthe Leffring - De tere bloemen van het verstand
De tweede bundel van Myrte Leffring, ‘De tere bloemen van het verstand’, doet door de inhoud – de levensloop van de mens – zowel denken aan ‘De rotonde’ van Mark Boog als aan het Middelnederlandse ‘Elckerlyc’, zonder dat de bundel iets van zijn eigen karakter verliest. Recensent Eric van Loo vindt dat “De tere bloemen van het verstand’ een intrigerende bundel is, die uitnodigt tot aandachtige lezing en herlezing’.
K. Michel - Speling zoeken
‘Speling zoeken’, de verzamelde gedichten van K. Michel (tot aan zijn vrijwel tegelijkertijd verschenen bundel ‘Te voet is het heelal drie dagen ver’), geeft een goed inzicht in zijn dichterschap. Recensent Johan Reijmerink: ‘Tegen beter weten in blijft deze taalkunstenaar geloven in de taal om daarmee zijn diepste ervaringen over te brengen. Daarvoor is het scheppen van een zekere orde noodzakelijk, zonder daarbij de dwaalwegen van onze dromen te veronachtzamen.’
Ilse van Staden - Waar die oog van stil word
‘Waar die oog van stil word’ is de derde bundel van de Zuid-Afrikaanse Ilse van Staden, ‘een dichteres die existentiële problemen verwoordt in een taal die soepel en lenig is, vol associaties, en goed te begrijpen’, aldus recensent Hans Franse.
Catharina Boer - De spiegel van Hirundine
Romain John van de Maele beschouwt 'De spiegel van Hirundine' van Catharina Boer als een zeer leesbare en belangrijke bundel, zowel inhoudelijk als stilistisch. Een citaat uit zijn recensie: ‘Literatuur is altijd een spiegel (van het leven), en gedichten zijn altijd spiegelbeelden die achteraf bij elkaar worden gevoegd, en zo wordt een bundel een spiegel of informatiedrager. Het is de taak van de lezer die spiegelbeelden in zich op te nemen en deze bij de eigen bespiegelingen te voegen om zo een nieuwe dialoog te beginnen ( … )’.
Pat Donnez - Radeloos en betoverd
Recensent Ivan Sacharov heeft een helder oordeel over ‘Radeloos en betoverd’ van Pat Donnez: ‘Hij noemt zelf o.a. J.C. Bloem, Walt Whitman en Dylan Thomas als ‘collega’s’, en hoewel ik het hem gun om met hen vergeleken te kunnen worden denk ik dat ook die dichters (om verschillende redenen) tot een iets andere sfeer behoren. Nee, dan komt in mijn hoofd eerder nog de naam van Toon Hermans op.’
Poëzie Kort 2016 / 12
In ‘POËZIE KORT 2016 / 12’ recensies van Paul Roelofsen en Hans Puper over ‘Oogsteen’, een selectie uit de gedichten van Hester Knibbe van 1982 tot 2016, de traditionele ‘Pomes Penyeach – Poëzie voor een prik’ van James Joyce, het aantrekkelijke debuut ‘Ik, mijn broer’ van Martin Knaapen en de opwekkende bundel ‘Draagvlak en vizier’ van Renaat Ramon.
Joke van Leeuwen - Het moet nog ergens liggen
‘Het moet nog ergens liggen’ is de nieuwe bundel van Joke van Leeuwen. Paul Roelofsen vindt hem heel goed: ‘Een bundel, die verontrust en gelijktijdig door het lenige en vooral levendige taalgebruik vermaakt.
Wat poëzie al niet vermag.’
Inge Tielman - Bewonder de zee als de liefde
‘Bewonder de zee als de liefde’ is het verzameld werk van Inge Tielman (1931 - 2015). Recensent Hans Franse: ‘een uitgave van mooie, consistente poëzie waarin de liefde en de taal centraal staan, waarnaast soms grillige bijna surrealistische poëzie voorkomt. Het is de poëzie van een heel leven, waarbij liefdespoëzie in een steeds puurder wordende taal: taal die noemt en benoemt.’
René Hooyberghs - Het woord nabij
Recensent Romain John van de Maele over ‘Het woord nabij’ van René Hooyberghs:
‘Voor een dichter zijn woorden altijd nabij, maar ‘het’ woord lijkt zich soms in onbetreden gebieden te verschuilen. Dichten is altijd een ontdekkingstocht, en woorden – laat staan ‘het’ woord – geven zich vaak niet gemakkelijk bloot. René Hooyberghs (1944) is een bedachtzame dichter die woorden niet zomaar verzamelt om ze in het keurslijf van een gedicht op te sluiten.’