Recensies
Johan Meesters - Bescheidenheid is een doodzonde
Hans Franse vindt het jammer dat de bundel ‘Bescheidenheid is een doodzonde’ van Johan Meesters niet mooi is vormgegeven en amateuristisch overkomt. Het lijkt hem ook dat je deze poëzie eigenlijk moet horen: ‘Hij moet een dichter van het gesproken woord zijn, een sprookspreker.’ Franse zegt dat ondanks een aantal ingetogen gedichten, het retorische overheerst: ‘Meesters typeer ik als sprookspreker of bard met taalkundige virtuositeit.’
Bloemlezing - Het komt goed
Tom Veys zegt alle lof te hebben voor de samensteller van de bloemlezing ‘Het komt goed’: Elisabeth Lockhorn. Zij heeft kwaliteitsvolle gedichten uitgekozen die over geluk gaan. Volgens Veys krijg je met deze bundel aan de hand van het thema ‘geluk’ een staalkaart van de literatuurgeschiedenis. Hij benoemt ook dat de stilistische reikwijdte in de bundel een grote meerwaarde is.
Jonas Bruyneel - Mulhacén
In de bundel ‘Mulhacén’ van Jonas Bruyneel wordt de tocht naar en de beklimming van de hoogste berg van de Sierra Nevada in Spanje beschreven. Hij wandelt in het spirituele gezelschap van dichter Federico Garcia Lorca, maar daar is voor de liefhebbers van Lorca weinig van te merken, vindt Marc Bruynseraede. En ‘waarom moesten de verzen zo nodig in Copla-vorm geschreven worden? F.G. Lorca was geen Copla-dichter.’
Willem Thies - Wachtend op eerste constructies
In ‘Wachtend op eerste instructies’ van Willem Thies treft Peter Vermaat de ondeelbare tweeheid aan: ‘In ontologisch perspectief schildert Thies in deze gedichten niet zozeer de wederzijdse houdgreep van goed en kwaad of van opslokken en ontbreken, maar veel meer de gelijktijdige parallelliteit van dit alles. Naast het waarneembare waart iets vergelijkbaars rond aan de andere zijde van het onkenbare scheidsvlak tussen hier en daar, het onzichtbare en ontastbare membraan tussen het nu en het geweest zijn of het nog wordende.’
Jean Pierre Rawie - Verzamelde gedichten
Hettie Marzak verdiepte zich in de ‘Verzamelde gedichten’ van Jean Pierre Rawie. In diverse versvormen dicht hij ‘in een taal die tegen de charme van het archaïsch woord aanleunt, maar die nooit geforceerd of overdreven aandoet.’ Zijn enorme eruditie blijkt uit de talloze vertalingen van gedichten in verschillende talen. ‘Deze verzamelbundel getuigt van vakmanschap, bezieling en gedrevenheid, alles binnen een zelf opgelegde restrictie, die dwingt tot concentratie en vindingrijkheid.’
Robin Veen – De zwaluwen zijn dit jaar niet gekomen
Paul Roelofsen bespreekt de bundel ‘De zwaluwen zijn dit jaar niet gekomen’, van Robin Veen. Hij vindt dat de keus van de dichter om over te gaan op de vaste vorm van het sonnet, een schot in de roos is geweest. De gedichten zijn van een hoog niveau en hij beveelt de bundel van harte aan.
Verzamelbundel - Het gras lacht groen
De verzamelbundel ‘Het gras lacht groen’, wil met klimaatgedichten en korte verhalen hoop bieden voor de toekomst. Kamiel Choi vindt de bundel prachtig vormgegeven met mooie illustraties erin, maar mist een gebrek aan humor om klimaatontkenners op andere gedachten te brengen. Hij vreest dat de bundel ‘te lief is om te zorgen voor reuring en een verschuiving in het denken van zijn lezers.’
Ali Şerik - De zachte veren van de tijd
Ali Şerik beschrijft in zijn bundel, ‘De zachte veren van de tijd’, in epische verzen, het lot van vluchtelingen in deze tijd en weeft de verhalen van vroeger erdoorheen. Anneruth Wibaut is zeer te spreken over de rijke taal en de bundel in zijn geheel: ‘Ali Şerik heeft een groots werk geschreven waarmee hij vluchtelingen hun volwaardige plek als mens geeft in de geschiedenis. De toekomstzoekers worden individuen onder zijn handen.’
Rob de Vos-prijs 2024 Eervolle vermeldingen II
De drie laatste dichters uit de top 10 die genomineerd waren voor de Rob de Vos-prijs 2024 stellen zich vandaag voor met de publicatie van hun gedicht. Ook is het jurycommentaar weer te lezen. Een eervolle vermelding voor Nanny Luijsterburg, Els de Groen en Liesbeth V. Hafenrichter.