Recensies

Philip Larkin - Het leven met een gat erin
Dit jaar besteden we extra aandacht aan interessante vertalingen die bij ons binnenkomen, maar we bijten de spits af met een uitgebreide tweetalige bloemlezing die uitkwam in 2022. Jan Pieter van der Sterre vertaalde ‘Het leven met een gat erin’ van Philip Larkin. Hans Puper vindt dat tegen de achtergrond van de vele bundels van hoop en troost, Larkin’s gedichten van een verfrissend pessimisme zijn.

Henk Gilhuis - Voorbijwoorden
In de bundel ‘Voorbijwoorden’ van Henk Gilhuis had de verwondering vaker mogen plaatsmaken voor verontwaardiging, zegt Anneruth Wibaut. Gilhuis is op zijn best als hij zich kwaad maakt over iets: ‘Maar door het spelen met dubbele betekenissen en het scheppen van nieuwe taal is de algehele sfeer van de bundel sprankelend en herkenbaar. Wat het sterkst opvalt is het soepele en consequente toepassen van ritme.

Auke Leistra - Ander woord voor moeder
In de debuutbundel ‘Ander woord voor moeder’ beschrijft Auke Leistra de verstoorde hechting met zijn moeder en het effect hiervan op zijn leven. Jeanine Hoedemakers vindt de bundel geslaagd, maar mist relativering bij de dichter en hierdoor ligt de inhoud zwaar op de maag. 'Leistra gooit niet alleen zichzelf in de diepte, maar ook de lezer.' Hoedemakers concludeert: ‘Het raakt me om te lezen hoeveel invloed een verkeerde hechting - of het uitblijven ervan – op de rest van je leven kan hebben.’
Miguel Declercq – De weeromstuit
In deze laatste recensie van Maurice Broere bespreekt hij de ‘De weeromstuit’ van Miguel Declercq: ‘Motieven in deze bundel zijn: dichten, dood, liefde, honden, maar het opvallendst is de ironie in dit werk. We moeten het allemaal niet zo ernstig opvatten, wat als effect heeft op de lezer dat hij zich gaat afvragen, is dit wel zo spottend bedoeld, moeten we het misschien juist wel serieus nemen?’

Richard Nobbe - Waar iemand woont
De bundel ‘Waar iemand woont’ is het debuut van Richard Nobbe. Zoals het voorplat, met de toren van Babel erop, al doet vermoeden, worden talen met elkaar verhaspeld. Nobbe is autistisch en volgens Tom Veys is hij uniek in zijn invalshoeken en authentiek. Veys zegt: ‘De spreektaalpoëzie bevat vele beelden die soms dicht en ver in elkaar schuiven. Hij maakt zaken verteerbaar die voorheen minder bespreekbaar waren.’

Yke Schotanus - Onstandig heden
Hettie Marzak merkt op dat in de bundel ‘Onstandig heden’ van Yke Schotanus, de dichter zich kwetsbaar opstelt, maar op gepaste afstand blijft: ‘Niet alles hoeft prijsgegeven te worden, de lezer kan zelf wel invullen wat niet verteld wordt. Bovendien worden de gedichten op deze manier universeler en geldend voor iedereen die zich kan indenken wat er bij het verhaal hoort.’

Judith Herzberg - Kneedwezens
Afgelopen november werd Judith Herzberg negentig jaar en kwam haar bundel 'Kneedwezens' uit. Hans Franse vindt het een cadeautje van een groot dichteres. In de bundel wisselen oude en nieuwe gedichten elkaar af. Herzberg is op hoge leeftijd nog altijd meester over de taal in haar herkenbare poëzie die we zo waarderen. Zoals Franse zegt: 'Het als terloops noteren, scherpe observaties en bedrieglijke eenvoud.' Deze recensie getuigt dan ook van zijn bewondering voor haar.
Kees van Domselaar - Fabrieksinstellingen
‘Fabrieksinstellingen’ is de vierde bundel van Kees Domselaar, hij onderzoekt de menselijke lotsbestemming. Er zitten verwijzingen in naar dichters die ons ontvallen zijn. Jan van Gulik proeft de melancholiek die zo kenmerkend is voor de romantiek: ‘Naast de melancholiek en de destructie in de gedichten van Van Domselaar, wijst ook de aanwezigheid van het mysterieuze op de romantiek. Het mysterieuze blijkt uit de zoektocht naar betekenis in en na het leven.’

Jozef Deleu (samenstelling) Het Liegend Konijn 2024 / 2
Maurice Broere noemt ‘Het Liegend Konijn 2024 / 2’ de betrouwbare barometer voor hedendaagse poëzie en hij hoopt dat samensteller Jozef Deleu nog lang doorgaat met het uitsteken van zijn voelsprieten en door zijn selectie allerlei moois te berde te brengen. Broere citeert drie gedichten van Bianca Boer, Marijke Hanegraaf en Christine van den Hove.