Moeder Vader
1
in welk huis zal ik mijn verdwalen beginnen
is hier een dak dat mij kan dienen
als de gedraaide driehoek van uw schoot
dit huis is stuk en wild
door mij alleen bewogen
moeder vader dood bent u in mij verweven
en ken ik u niet langer
in leven bent u een kind dat ik ontmoet
en bij de polsen houd
om van uw gruwel niet te spreken
in dit huis kan ik u zoeken
zonder u te zien er hangen spiegels
stof spint rond en naar beneden
binnen ben ik dag en huis en nacht
zie verschrikt door het oog van de wereld
uw tamme kleuren blinken in mijn vacht
2
ik zal op u slaan als een tang
verguld met snedige riemen
alle stukken leer van mijn huid
laat ik neerkomen op uw vel
in de neerslag staat mijn naam
de grens van al mijn kunnen
in die gedaante draag ik u
dag in de dag uit
drinkbaar blijven we liggen
laveloos en arm als de ouderen
die ik langzaam heb vergaard
gebald in jonger krijt
kruip ik onder uw nagels weg
u kan krabben
ik ken mijn geslacht
ik blijf
3
ik zie het aan hoe uw voeten mij verdragen
en knikken voor mijn bekomst
van huis weg
hier sta ik uit uw genen geworpen
harder dan uw draad
met meer geduld bespannen
en harder dan elk draadloos verzet
over patronen en randen werp ik mij omhoog
pers ik mij in uw gestorte toren
Moeder Vader
ik ben de eerste belager
uw meester in streng in streng
dit erfelijk verderf
verschrompeld tussen mijn benen
kent het zijn gelijke niet
waar uw vlees traag verhardt
daar klappen mijn longen
voor u samen
4
Ik bedrijf mijn betrachtingen
ter ere van uw lijf en van de grond
die in mij uw rijpe lichaam zaaide
ik bewater later mijn doornen
ik bedrijf u in mijn nat
van uw vruchtgebruik blijf ik
de enige en eindige graaf
ik lig stil en beween het gras
waaronder u straks vergaat
er is geen mond in mij die nu nog durft
geen woord dat in uw lichaam kloven slaat
zo lang eist uw weerbarstigheid een krul
een heilig haar dat als een grijze vlek
de start is en mij traag van binnenuit
en strijdend naar het leven staat