LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Katharina Bauer e.a. – Verabredungen / Afspraken

11 jun, 2014

Het onvertaalbare op zijn best vertaald

door Levity Peters

Het is al heel wat jaren geleden dat ik op Poetry International een Engelse dichter ontmoette, die had meegewerkt aan het vertaalproject van gedichten van Breyten Breytenbach, de Zuid-Afrikaanse dichter die zeven jaar gevangen had gezeten vanwege werkzaamheden voor Het ANC, de onder het apartheidsregime verboden burgerrechtenorganisatie waarvan Nelson Mandela een van de kopstukken was.
De dichter legde mij uit dat je als Engelsman van een Engels gedicht moeilijk een vertaling kunt maken. Dus had hij besloten om een samenvatting te maken. Een nogal lang gedicht van Breytenbach kortte hij in tot tien regels.”Breyten was not amused”, zei hij. Hij koos een andere optie: een nog niet bestaande taal! Ook daar bleek Breytenbach niet erg tevreden mee…

De dichter, wiens naam mij ontschoten is, maakte mij wijs dat je de capaciteiten van een vertaler het beste kon beoordelen aan de hand van het kortste gedicht dat hij heeft vertaald.
Hoewel ik mij al lang afvraag of de goede man gelijk had, zocht ik in de bundel Verabredungen / Afspraken het kortste gedichtje op:

Die Beerdigung / für U.K.

Handvoll Erde greif ich raus
Wie traurich sehn die Finger aus

Het was als volgt vertaald:

De begrafenis / Voor U.K.

grijp ik er een handvol aarde uit
hoe verdrietig daarna mijn vingers

Waarom was er niet voor de mogelijkheid gekozen om beide regels op ‘uit’ te laten eindigen? En waarom was hier geen gebruik gemaakt van ‘Teraardebestelling’ in plaats van ‘begrafenis?
Uit de inleiding wist ik dat de Nederlandse dichters/vertalers hadden samengewerkt met de Duitse dichters wier werk ze onder handen namen; Thomas (Kade) en Els (Moors) zaten aan het water met de papieren op hun knieën. Er is intensief overleg geweest over de manier waarop ze de gedichten in vertaling het best tot hun recht konden laten komen.

Bij een van de volgende gedichten blijkt waarom Els Moors voor haar vertaling heeft gekozen, en hoe goed die is:

Momentum Intimissimum

sah sie gebeugt
über das Waschbecken nackt
sagte ich Offenbarung
sagte Liebste
Linie des Nackens
verläßngert über den bleichen Leib
Rücken und Hinterbacken
so nah und naß
herrrliche Wolbungen
die die Welt bedeuteten bei weitem
geöffnetem Fenster
(..)

Momentum intimissimum

zag haar gebogen
over de wastafel naakt
zei ik openbaring
zei liefste
lijn van de nek
doorgetrokken over het bleke lijf
rug en billen
zo dichtbij en nat
heerlijke rondingen
die de wereld betekenden bij het wijd
geopende raam
(..)

Wat opvalt, is de klankrijkdom, ondanks de sobere, bijna kale regels, de muzikaliteit. En daar heeft ook de vertaalster voor gekozen in haar Nederlandstalige versie van de gedichten, zonder dat het op enige wijze de inhoud tekort doet.

Naast Els Moors werkten Bianca Boer, Tsead Bruinja en Menno Wigman met een Duitse dichter samen om tot de meest ideale vertalingen te komen. Het is natuurlijk fantastisch voor beide partijen om zo samen te kunnen werken. De inleiding van Bianca Boer geeft een paar vermakelijke voorbeelden van wat er had fout kunnen gaan, was dat niet het geval geweest.
Ik herinner mij dat Judith Herzberg tijdens een optreden voor Poetry International een blik wierp op de achter haar geprojecteerde Engelse vertaling van een gedicht van haar, en uitriep: ‘Haal maar weg. Deugt niet.’ Vertalen is niet zo eenvoudig als het soms lijkt.

Van de vertaalde dichters was ik het diepst onder de indruk van de gedichten van Katharina Bauer, vertaald door Bianca Boer:

Wir haben mit Papier

mehr Geduld als mit Menschen
wir konnen warten
als wurde alles
ers noch beginnen
und horen
unn still sein
wenn die Musik gut ist und
die Mudigkeit reicht
du kannst an Blauegrad des Himmels erkennen
wie hoch der tag ist
uns wie lange noch gultig
ich kann sogar sagen
wass ich kann ich kann
mich der nennen
und die Worte dcht weben in denen sich
Außer dir nichts verfangt

We hebben met papier

meer geduld dan met mensen
we kunnen wachten
alsof alles
nog moet beginnen
en luisteren
en stil zijn
als de muziek goed is en
de vermoeidheid genoeg
je kan aan de blauwgraad van de hemel herkennen
hoe hoog de dag is
en hoe lang nog geldig
ik kan zelfs zeggen
wat ik kan kan ik
mij jou noemen
en de woorden tot een web spinnen waarin
behalve jij niets gevangen blijft

De enige vraag die ik bij deze vertaling heb, of de regel: ‘was ich kann ich kann’ niet beter letterlijk had kunnen worden vertaald. Terwijl ik dit schrijf ben ik daar al onzeker over. Elke omzetting heeft zijn prijs.

Ralf Thenior is vertaald door Tsead Bruinja. Thenior is een romantische, vrij klassieke dichter die altijd aan de goede kant staat, die van menselijkheid en medemenselijkheid:

Änderungsschneiderei

Neben dem Transistorgerät
arbeitet die junge Frau
zwischen Flicken, Garn und Nadeln.
Freundlich antwortet sie
in gebrochenem Deutsch.
Ihre Hand streicht über den Kragen,
als nähte sie die Jacke ihres Mannes,
der in der Heimat gefangen ist.

Kledingreparatie

Naast de transistor
werkt de jonge vrouw
tussen lappen, garen en naalden.
Vriendelijk antwoordt ze
in gebroken Duits.
Haar hand strijkt over de kragen,
alsof ze de jas van haar man naait.
Die in het thuisland gevangen zit.

Goede bedoelingen staan goede poëzie vaak in de weg. Welke vraag aan de jonge vrouw gesteld wordt, blijft de vraag. Het meervoud van ‘kragen’ rijmt niet met de ene jas die als van haar man is. Ook vroeg ik mij af of de sentimentele oproep tot mededogen niet beter had kunnen worden afgezwakt door het laatste woordje ‘ist’ letterlijk te vertalen, waardoor het melodramatische zou zijn afgezwakt: geen sprake van een gevangene, maar iemand die in omstandigheden gevangen is.

Tot slot van Ellen Widmaier:

Sappho auf Zeeland

Zwei Seeschwalben zogen vorüber
kehrten zurück ließen sich nieder
sprachen zu ihr im Abendlicht
Niemand berührt dich
die Nacht kommt und geht
mit dem Siebengestirn
Die Steine des Wellenbrechers
leuchteten im schwarzen Mantel aus Teer
wärmten ihren Fuß bis sie
verschwand in der Gischt
Flugsand Küsste
zuletzt ihr Gesicht

vertaald door Menno Wigman:

Sappho op Zeeland

Twee zeesternen vlogen voorbij
keerden om streken neer
spraken tot haar in het avondlicht
Niemand raakt je aan
de nacht komt en gaat
met het Zevengesternte
De stenen van de golfbreker
lichtten op in de zwarte teerlaag
verwarmden haar voet tot ze
verdween in het schuim
stuifzand kuste
ten slotte haar gezicht

Ik kreeg de indruk dat Wigman zich met deze vertaling verraadde, alsof hij die ‘schwarzen Mantel aus Teer’ ook teveel van het goede vond, en de mantel dus maar weg liet, om de dichteres tegen zichzelf te beschermen. Hij kent de Hollanders.
Niet dat het veel uitmaakt.
In plaats van Zevengesternte las ik: Zevergesternte.

Dit soort gedichten doet mij denken aan de retro villa’s die overal ten lande verschenen zijn; schuine rieten daken, bakstenen muren, kruisramen. Schoorstenen met glanzende windwijzers – Gesettelde burgers wonen er, met een verfijnde, traditionele smaak. Alsof ze leven in een wereld die sinds de negentiende eeuw niet is veranderd. Een eeuw waarin de welgestelden nog achting genoten, en de dichters door de goden begenadigd, een taal mochten bezigen die van een klassieke opleiding getuigde, en waarmee zij, zo precieus als zij waren, slechts door hen waargenomen godinnen verbaal mochten kussen. Door de verschrikkingen van de twintigste eeuw (nog) niet aangeraakt.

Wanneer deze vier dichters representatief zijn voor de poëzie die momenteel in Duitsland wordt uitgegeven, dan is de poëzie daar nogal escapistisch en voor de gevestigde orde absoluut onschadelijk. De man-vrouwverhoudingen zijn oké, al krijgt Bertolt Brecht van Widmaier een kritisch gedicht op zich af over zijn omgang met vrouwen. De politiek is vrijwel afwezig, en het individu kan zich met zijn bezadigde onvrede prima vermaken. Juist in Duitsland zou je anders verwachten. Is de vorige eeuw niet gedomineerd door wat daar gebeurde? Misschien is de matheid die ik proef, het gebrek aan hartstocht, een stilte voor de storm. Misschien getuigt zij van het streven naar een harmonie die nooit heeft bestaan, hoewel zij in de poëzie lang is beleden. Veel te lang.
De werkelijkheid wordt als vanouds aardig uit het zicht gehouden, innerlijk en uiterlijk. Terwijl er wezenlijk niets mooiers bestaat.

 

     Andere berichten

Mischa Andriessen – Pieta

Mischa Andriessen – Pieta

Een piëta van vader en zoon door Æde de Jong - - Pieta is de zesde dichtbundel van Mischa Andriessen en het laatste deel van een drieluik...