Jelmer van Lenteren (1987)
Winnaar jaarfinale van de U-slam in Utrecht
DINGEN DIE JE KUNT LEREN VAN EEN KOFFIECAFÉ:
Buiten is het koud maar binnen weer te heet. Hipsterness
gaat aan zichzelf tenonder. Werken aan een hoge tafel is kut,
bovendien is naar voren hangen om je poëzie te lezen slecht
voor het blijven staan van je kruk. Koffie wordt heter geschonken
dan noodzakelijk maar koelt sneller af dan je wilt. Vrouwen van zestig
willen tatoeages. Moeders van schreeuwende koters lachen hun kind
de verdoemenis in. Koffiecafépersoneelmeisjes zijn lief.
Max Greyson (1988)
Winnaar Poetry Slam Maastricht
Uitgelekt
wat had je in gedachten voor mij
waarom word ik je opgelegd
brak je mijn botten voor het plezier
met je sobere glimlach
je verborgen agenda
je warme rug
ik ben afhankelijk
omdat wij vergankelijk zijn
ik heb iets in gedachten voor jou
je haar afknippen
je blinddoeken en leugens inspreken
mijn initialen in je schaambeen krassen
laat maar
ik lek wel uit
op papier, kom hier
zodat ik je kus
Jonathan Griffioen (1987)
Tweede bij de Festina Lente Poëzieslag
Mijn gezicht zit vol gaten van kleine kogels
door een klein wapen (van enige afstand) afgevuurd.
Ze vormen een patroon van letters
zoals in de schriften die ik op zolder tegenkwam
en voor de spiegel naast mijn wangen hield.
In de stad zit een museum waar ze je betalen
om urenlang in een expositiezaal op je buik te liggen
in kleine groepen, blauw, naakt en vol spierverslappers.
Het publiek heeft objecten meegekregen,
ze mogen van ons een persoonlijk canvas maken.
Door het wielvormige bovenraam schijnt de zon
in mijn ogen en alles onder mijn kin jeukt of gloeit op.
Ik hoor achter mij iemand zeggen dat het net linoleum lijkt,
hij zuigt het laatste beetje frisdrank door een rietje op.
Ik heb de neiging om het geluid met ontstoken longen te vergelijken
of nee, het ceremoniële leeglopen van het oude zwembad,
waar we feesten hielden met fusten en gebroken neuzen,
bang voor wat er zonder mij gebeurt,
voor wat ik morgen van zolder op mijn rug terugvind.
Nathalie van Meurs (1986)
Winnaar jaarfinale van Podiumvlees in Tilburg
een man die spijkers sloeg
in hutten van hooi
paarden die dravend
land omploegden
gras tussen treinrails en
een meisje met een tas
het gaf niet
de achterbank van jouw auto
waar we aten en sliepen
en sloten tijdelijk
tot we weer iets nodig hadden
alles stil, waar we stonden
minder rauw, als vlees
in namiddagzon
Sannemaj Betten (1995)
Tweede in jaarfinale van de U-slam in Utrecht
schoon
ik schaaf de schaamte van mijn huid
laat het bij de kaas in de koelkast
ik knip het zwart uit mijn ogen
laat het drogen aan de waslijn
ik snij mijn pinken in plakjes
prop ze in het stopcontact
ik rasp het rood van mijn gezicht
doe het met de deksel dicht
zeef de leegte uit mijn haren
bleek het spuug uit mijn keel
ik sluit het bloed op dat
uit mijn lichaam kruipt
ik ben heel schoon
ik ben heel
kapot
Coen Cornelis (1988)
Komt uit voor de NoorderZlam in Groningen
Aasgier van de kosmos
Verlaten botten, vertedert vlees
In splinters, vergeten gereten
Langgerekte gedachten als schaduwen
Die blijven schuiven op kale grond
Huid van zoutvalleidelijke vlakte
Een droge boom, geknakte nek
Handen die hun bladeren allang
Allang nog nog langer kwijt kwijt
Als takken, bloot, verkoolde kootjes
Gerimpelde palmhand, puntend naar
Vergeelde oogschijven, als gaten
Die zuchten slaken, de laatste
Botjes afschrapen, tot
Stof, tot stof, tot wind
Schroeit, in leegtes
Knoeit, damp dag
Zwaai, breek af
Wacht, waai
Verschraal
Straf