LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Rik Dereeper

28 apr, 2020

De poëzie van Rik Dereeper werd opgenomen in diverse bloemlezingen en literaire tijdschriften, zoals Het Liegend Konijn, Poëziekrant en De Gids. Hij werd onder meer gelauwerd met de derde prijs Turing Nationale Gedichtenwedstrijd in 2013.

foto Lieve Declercq

 

Dagboek

Jaar één beschrijft hun samenzijn. Als knappe knarren.
Hij verliest nog trager haar en tanden dan verstand.
Zij legt hem soms iets uit, zo over knusse taalerecties
(kus, kust, kunst) ofschoon zijn voortplantingsgarantie

reeds verstreken is. De hare evenzeer: het geile krijsen
heeft zij aan de meeuwen uitbesteed. Het tweede jaar
gaat over oude voeten, hoe ze koude kwallen worden,
hoe synchroon zijn teennagels en hersenen verkalken.

Derde jaar. Zij pakt zijn beenderen bijeen, versleept ze
naar een lage strandstoel en noteert het. Eeuwig leven
zal hij zeker, weliswaar in almaar meer herinneringen
minder. Zoals taal die krimpt (sterven, erven, even),

zo bestaat het laatste jaar uit stapjes door nat zand.
Zij nadert wel de branding, maar de einder blijft er
op dezelfde afstand – als het dagboek in haar handtas
waarin staat wat was, wat golven hebben uitgewist.
Bezoek

Ter nagedachtenis van Soetkin Verschaete


De hemel heeft je ingeduffeld met zijn allerzachtste deken.
Hoor je in de verte ook die malle kinderkreten, dat gejuich?
Wie luistert, leeft. Soms voelt het als een wonder, Soetkin,
om in deze nieuwe wereld voetstappen te brengen tot bij jou.

Zo vind ik van ons oud geluk de sporen weer. Ze leiden mij
naar warme, nimmer smeltende herinneringen. Als die keer
waarbij je thuiskwam met een poppenkribbe, weet je nog?
De vlokken hadden zich genesteld in je krullen en je zong,

zoals dat meisje in je nieuwjaarsbrief. Je las de wensen voor
het laatst; ik las ze later stuk. Dit lang vervlogen jaartal tooit
sindsdien je graf, al zal het na de dooi pas weer te zien zijn.
Mogen bloesemtakken dan ontluiken, lieverd, om te geuren

naar een fladderende toekomst. Want ik hou ervan te vragen:
zijn je tere vleugels al volgroeid? En blijf jij vliegles volgen
in die hoge school voor engelen? Je dons begint te dwarrelen
op aarde, laat me voelen waar je nog in hemelsnaam bestaat.
Kontjessmart

Vóór Viagra was er bijgeloof, gesterkt door rituelen.
Onderbroeken wapperden met selder in hun kruis
tot harde flappen, toen het eikels uit de grond vroor.
Lichtmis liet zijn slapte weer verstijven van jolijt.

Zijn heupslips, wekelijks verlost van monogrammen,
hulden haar in wolkjes stoom. Het ijzer vulde zij
met opgepookte kooltjes en besprenkelde de plek
die even dromen deed. Ze streek de binnenzijde heet.

Hoe ondergoed te zacht van stapel liep: na zegening
verdween het spierwit in zijn buidel. Hart en roede
krompen. Weken lag hij, ijzig rillend, in het lazaret.
Zijn lekke darm hield ‘s nachts de billen ovenwarm.

Hij teerde uit. Gebedsgenezers brachten op een dag
zijn linnen leeg bij haar terug. Te bot verknipte zij
de maffe gulp, waardoor ze naalden stak en brak en
aan dat bekken dacht. Het wipte pijnlijk in zijn graf.

     Andere berichten

Kinderpoëzie (VIII)

Kinderpoëzie (VIII)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...

Haliastur

Haliastur (1964) is een recent pseudoniem. Leeft in Gent. Schrijft poëzie. Publiceerde onlangs op De Schaal van Digther, zeer binnenkort...

Kinderpoëzie (VII)

Kinderpoëzie (VII)

‘Waarom leest iemand geen gedichten? Omdat iedereen (en die iedereen heeft nooit gedichten gelezen) zegt dat gedichten moeilijk zijn, dat...