Rob de Vos
Deze wedstrijd is een eerbetoon aan Rob de Vos, de geestelijk vader van Meander (1955-2018). Het uitgangspunt van Rob de Vos was het ontdekken van nieuw talent door middel van het uitschrijven van een poëziewedstrijd. Wij houden zijn gedachtegoed met deze wedstrijd in ere.
Inzendingen
De wedstrijd liep van 1 april t/m 30 september. De winnende gedichten zijn hier terug te lezen. De eervolle vermeldingen hier en hier.
De jury ontving de afgelopen maanden 249 gedichten, dat waren er opnieuw meer dan vorig jaar. Tien deelnemers werden genomineerd, hieruit koos de jury drie winnaars en zeven eervolle vermeldingen. De winnende gedichten waren van hoge kwaliteit en onderling zeer divers. De genomineerde gedichten vielen op door originaliteit, mooi taalgebruik, fijne beeldspraak, klank en ritme.
Thema
(Klik op de afbeelding om deze te vergroten)
Acryl en papier op MDF – 15 x 15 cm. / 2 cm. Dik
Kunstenaar Inge Bak
Jurylid Inge Bak over het thema
Het is lastig achteraf te bepalen wie zich bij het dichten heeft laten beïnvloeden door de twee miniaturen. Je kunt je door iets laten aansturen zonder dat daar een aanwijzing van terug te vinden is. Op een enkele schaduwfiguur na, wat vissen en wolkpartijen, stonden de gedichten naar mijns inziens vrij op zichzelf – en dat is een goed teken. Ik vermoed dat een aantal van de sfeer van de schilderingen gebruik heeft gemaakt – vooral van de donkere miniatuur – om vanuit daar alles binnen te laten komen. Zo lees ik als jurylid de inzendingen graag – los van de afbeeldingen. Een afbeelding kan helpen voor als je even niet weet hoe te starten. Het kan een zin geven. Helpen afstemmen. In het beste geval een heel gedicht opleveren maar je hoeft daar geen gebruik van te maken. Het kan het dichten ook in de weg zitten. In het sterke dichtersveld van deze editie, veronderstel ik dat velen uit zijn gegaan van hun eigen beelden. Zij hebben geen aangeleverde inspiratie nodig omdat ze daar zelf in overvloed over beschikken. Dat heeft veel variatie en authenticiteit opgeleverd.
De jury
We hadden dit jaar een jury die (bijna) geheel uit poëzierecensenten van Meander bestond. Recensenten zijn gewend om gedichten te analyseren en te interpreteren, het is hun dagelijks werk om gedichten te beoordelen. Zij kijken hierdoor met grote precisie naar een gedicht. De lat lag hierdoor hoog. Deze vakkundige jury heeft zich maandenlang gebogen over alle gedichten die zij anoniem onder ogen kregen:
- Peter Vermaat, juryvoorzitter (recensent)
- Hettie Marzak (recensent)
- Inge Bak (dichter, schrijver, kunstenaar)
- Herbert Mouwen (schrijver, dichter, recensent)
- Hans Franse (schrijver, dichter, recensent)
- Jeanine Hoedemakers (dichter, recensent)
Juryvoorzitter Peter Vermaat over zijn algemene indruk
De liefhebber van poëzie is een langzame lezer en een gedicht – met zijn beperkte oppervlakte op papier – biedt hem daarvoor als het goed is alle gelegenheid. Wie vaker poëzie leest, waant zich soms een reiziger in verwoording, waarbij hij zich paden baant door wat gezegd, maar veel vaker – en veel liever – door wat vooral niet gezegd, maar des te meer gesuggereerd wordt. De ervaring van een dergelijke dwaaltocht door taal vertoont misschien nog de meeste verwantschap met het ontdekken van een nieuw stuk muziek van een geliefde componist.
Een jurylid van de Rob de Vosprijs, ook voor de editie 2022, heeft echter de opdracht om op een vastgesteld ogenblik, in de regel vroeger dan men zou willen, aan te komen op een eveneens vastgesteld punt: een beoordeling, die bovendien voor alle inzendingen op een vergelijkbare manier tot stand moet komen.
Evenals voorgaande jaren was er ook in 2022 het nodige kaf tussen het koren: nog steeds verkiezen sommige dichters de rijmdwangbuis, om daarin vervolgens kansloos te verstikken, nog altijd wil men onsamenhangende, vermoedelijk sterk persoonlijk getinte associaties laten doorgaan voor “diep” en daarmee “dichterlijk” taalgebruik. Gedichten maak je niet uit gedachten en alleen in evocatieve taal slaag je erin om de lezer het onvoorstelbare twijfelvrij te laten geloven – al was het maar voor de duur van zijn leeservaring.
Het bijna-sublieme gedicht vonden we dit jaar gelukkig wel. Vanzelfsprekend werd het dan ook de winnaar.
Jurylid Herbert Mouwen over de kwaliteit
Elk jaar is er wel een klein aantal gedichten dat boven de rest uitsteekt en dat geldt ook voor dit jaar. Enkele uitzonderingen daargelaten geeft het samenstellen van een top tien van beste gedichten weinig problemen. Dit jaar kreeg ik de indruk dat de gedichten die ingestuurd werden gedurende de wedstrijd steeds meer kwaliteit kregen. Het is een globale indruk en zeker geen onderzoek dat door mij is uitgevoerd, maar ik geloof dat dit echt zo is. Het blijft natuurlijk moeilijk om de gedichten op eenzelfde manier met een aantal vaste criteria te beoordelen. De ingestuurde gedichten zijn zeer divers; dat is geen probleem maar eerder de charme van deze wedstrijd.
Jurylid Jeanine Hoedemakers over wat haar opviel
Wat mij opviel, was dat veel inzendingen nogal lang waren. Dat is op zich niet verkeerd, maar met enige regelmaat heb ik toch wel gedacht aan de uitdrukking less is more. Tonen, in tegenstelling tot vertellen, is een belangrijke les, waar het gedichten schrijven betreft.
Ook dat de zorgen om het klimaat in gedichten werd verwerkt, viel op. Pas bij dergelijke gedichten op voor het opgeheven vingertje. De laatste regels van een gedicht vind ik altijd heel belangrijk. Soms werkten die laatste regels een beetje als een anticlimax, hetgeen erg jammer was. Een enkele keer was er sprake van een wat opsommende telegramstijl. Meerdere malen heb ik gedacht, dat schrappen bij het gedicht veel winst zou opleveren. Kort maar krachtig lijkt uit de mode te zijn. Erg is dat niet maar overtuigingskracht en zeggingskracht zijn dé ingrediënten om een sterk gedicht te schrijven. Mooie vondsten zijn belangrijk, maar een mooie vondst alleen redt het niet. Ook fraaie volzinnen, die te weinig ondersteuning ondervinden van het geheel, redden het uiteindelijk niet.
Dit alles neemt niet weg dat het tweeluik van Inge Bak veel goed gevonden invalshoeken heeft opgeleverd en verschillende gedichten hadden wat mij betreft behoorlijk wat potentie.
Top 20
Herken jij de titel van je gedicht in onderstaande rij? Gefeliciteerd! Jouw gedicht eindigde in de top 20.
180 Eerste hulp bij gebrek aan vormgeheugen
190 Trappenhuis
127 Lichtwachter te Ens
167 Langs de Hagmolenbeek
179 Fado
118 Antipode
119 Moeder wacht
183 Wroetplek
181 Ambachtelijk dier
143 La noche
Eindconclusie
Dit jaar heeft onze jury bij de genomineerde gedichten met achten kunnen strooien en zelfs één keer met een negen voor het winnende gedicht. Daar doen wij het voor.
Wij hopen met dit juryrapport opbouwende kritiek te leveren die jullie aanmoedigt om volgend jaar weer mee te doen. Het is een eerlijk rapport geworden omdat wij vinden dat deelnemers hier recht op hebben. Een terugkoppeling van de jury zorgt vaak voor meer duidelijkheid waarom het ene gedicht wordt genomineerd en het andere wordt afgewezen.
Janine Jongsma
Organisatie/jury
Rob de Vos-prijs 2022