Een wereldbibliotheek van geluk
door Tom Veys
–
–
Een gedichtenbundel samenstellen met als thema ‘geluk’ is geen sinecure. Samensteller Elisabeth Lockhorn vat het passend samen in haar inleiding: ‘In deze bloemlezing heb ik willen onderzoeken wat dichters de afgelopen eeuw hebben ontdekt over geluk. Geluk is een woord dat in de afgelopen eeuw behoorlijk wat krassen heeft opgelopen.’ Verder vermeldt ze: ‘Eigenlijk wilde ik een troostboek maken, een alles-komt-goedboek voor iedereen. Maar waarom bracht het woord geluk me dan soms toch in verwarring?’ Gelukkig is deze verzamelbundel meer dan een troostboek. In de inleiding staat: ‘In deze bloemlezing trachten dichters geluk met andere ogen te bekijken. Ze lopen eromheen, aanschouwen het van alle kanten, proberen het op alle mogelijke manieren te betrappen en in woorden te vangen.’
De bloemlezing start met een goedgekozen motto. Het motto blijkt een (literaire) opdracht te zijn: ‘Joy – it’s not just a gift. / In a sense it is also a duty, / a task to fulfill. Courage.’ van Anna Kamieńska.
Een aantal zaken valt op in Het komt goed. Allereerst is er een brede literaire reikwijdte terug te vinden in deze bundel. Alle lof hiervoor aan de samensteller. Misschien kon de titel van deze bundel ook een dichtregel van een dichter zijn, zoals ‘tot de randen gevuld met licht’ (Rutger Kopland) of een andere regel. Het zou een extra invalshoek creëren. Het komt goed opent weliswaar deuren. De ondertitel De mooiste gedichten over geluk, een verkoopterm, is duidelijk, de vlag dekt de lading, er is een breed aanbod voor de lezer. De lay-out van de bundel is verzorgd en kleurrijk.
In feite krijg je in deze bundel een staalkaart van de literatuurgeschiedenis aan de hand van het thema ‘geluk’. De bundel start met een gedicht van Czeslaw Milosz, een Pools-Amerikaans schrijver-dichter en winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur in 1980. In dit gedicht staat de natuur centraal, zoals in veel gedichten in deze bundel. Dit is opmerkelijk. De natuur is een uitgangspunt om over geluk na te denken. Zeker Miriam Van Hee hanteert een sublieme natuurbeschrijving in haar gedicht ‘Beuken’ dat eveneens in de bundel voorkomt. Natuur en geluk, het lijkt een mooie combinatie.
–
Zo’n gelukkige dag.
De mist was vroeg gezakt, ik werkte in de tuin.
De kolibries stonden stil boven de bloeiende kamperfoelie.
Er was geen ding op aarde dat ik zou willen hebben.
Ik kende niemand die het benijden waard was.
Wat aan kwaad was geschied, had ik vergeten.
Ik schaamde me niet bij de gedachte dat ik was wie ik ben.
Ik voelde nergens in mijn lichaam pijn.
Toen ik mij oprichtte, zag ik de blauwe zee en zeilen.
–
vertaald door Gerard Rasch
–
Czeslaw Milosz
De stilistische reikwijdte in de bloemlezing is trouwens een grote meerwaarde. Dit kan gaan van een prozagedicht van Walt Whitman, Dylan Thomas of Eduardo Galeano tot een tweeregelig gedicht van Chr. J. Van Geel met als titel ‘Uitzicht’: ‘Het raam is vol / ik zit aan tafel van de kalme wolken.’
Elisabeth Lockhorn, de samensteller, beperkt zich niet tot de grote namen uit het Nederlandstalige gebied, zoals Leonard Nolens, Lucebert e.d. De gedichtenbundel is voor een deel een wereldbibliotheek. Dichters als Paul Éluard, Fernando Pessoa, Tomas Tranströmer en Yehuda Amichai zijn vertegenwoordigd met verrassende gedichten.
Dichters zoeken in deze bundel vaak naar passende metaforen voor geluk. ‘Licht’ komt veel voor, zoals in het gedicht ‘Licht’ van Rutger Kopland. De dichter zet je aan het denken met een eenvoudige taal. Hij neemt je mee in een ervaring, in een voel- en denkoefening. Ook Willem van Toorn, Hans Andreus en Ida Gerhardt gebruiken het licht als beeld in hun gedichten.
–
Vanavond zou ik dingen willen zeggen
terwijl er eigenlijk geen dingen voor zijn
–
zoiets als licht – willen uitleggen
wat licht is voor de dood
ons meeneemt in de nacht
–
de nacht in terwijl ik ons
probeer terug te denken naar
elkaar vanavond –
–
maar zie de glazen in onze handen
tot de randen gevuld gevuld met licht
–
Rutger Kopland
De samensteller neemt soms meerdere gedichten van eenzelfde dichter op in de bundel. De gedichten komen voor op verschillende plaatsen in Het komt goed. Er zijn bijvoorbeeld meerdere gedichten van Judith Herzberg en K.P. Kavafis in de bundel terug te vinden. De titel Het komt goed wijst – denk ik – op een evolutie. Er wordt nagedacht over geluk. Daarbij is meerstemmigheid en variatie terug te vinden in de gedichten.
Het DNA van enkele dichters wordt duidelijk in hun gedichten. Zo kan je geluk eenvoudig en verrassend ontdekken in de gedichten van Jules Deelder en Ted Van Lieshout. Er zijn eveneens barokke gedichten terug te vinden, zoals ‘Vreugde’ van Paul van Ostaijen en een episch gedicht van Pablo Neruda. Opmerkelijk is het gedicht van Ron Padgett dat zes pagina’s beslaat en dat je als een gebruiksaanwijzing voor geluk kan lezen. Het eindigt met: ‘Als er in de straat geschoten wordt, ga dan niet bij het raam staan.’
Jane Hirshfield omschrijft geluk als een oefening, een opdracht in ‘Da capo’: ‘Pak het verbruikte hart op als een kiezel / en gooi het ver weg.’ Mary Oliver verwoordt het met een beeld in ‘Aarzel niet’: ‘Vreugde is niet gemaakt / om een kruimel te zijn.’
Graag vermeld ik het bijzonder gedicht ‘Je bent’ van Sylvia Plath. Het gedicht werkt een glimlach in de hand door de originele beelden.
–
Clownesk, het stralendst in handstand,
Voeten sterwaarts, je schedel een maan,
Gekieuwd als een vis. Naar dodo’s modus
Een lange neus van nuchter verstand.
Opgerold in jezelf, spoeltje zij,
Je nacht meeslepend, als een uil.
Stom als een knol, van de vierde
Juli tot 1 april.
–
Mijn rijzertje, mijn brood.
Vaag als mist, als post afgewacht.
Verder dan Australië.
Een gekromde Atlas, onze bereisde garnaal.
Een kneuterig knopje, zo knus als
Een sprot in een inmaakpot,
Een krioelende palingfuik,
Springerig, een Mexicaanse boon.
Gelukt, als een som die uitkomt,
Een schone lei, met jouw gezicht erop.
–
vertaald door Anneke Brassinga
–
Sylvia Plath
Tot slot Het komt goed is geen troostboek. Elisabeth Lockhorn is er als samensteller in geslaagd om de volgende doelstelling te bereiken: ‘In deze bloemlezing trachten dichters geluk met andere ogen te bekijken.’ In de inleiding staat ook: ‘Laat dichters het woord opnieuw uitvinden.’ Dit lijkt me een prima idee. Je ontdekt het in 130 kwaliteitsvolle gedichten.
____
Bloemlezing (2024). Het komt goed. De mooiste gedichten over geluk. Samengesteld door Elisabeth Lockhorn. Van Oorschot, 184 blz. € 17,50. ISBN 9789028242777